‘Ondernemerschap, doorzettingsvermogen, doen wat je zegt. En de beste willen zijn.’ Dennis Grolleman kreeg het mee van zijn vader, Dick, eerder partner in het familiebedrijf Grolleman. ‘Met diezelfde drive ben ik bezig Keizers Metaal naar een hoger niveau in de keten te tillen. Omdat we uiteindelijk het beste metaalbedrijf willen zijn in deze regio.’
Portal Karin en adviseurs moeten efficiencyverhoging borgen
- ‘De klant kan nu 24/7 via een portal heel snel een offerte krijgen.’
- ‘Veel werkvoorbereidingswerk vervalt, maar ik wil niemand laten gaan.’
- ‘Ook in het buitenland is een markt van bedrijven die graag volledig ontzorgd willen worden.’
Dennis Grolleman nam Keizers Metaal in Haakbergen nu bijna twee jaar geleden over. Met name het laatste half jaar heeft hij veel geïnvesteerd in het metaalverwerkende bedrijf. In de bouw van een nieuwe hal van 900 vierkante meter (afgelopen zomer gereed gekomen) en in automatisering. Hij hanteert voor dat laatste zijn 70-80/30-20 regel: ‘Alles wat effectief geautomatiseerd kan worden – dat zal voor 70 tot 80 procent van alle activiteiten gelden – gaan we automatiseren.’ Hij laat zich daarvoor inspireren vanuit zijn rol als machinebouwer. Immers, Grolleman is, nu 3,5 jaar geleden, DGS gestart, een bouwer van apparatuur voor de vleesverwerkende industrie. ‘Een machinebouwer wil snelheid kunnen maken. Snelheid is leidend tegenwoordig. Die wil niet zagen, walsen en snijden. Die zit niet te wachten op het toegeleverd krijgen van een groot aantal verschillende, losse onderdelen die hij ook nog eens moet coaten of verzinken. Werk waarvoor hij lastig mensen krijgen kan en – als hij ze eenmaal in huis heeft – vaak niet voldoende werk heeft. Die machinebouwer wil ontwerpen en assembleren en al het metaalproductiewerk zoveel mogelijk bij zijn toeleverancier neerleggen. Zo’n totaalleverancier, die zijn klant volledig ontzorgt, willen wij met Keizers zijn.’
Portal Karin
Om al dat werk op een efficiënte, snelle manier te doen, moet er dus wel geautomatiseerd worden. Inmiddels is het complete softwarepakket van Radan (zie kader) uit Ede geïmplementeerd. Daarbij draait het niet alleen om de CAD/CAM-software, maar ook om modules voor het verwerken van aanvragen, het uitbrengen van offertes, het bestellen en het tracken & tracen van onderhanden werk door de fabriek, schetst Grolleman. ‘De klant kan nu 24/7 via een portal – we hebben die Karin genoemd – heel snel een offerte krijgen. Vervolgens kan hij zijn 3D-STEP-files uploaden. De software controleert of de 2D- of 3D-CAD-tekeningen ook daadwerkelijk maakbaar zijn. Want een ontwerper kan alles tekenen, maar als bijvoorbeeld een zetting te scherp is voor een kantbank, zijn er aanpassingen nodig. Met ons systeem kunnen we dat zo vroeg mogelijk vaststellen, zodat óf wij óf de klant die veranderingen zo snel mogelijk kan doorvoeren en niet pas nadat er al van alles geproduceerd is en dus over moet.’
Niemand laten gaan
Behalve in software heeft Grolleman ook reeds geïnvesteerd in hardware, in een 3D-buislasersnijmachine van Trumpf (zie kader). De machine wordt eind september in gebruik genomen en opgesteld in lijn met de verwerkingsmachines die Keizers reeds heeft staan: twee Trumpf-plaatlasersnijders (met een bereik van 3 bij 1,5 meter en 4 bij 2 meter) en zes kantbanken van Safan. De komende jaren komt daar nog de nodige apparatuur bij voor geautomatiseerde handling van de werkstukken en de tools. ‘De logistiek tussen de verschillende machines, om het werkstuk te verplaatsen van de ene bewerking naar de volgende, gebeurt nu nog handmatig. Maar ook dat wil ik gaan automatiseren. Net als de toolhandling.’ Voorts wil Grolleman geld wil steken in de automatische, online programmering van al die apparatuur aan de hand van de goedgekeurde tekening, iets wat nu nog handmatig wordt gedaan. ‘Ja, dat betekent dat veel werkvoorbereidingswerk vervalt. Maar ik wil niemand laten gaan. Werkvoorbereiders worden omgeschoold tot adviseurs voor de klant. Van groot belang, want de automatisering leidt alleen tot efficiencyverhoging als de klant tekeningen op de juiste wijze digitaal aanlevert. En, ook al automatiseren we waar mogelijk, zo houden we het klantcontact persoonlijk. Ook daarmee onderscheiden wij ons straks op de markt van metaalbedrijven.’
Blijven investeren
Keizers wil de komende jaren elk jaar een grote investering doen. ‘En dat kan, zolang we met dit bedrijf genoeg geld verdienen.’ De afgelopen jaren is dat zeker het geval geweest, aldus Grolleman, getuige de groei van 25 procent het afgelopen jaar. Onder meer dankzij de klandizie van DGS, dat onlangs een joint venture is aangegaan met de Nieuw-Zeelandse multinational Milmeq, een fabrikant van zogeheten ‘dozenvriezers’. Daarin worden dozen met vlees, via een paternostersysteem, in een gecontroleerde cyclus snel ingevroren, klaar voor transport naar bijvoorbeeld China. Een enorme groeimarkt. Niet voor niets is DGS vorig jaar nog sneller gegroeid, met 35 procent. ‘Inmiddels bouwen wij hier, voor de Europese markt, onder de merknaam Milmeq, vrijwel de gehele vriezer. Al het metaalwerk wordt gedaan door Keizers.’ Toch maakt het DGS-werk hooguit vijf procent van de omzet uit, benadrukt Grolleman. ‘De diversiteit van ons klantbestand is gigantisch: we leveren aan de machinebouw en aan elk industrieel bedrijf, in de breedste zin van het woord. Voor de bouw doen we eveneens veel. Voor klanten in het binnenland, maar ook in het buitenland. Daar is ook een markt van bedrijven die graag volledig ontzorgd willen worden.’
‘Anno 2017 moet de toeleverancier nog altijd overtikken’
Radan levert Keizers Metaal de automatiseringsoplossingen voor werkvoorbereiding en productieaansturing en heeft de portal Karin gebouwd. Via dit kanaal kan de klant zijn 2D- en 3D-CAD-model naar Keizers sturen en een offerte aanvragen. Door met de 3D-CAD-data van de klanten te werken, kan Keizers zowel het snijden als het buigen van plaatwerk via de portal aanbieden. Het 3D-plaatwerkmodel vormt ook de basis voor het programmeren van zowel de lasersnijmachines als de kantbanken. ‘Nu nog zetten veel opdrachtgevers zelf hun 3D-tekeningen om in 2D alvorens die naar hun toeleveranciers te sturen’, weet Radan-directeur Ton Derksen. ‘Omdat ze dat zo gewend zijn én omdat veel plaatwerktoeleveranciers nog niet in staat zijn in 3D te werken. Maar het nadeel daarvan is wel dat in de 2D-tekening niet altijd rekening wordt gehouden met de juiste productieparameters. Daardoor kan de productkwaliteit niet gewaarborgd worden. Maar ook het 3D-model bevat niet alle benodigde informatie; bijvoorbeeld functionele maten en toleranties ontbreken nog. Nu wordt die informatie in een tekening in pdf meegestuurd. Veel leveranciers van software en machines proberen een nieuwe standaard te creëren. Meestal zonder succes. Als het initiatief van eindgebruikers komt, is de kans op succes groter. ASML is een van de gangmakers in Nederland. En er is, geïnitieerd door het Amerikaanse ministerie van Defensie, een beweging gaande naar een gestandaardiseerd format van een 3D-STEP-file waarin al die informatie over toleranties en functionele bematingen is opgenomen.’
Daarmee is echter de ideale digitale wereld, wat Derksen betreft, nog lang niet bereikt. Dat is pas het geval als alle informatie besloten in 3D-CAD-files automatisch wordt omgezet in volledige en correcte machinebesturing én logistieke ERP-data. Bij die omzetting gaat nu nogal wat ‘intelligentie’ verloren, duidt de directeur. Juist in het voorkómen daarvan – in het slaan van die brug van CAD naar CAM – ligt het businessmodel van zijn bedrijf. ‘Door omzetting van CAD naar CAM gaat bijvoorbeeld verloren wat plaatwerk is en wat niet. En dat is een probleem, omdat ontwerpers vaak weinig besef hebben van het maakproces dat nodig is om hun ontwerp te produceren. In CAD-software kun je bijvoorbeeld vier millimeter dik plaatstaal buigen met een radius van 0,1 of zelfs nul millimeter. Maar met dat soort CAM-informatie kun je een kantbank echt niet aansturen. Immers, ga je materiaal van die dikte buigen dan heb je toch echt een radius van minimaal vier millimeter nodig.’ Ook de ERP-informatie gaat bij de omzetting verloren, vervolgt Derksen: ‘In de CAD-files is veelal de complete bill of material opgenomen: uit hoeveel onderdelen een eindproduct bestaat, welk aantal van elk onderdeel nodig is, van welk materiaal ze moeten worden gemaakt, of ze op een bepaalde manier gesneden moeten worden omdat ze later nog een poedercoating moeten krijgen… Al die informatie is al gedigitaliseerd, maar moet de toeleverancier – anno 2017 – nog altijd overtikken in het ERP- en CAM-systeem, alleen al om daarmee een offerte te kunnen maken.’
De portal van Keizers biedt wat de logistiek betreft in zoverre soelaas dat de klant een Excel-file met alle orderregels met de tekening kan meesturen of in de portal, door het beantwoorden van vragen, op gestructureerde wijze per onderdeel kan opgeven hoeveel van een bepaald onderdeel nodig is, et cetera. ‘Maar in beide gevallen moet er informatie worden overgetikt die al eerder gedigitaliseerd is. Om te komen tot een universeel formaat, moeten ook op dit logistieke terrein nog flinke stappen worden gezet.’ Partijen als MKG en Isah zijn daar mee bezig, weet Derksen. Voor standaardisatie van 3D-CAD-data is in Nederland ASML een van de ‘gangmakers’.
‘Oem’ers en toeleveranciers leven elk in eigen wereld’
Keizers Metaal heeft al langer twee vlakbedlasersnijmachines van Trumpf in huis. Eind augustus is gestart met de installatie van een TruLaser Tube 7000, die in staat is met een 3,6 kW CO2 3D-laserkop de buis in alle richtingen te snijden. Een apparaat dat buis met een diameter van 254 millimeter en 6,5 meter lengte aankan en materiaal tot een dikte van tien millimeter. De machine snijdt buizen tot onderdelen desgewenst voorzien van nauwkeurige pen-gatverbindingen die vervolgens zonder nabewerking geassembleerd kunnen worden. Met alle tijdsbesparing van dien, maakt Jos Diepenmaat, verkoopadviseur van Trumpf, duidelijk. Maar, geeft hij ook aan, het is niet zo dat een 3D-STEP-file van de klant volledig automatisch vertaald kan worden in programmering voor de machine. ‘Daarvoor leveren wij eigen software mee, die werkvoorbereiders kunnen gebruiken om snel de machine te programmeren.’
Diepenmaat ziet het overigens als een voordeel dat Keizers met DGS, een fabrikant van eindproducten, in één groep zit. ‘Dikwijls leven bedrijven met eigen producten en toeleveranciers elk helemaal in hun eigen wereld, waardoor tekeningen richting de metaalbewerker gaan die nooit uitgevoerd kunnen worden en dus met een serie opmerkingen weer terug moeten. Dennis Grolleman heeft nu met deze twee bedrijven beide takken van sport in huis. DGS zal met de maakkennis binnen de eigen groep veel beter begrijpen wat gemaakt kan worden en wat niet, waardoor die samenwerking veel beter zal verlopen.’