Met het verschijnen van de Miljoenennota op 20 september werd definitief dat er komende jaren miljarden euro’s extra beschikbaar zijn voor de defensie- en veiligheidssector. Een belangrijk deel wordt besteed aan het wegwerken van achterstanden rond munitie, personeel en huisvesting. Maar de huidige mondiale ontwikkelingen vragen ook dat er flink wordt geïnvesteerd in technologie om de gereedheid, inzetbaarheid en wendbaarheid van de Nederlandse defensie te verbeteren. En in Europese samenwerking: ‘Als je iets wilt betekenen in de defensie- en veiligheidssector: denk Europees’, stelt NIDV-directeur Ron Nulkes.
Steeds meer geld voor Defensie en veiligheid
Decennialang bezuinigen op de Nederlandse krijgsmacht heeft logischerwijs zijn sporen nagelaten waar het gaat om inzetbaarheid in de breedste zin van het woord. Al voor de oorlog in Oekraïne veranderde het sentiment echter. Zo werd eind 2021 bij het behandelen van de begroting voor 2022 structureel 428 miljoen euro en eenmalig 13,5 miljoen euro extra toegekend aan Defensie. Het incidentele bedrag was bedoeld om vanwege Covid uitgestelde activiteiten zoals oefeningen alsnog te kunnen organiseren. In totaal had Defensie 12,9 miljard euro te besteden in 2022.
In de Miljoenennota 2022 zet deze trend van budgetgroei door. Defensie krijgt er de komende twee jaar structureel 5 miljard euro bij, waarmee het defensiebudget in 2023 groeit naar 15 miljard euro en naar bijna 19 miljard euro in 2025. Hiermee gaan de defensie-uitgaven in 2024 en 2025 richting de 2 procent van het bbp; een norm binnen de NAVO waaraan Nederland structureel niet voldeed.
Besteding
Van de 428 miljoen euro investeert Defensie 60 miljoen euro in extra munitie voor opleiding en training. Daarnaast gaat er 20 miljoen euro naar zorg voor veteranen en wordt er 15 miljoen euro besteed aan het versterken van de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst. Bovendien wordt er extra geld gereserveerd voor het aantrekken van nieuw personeel en het beter belonen van het bestaande personeelsbestand.
Met het oog op de klimaatdoelstellingen voor 2030 en 2050 is er voor verduurzaming van vastgoed op defensielocaties 92 miljoen euro beschikbaar. Hiervan is 71 miljoen euro bedoeld voor zonnepanelen, de rest voor verduurzaming van gebouwen in 2022-2024. Wat Defensie vervolgens aan stroomkosten bespaart, wordt geïnvesteerd in verdere CO2-reducerende maatregelen.
‘Defensie gaat de markt op en wil graag samenwerken met het bedrijfsleven’
Daarnaast moet Defensie investeren in technologie om invulling te geven aan de Defensievisie 2035 die in 2020 verscheen en waarin staat dat het ministerie in 2035 ‘een slimme, technologisch hoogwaardige organisatie’ moet zijn. ‘Een organisatie met een groot vermogen om zich aan te passen aan situaties (de adaptieve krijgsmacht) en die handelt op basis van de beste informatie zoals informatiegestuurd optreden (IGO) dit beoogt. Investeringen in technologie zijn derhalve onder meer nodig op het vlak van IT, cyber, communicatiemiddelen en de integratie ervan in de hele organisatie.’
Snelheid geboden
Ron Nulkes is directeur bij de NIDV, een stichting die zich inzet als strategisch partner voor intensieve samenwerking in de gouden driehoek van kennisinstellingen, overheid en bedrijfsleven. Hij geeft aan: ‘De eerste investeringen zijn bedoeld om de basis weer op orde te krijgen: personeel, goede arbeidsvoorwaarden, kleding, huisvesting en materieel. Om vervolgens de krijgsmacht naar een technologisch hoger niveau te tillen, zijn eveneens middelen nodig. Dat is niet eenvoudig. Ook Defensie moet zorgvuldig omgaan met belastinggeld en de trajecten tot aan daadwerkelijke aanschaf zijn vaak lang. Terwijl in deze tijd juist snelheid geboden is. Alles in eigen huis ontwikkelen heeft Defensie daarom al langer geleden losgelaten; Defensie gaat de markt op en wil graag samenwerken met het bedrijfsleven om op een snellere – maar goede manier – invulling te kunnen geven aan zijn drie hoofdtaken.’
Europese samenwerking
Om de duurzame positionering van de Nederlandse defensie- en veiligheidssector, (overheids)opdrachten en leveranciersketens te ondersteunen (zowel nationaal als internationaal), gaat NIDV dit najaar om tafel met vertegenwoordigers van de vier operationele commando’s (landmacht, luchtmacht, marine en marechaussee) en hun deelnemers. Hier wordt kennis en informatie uitgewisseld over de ideeën van Defensie ten aanzien van investeringen en wat het Nederlandse bedrijfsleven op dit moment te bieden heeft met betrekking tot materieel, toegepaste diensten of kennis. ‘Het liefst hebben we natuurlijk dat Defensie inkoopt bij Nederlandse bedrijven. Maar het ministerie heeft nu eenmaal ook te maken met Europese aanbestedingsregels, waarbij Nederlandse bedrijven dus moeten meedingen naar de opdracht op een internationale markt’, zegt Nulkes. ‘De trend gaat überhaupt richting Europese samenwerking. Dat zie je onder andere aan het Europees Defensiefonds (EDF) dat in 2017 werd opgericht.’
Elk technologisch domein
Het EDF is een groot programma van de Europese Commissie (EC) om de 27 Europese lidstaten beter te laten samenwerken op militair gebied. Ook gaat het om stimulering van de defensie-industrie door enerzijds onderzoeken en ontwikkelingsprojecten te subsidiëren en daarnaast samenwerking tussen bedrijven, kennisinstellingen en universiteiten te bevorderen. De bijbehorende vraagstukken hebben betrekking op vrijwel elk denkbaar technologisch domein en moeten gericht zijn op behoeften van Defensie. Nulkes: ‘De samenwerking tussen landen wordt onder meer gestimuleerd door subsidies toe te kennen wanneer aan een onderzoeksproject minimaal drie verschillende lidstaten meedoen. Als je als Nederlands bedrijf dus iets wilt betekenen in de defensie- en veiligheidssector: denk Europees. Anders wordt het erg lastig.’
Rol mkb nog onduidelijk
De eerste resultaten van het EDF zijn gunstig voor Nederland en Nulkes ziet zeker het nut van een dergelijk fonds. ‘Gezamenlijke Europese aanschaf van materieel is in principe nuttig voor de sector: het verlaagt hopelijk de regeldruk en vergroot standaardisering, specialisatie en kwaliteit. De voorstellen voor ‘common procurement’ van de Europese Commissie in de afgelopen maanden laten echter nog veel onduidelijkheid bestaan over de rol van het Nederlandse mkb hierin. Europese samenwerking kan en moet kunnen blijven samengaan met trans-Atlantische samenwerking, waaraan veel mkb uit kleinere lidstaten – en zeker uit Nederland – essentiële diensten en onderdelen leveren. Denk aan de toeleveringen voor de Amerikaanse JSF.’
Incoherent exportbeleid
Daarnaast ziet Nulkes op nationaal niveau ook enkele verbeterpunten. ‘Effectiever werken behoort tot het laaghangend fruit, waarbij het een uitdaging is om voor het mkb toegang te creëren tot het EDF. De grootste incoherentie op de Europese markt betreft het exportbeleid: in principe geharmoniseerd, maar onevenwichtig uitgevoerd. Zonder toegang tot de wereldmarkt kan de Europese defensie- en veiligheidssector, ook de Nederlandse, niet de noodzakelijke topkwaliteit leveren tegen betaalbare prijzen voor Europese defensieministeries. Onduidelijkheid over exportvergunningen beperkt bijvoorbeeld het vertrouwen tussen bedrijven over de grenzen.’
Kansen Nederlands bedrijfsleven
Voor Nederlandse bedrijven ziet Nulkes uiteraard een rol weggelegd. ‘We hebben in ons land veel kennis en innovatieve bedrijven die waarde hebben voor Defensie. Zowel de kleinere start-ups als de grote multinationals. De laatste hebben vaak voor de defensie- en veiligheidssector een aparte afdeling, waardoor ze hun risico’s spreiden. Een slimme zet, die bijdraagt aan de continuïteit van hun onderneming. Gaat het goed in een land, dan draait de civiele industriële tak ook goed. En in tijden van oorlog en onzekerheid zal er meer vraag zijn naar kennis en producten op het vlak van defensie en veiligheid.’
Wanneer een ondernemer ideeën heeft die voor de defensiesector belangrijk kunnen zijn, maar moeite heeft om binnen te komen: maak een afspraak met de NIDV, is het advies van Nulkes. ‘In een gesprek met deskundigen kunnen we ondersteunen bij het vaststellen van de kansen en wat er nodig is om deze te verzilveren. Wij zijn immers niet alleen betrokken bij de Nederlandse defensie, maar spelen ook een rol op internationaal vlak en kennen bovendien de weg.’ Samen met EZK werkt de NIDV op dit moment aan programma’s in Maleisië, Zuid-Korea en Griekenland, en met SpaceNed om het belang van ruimtevaart in het defensie- en veiligheidsdomein uit te dragen. ‘Geef het zeker een kans!’