In Brabant struikel je over de metaalbedrijven, wat natuurlijk alles te maken heeft met de aanwezigheid van hightech reuzen in en rond Eindhoven. Die zijn voor hun productie sterk afhankelijk van een uitgebreid netwerk van gespecialiseerde toeleveranciers en werken vaak het liefst zo regionaal mogelijk. Om te kunnen blijven voldoen aan de almaar strengere kwaliteits- en nauwkeurigheidseisen werkt de Brabantse toeleverketen intensief samen. Zoals Hostma Mechanical Engineering en RVS Finish/RVS Clean, die perfect afgewerkte onderdelen en assemblies afleveren. En niet alleen voor veeleisende afnemers in de regio, maar ook voor klanten steeds verder over de grens.
De twee-eenheid RVS Finish en RVS Clean is gespecialiseerd in reiniging en oppervlaktebehandeling van componenten uit verschillende materialen. In Bergeijk beschikt het bedrijf over een cleanroom (voor assemblage) en twee volautomatische reinigingsmachines. Hierin worden onder meer onderdelen uit rvs, aluminium, titanium en kunststof gereinigd met een reinheidsgraad tot Grade 2. Daarnaast wordt een scala aan gespecialiseerde afwerkingstechnieken geboden waaronder stralen (droog en nat), slijpen, polijsten en sublimotion.
‘Afhankelijk van de toepassing voorzien we producten van een specifieke afwerking’, zegt Driek Brouwers, directeur van RVS Finish/RVS Clean. ‘Bij rvs kan dat stralen, sublimotion, slijpen of hoogglans polijsten zijn. Met name rvs is lastig om te finishen: daarvoor zijn specifieke kennis en middelen noodzakelijk. Aanvankelijk werden de bewerkingen volledig handmatig gedaan, maar als je een paar duizend producten moet afwerken die er allemaal exact hetzelfde moeten uitzien, moet je toch echt aan automatisering gaan denken. Maar dat is niet zo eenvoudig, omdat de robot dan in feite ambachtelijk vakwerk moet uitvoeren.’
Robot met tastzintuig
Dus heeft RVS Finish zijn ervaren vakmensen voorzien van borstel-, slijp- en polijstgereedschappen met geïntegreerde drukopnemers. Tijdens de bewerkingen is nauwkeurige informatie verzameld over snelheid en druk. Die gegevens zijn vervolgens ingevoerd in de robotbesturing. De gereedschaphouder van de robot is ook voorzien van druksensoren, zodat daarmee de juiste terugkoppeling ontstaat. Tevens wordt de borstelslijtage gemeten en worden snelheid en druk automatisch aangepast naarmate de diameter afneemt. Ook wisselt de robot zelf het gereedschap en slijpmiddel als dat nodig is. De vormgegevens worden vanuit het 3D CAD-programma van het product vertaald naar robotbewegingen. Ervaren slijpers bewaken het proces en sturen dit op grond van hun vakkennis zo nodig bij, waardoor op een rendabele manier een extreem hoog kwaliteitsniveau wordt bereikt.
Bliksemstart
Hostma Mechanical Engineering kende een bliksemstart. Amper zes jaar geleden begonnen als lasbedrijf, heeft het nu vijftien mensen in dienst. Het biedt een compleet scala aan services waaronder ontwerp/engineering, productie (verspaning) en assemblage. In de productiehal in Eersel staan onder meer lasersnijmachines, bewerkingscentra, plaatbewerkingsmachines en lassystemen, terwijl de assemblage plaatsvindt in het nabijgelegen Westerhoven. ‘Ook hebben we sinds kort een cobot waarmee we bepaalde werkzaamheden automatiseren’, vertelt oprichter en directeur Stan Maas. ‘We werken voor de semiconindustrie, maar ook voor de tuinbouwsector, en we maken componenten voor bedrijven die cleanrooms bouwen. Spreiding van het risico is heel belangrijk, want sommige sectoren zijn sterk afhankelijk van conjuncturele ontwikkelingen en soms zelfs van internationale sancties die de omzet onder druk kunnen zetten.’
Zelfde DNA
RVS Finish en Hostma zitten op slechts een paar minuten rijden van elkaar. Is dat belangrijk om goed te kunnen samenwerken? Rick van de Ven, bedrijfsleider bij RVS Finish: ‘In principe niet, want dat zou betekenen dat we met klanten buiten de regio niet goed zouden kunnen samenwerken. Als Hostma, of welke klant dan ook, een nieuw en nog onbekend product gaat produceren dat wij moeten finishen, is het heel nuttig om in een vroeg stadium bij elkaar te zitten en een en ander onder de loep te nemen. Wat voor materiaal is het? Wat zijn de eisen die de eindklant aan het oppervlak stelt? Kun je er door de bewerkingsmethode aan te passen voor zorgen dat het sneller of beter is af te werken? Daarnaast moet je gaan bepalen waarmee je het product afwerkt. Als er moet worden gestraald, dan hebben we daar verschillende cabines voor, van redelijk abrasief droog stralen tot zeer fijn nat stralen, inclusief mogelijkheden daar tussenin. Ook polijsten, slijpen, borstelen en passiveren zijn opties. Het is cruciaal om daarover goed te overleggen. Uiteraard is het dan wel handig als je dicht bij elkaar zit.’
‘Daarnaast is het ook een kwestie van DNA’, vult Maas aan. ‘Je moet bij elkaar passen en elkaar het werk ook gunnen, maar dat is in feite overal zo. Hier in Brabant heerst heel duidelijk een sterke collegiale sfeer en zijn er geen agressieve toestanden. We respecteren elkaar in de keten en pakken geen werk van elkaar af.’
Samen groeien
Naarmate toeleveranciers langer met elkaar samenwerken, wordt de band hechter waardoor ze niet zo snel naar een ander zullen overstappen. Maar wat doe je als een bedrijf de innovatiesnelheid niet kan bijbenen? ‘Dan moet je eerst met elkaar om de tafel en kijken of de ander een tandje kan bijzetten’, aldus Maas. ‘Wat RVS Finish betreft is dat echter niet nodig. Ze hebben dusdanige specialisaties dat je die ook niet zo gauw elders zal vinden. Al neemt de geografische spreiding naarmate de eisen zwaarder worden wel toe. Immers, als je iets niet naast de deur kunt vinden, ga je vanzelf een deur verder kijken.’
‘Wij werken eveneens voor bedrijven die een behoorlijk stuk verderop zitten’, zegt Brouwers. ‘Dan moet je denken aan het voormalig Oostblok. Daar zitten natuurlijk ook straalbedrijven maar die kunnen niet wat wij doen. Je ziet dat ook in de landen om ons heen de eisen toenemen en dan vinden ze steeds minder snel partners in de buurt die hierin mee kunnen.’ Dat was een van de topics bij de laatstgehouden Precisiebeurs: ‘Hoe werk je soepel samen in de keten!’ Brouwers: ‘Ik denk dat dit in deze regio heel goed gaat, waardoor het voor bedrijven uit andere landen steeds moeilijker wordt om hier voet aan de grond te krijgen.’\