De roep om duurzaamheid is groter dan ooit, zeker nu de toelevering van grondstoffen als olie, gas en metaal op losse schroeven staan door de Oekraïne-oorlog. Maar bedrijven worden ook steeds vaker verantwoordelijk gehouden voor hun CO2-footprint. Deze signalen tonen de wens voor een circulaire economie, en het productpaspoort kan hierbij een cruciale rol spelen. Met dit paspoort leggen bedrijven namelijk de samenstelling en technische gegevens van hun producten van a tot z digitaal vast. De tijd is aangebroken voor een nieuwe, digitale industriële revolutie, aldus inhoudelijk expert Esther Kersten, in de TNO-whitepaper ‘Inventarisatie productpaspoorten 2021’ .
ENORME EISEN AAN DATA EN PRECIEZE INTERPRETATIE
“Het productpaspoort is een digitaal document dat bij transacties tussen bedrijven, over de keten heen, informatie geeft over producten”, legt Elmer Rietveld uit. “Het klinkt misschien niet bijzonder, maar dat is het wel. Denk alleen al aan de enorme eisen aan data en de precieze interpretatie daarvan. “Het productpaspoort is een digitaal document dat bij transacties tussen bedrijven, over de keten heen, informatie geeft over producten.”
Een productpaspoort legt digitaal de samenstelling en overige technische gegevens van een product vast. Bovendien gaat het niet alleen over materialen of grondstoffen. Een product heeft veel meer interessante eigenschappen. Het begint met zoiets simpels als een identificatienummer of de datum waarop een product is gekocht. Vervolgens ga je naar de bill of materials. Zo bouwt het productpaspoort zich op, van het ijzererts dat uit de grond komt tot een chipmachine die in Brainport Eindhoven wordt gebouwd. Financiële instellingen anticiperen al op de komst van een productpaspoort. Dat is een sterk signaal: als zij beslissingen willen nemen op basis van een productpaspoort, dan neemt de ontwikkeling een vlucht. Het biedt bedrijven ontzettend duidelijke voordelen.”
Wat zijn die voordelen voor bedrijven?
“Ten eerste kun je met de vastgelegde data laten zien, dat jouw CO2-footprint lager is dan die van je concurrent”, vervolgt Rietveld. “Ten tweede moet je tegenwoordig rapporteren over zeer zorgwekkende stoffen. Een productpaspoort helpt om dat in beeld te brengen. Ten derde bewijst het responsible sourcing. Je toont bijvoorbeeld aan dat nergens in de keten kinderarbeid voorkomt.”
Ingewikkelde vragen
Als iemand de voordelen kan toetsen, dan is het wel Esther Kersten van ImpactX. Vanuit haar ervaring als directeur strategie en duurzaamheid bij Vanderlande – wereldwijd marktleider in bagage-afhandelingssystemen – helpt zij nu bedrijven snel te verduurzamen en impact te creëren. “Ik focus op de hightechindustrie”, legt Kersten uit. “Ik kijk naar ingewikkelde ketens, zoals die van medische apparatuur, halfgeleiders en transportoplossingen. Wil je een product circulair of cradle to cradle maken, dan moet je heel veel data aanleveren om te worden gecertificeerd. Die informatie heb je als bedrijf niet zomaar boven water, want de meeste partijen in de keten zijn er nog helemaal niet aan toe om ingewikkelde vragen over circulariteit te beantwoorden.”
Feedback op performance
Ook op het moment dat een systeem terugkomt voor refurbishment, is het belangrijk om te weten wat voor systeem het precies was en hoe de configuratie eruitzag. Kersten: “Bij welke temperatuur is de machine gebruikt, hoeveel draaiuren heeft-ie gehad? Zijn de reserveonderdelen nog beschikbaar? Het is fijn als die data vastliggen in een productpaspoort. Daar komt bij, dat je in de feedbackloop van alles leert over de performance van je producten en je de kwaliteit verder kunt verbeteren.”
Meedoen moet, om mee te blijven doen
“Ik denk ook aan ronkende termen zoals licence to operate en right to play”, vult Rietveld aan. “Als bedrijf wil je actief blijven en zo goed mogelijk voldoen aan de eisen die grote fabrikanten aan hun toeleveranciers stellen. Anders doe je straks niet meer mee. En meedoen op de Europese markt, dat wil iedereen. Dus als het Europa lukt om een productpaspoort te lanceren, dan draait het uiteindelijk ook wereldwijd. Als bedrijf wil je actief blijven en zo goed mogelijk voldoen aan de eisen die grote fabrikanten aan hun toeleveranciers stellen. Anders doe je straks niet meer mee.”
Rietveld voorziet een systeem dat eindeloos specifiek kan worden gemaakt voor sectoren, maar steeds terugleidt naar het centrale deel. “Want wordt het een mêlee, dan zit je straks met een bureaucratisch monster. Dankzij ICT-ontwikkelingen kunnen we bovendien de veiligheid garanderen. Met blockchain en cryptografische technieken, zoals secure multi-party computation, realiseerde TNO al oplossingen voor de transportsector, de financiële wereld en gezondheidszorg.”
Blije boodschap
Garandeert het productpaspoort dat we de duurzaamheidsdoelen gaan halen? “Berichten over duurzaamheid zijn meestal niet leuk, het valt tegen of het gaat over betalen”, meent Rietveld. “Ik praat liever over de belofte van een nieuwe digitale industriële revolutie, professionalisering en transparantie. Een veel blijere boodschap. In die zin is het productpaspoort geen garantie, maar wel een absolute basisvoorwaarde voor een duurzame economie.”
“Blije boodschap gaat wat ver”, lacht Kersten. “In gesprekken met leveranciers over compliance heb ik het vaak over quality, logistics, technology, costs ofwel QLTC. Nu komt daar de S van sustainability bij. Soms voelt dat als nóg iets waarmee je rekening moet houden en waarover je moet rapporteren. Maar denkend aan de voordelen die we eerder in dit verhaal noemden, kun je het productpaspoort eigenlijk niet anders formuleren dan als business opportunity.”