Na 34 jaar verlaat Piet Tak B&R en blikt terug en vooruit

0

Inmiddels heeft hij zijn laatste werkdag bij B&R achter de rug, maar netjes in pak wacht Piet Tak zijn bezoek op. Het gesprek vindt plaats in de grote vergaderkamer, want zijn kantoor is intussen overgenomen door zijn opvolger, Bas Michielsen. Na het opsouperen van een overschot aan vakantiedagen gaat Tak volgende maand met pensioen, na ruim veertig jaar als manager in de Nederlandse industrie te hebben rondgelopen. Een interview over soms lastige maar trouwe klanten, over de voortdurende worsteling met standaardisatie, de groeisprong die digitalisering meebracht en over de ‘rebelsheid’ waarmee onze industrie zich internationaal onderscheidt.

– Als ik in onze technologie een goede oplossing zag voor een klant, liet ik niet gauw los.’

– ‘Ik heb altijd gezorgd dat ik het totaalplaatje in beeld kreeg.’

– ‘B&R heeft zich steeds juist in nichemarkten onderscheiden.’

– ‘De machinebouw is een belangrijke motor van onze industrie geworden.’

‘De lastigste klanten zijn steeds mijn beste, trouwste klanten gebleken’

Piet Tak weet het allemaal nog in detail te vertellen. Van zijn oom Kees kreeg hij voor zijn eerste communie als cadeau ‘iets plats en vierkants’. Uitgepakt bleek het een multiplex plankje met daarop bevestigd enkele fittinkjes, schakelaartjes en een belletje. En van die oom, werkzaam bij Philips, kreeg hij nog een paar cadeautjes: een batterij, een paar lampjes en wat kabeltjes. Nog diezelfde avond knutselde de 6-jarige Piet op zijn bed net zo lang tot hij het lampje met het schakelaartje aan en uit kon doen. Dat was het moment waarop bij hem de vonk voor elektrotechniek oversloeg. Maar hij had ook een moeder met wortels in het kruideniersvak en een vader die een eigen supermarkt runde. Het was dus geen toeval dat hij al vroeg in zijn carrière in een commerciële functie belandde bij een technisch bedrijf: eerst als productmanager bij Ingenieursbureau Hartogs en een paar jaar later als salesengineer bij Gould Modicon.

Ondernemingsplan

Bij Hartogs kwam hij voor het eerst in aanraking met de besturingstechnologie van B&R. Tak wilde al snel serieus werk maken van klantsupport voor de producten, maar kreeg er bij Hartogs de ruimte niet voor. In 1988 ontmoette hij op de Hannover Messe Erwin Bernecker, met Josef Rainer de oprichter van B&R. Die bleek wel in voor een eigen vestiging in Nederland. Tijdens een eerste bezoek aan het hoofdkantoor in Oostenrijk kreeg Tak het verzoek een ondernemingsplan te schrijven. ‘32 pagina’s vol aannames over de Nederlandse markt.’ Maar het werd enthousiast ontvangen en dus tekende Tak in juli 1988 zijn contract als Geschäftsführer van B&R Nederland, wat na een aanvraag van een Belgische klant al gauw werd omgedoopt tot B&R Benelux.

Geduld en vasthoudendheid

In het gesprek met Tak komen tal van onderwerpen aan bod, waaronder de commerciële kant van zijn loopbaan. De les die hij daaruit meegeeft, duidt hij met het woord ‘klantgerichtheid’. Daarvoor is bovenal – zo stelt hij – geduld en vasthoudendheid gevraagd. ‘Klanten kunnen soms heel lastig zijn. Dan zijn ze ontevreden omdat iets niet werkt, vaak omdat de eigen mensen iets hebben nagelaten. Ik heb daar nooit moeite mee gehad en legde graag uit hoe het zat. Desnoods reed ik er drie keer voor langs. En als ik in onze technologie een goede oplossing zag voor een klant, liet ik niet gauw los. Zo heb ik een inkoper keer op keer gebeld, maar steeds, zodra ik over onze plc begon, gooide hij de hoorn erop, want zij waren ‘al verder, gebruikten een pc voor de besturing’. Tot hij me toch de gelegenheid gaf een keer langs te komen om hem en zijn mensen uit te leggen dat onze plc dankzij een 8 bit brede I/O-bus en parallelprocessoren allang óók geschikt was voor de besturing van aandrijftechnologie. Sindsdien is hij klant. De lastigste klanten, waarvoor ik het meest mijn best heb moeten doen om ze binnen te halen, zijn steeds mijn beste, trouwste klanten gebleken.’

Werkelijke interesse

Klantgerichtheid vergt bovendien, vervolgt hij, ‘werkelijke interesse in de klant’. ‘Ik heb altijd gezorgd dat ik het totaalplaatje in beeld kreeg. Dan zie je bijvoorbeeld dat een oplossing die nu voor de klant werkt dat binnen twee jaar niet meer zal doen.’ Zijn eerste, grote machinebouwklant was ODME van Ron Kok en Lambert Dielissen. ‘ODME maakte machines voor de productie van cd’s en dvd’s waarvan het digitale format steeds weer veranderde. Om zijn klant tegemoet te komen, nam Kok al snel de modulaire opzet over die hij bij ASML had gezien, zodat die slechts één module hoefde te vervangen om de machine weer up-to-date te maken. Het ging om drie of vier min of meer gestandaardiseerde modules die hij door vier kleinere machinebouwers liet toeleveren. Maar die hadden elk hun eigen besturingstechnologie. Door daarin goed met hem mee te denken, kregen wij de rol ervoor te zorgen dat die vier leveranciers díe technologie toepasten waarvoor ODME gemakkelijk de software kon schrijven voor de besturing van het geheel.’

Voortdurende worsteling

In Taks betoog komen de begrippen standaardisering en digitalisering vaker terug, zij het in een andere context. Pogingen tot standaardisering van softwareontwikkeling, zo concludeert hij terugblikkend op de afgelopen decennia, resulteerden in de industrie in een voortdurende worsteling. Voor data- en besturingscommunicatie geldt gelukkig nu alom het open protocol OPC UA (Open Platform Communications Unified Architecture) als standaard, aldus Tak. Maar voor het ontwikkelen van besturingssoftware is dat nog altijd niet het geval.
Of dat voor de klant nadelig is, daar is hij nog niet uit. ‘Met één ontwikkelomgeving kun je plc’s programmeren waarmee 80 procent van de machines uitstekend functioneert. Maar de overige 20 procent heeft het nakijken. B&R heeft zich steeds juist in die nichemarkten onderscheiden met oplossingen voor vaak complexe machines waarvoor communicatie met externe systemen erg belangrijk is.’

‘Het is nog de vraag of machinebouwers overstappen op second sourcing’

Meer standaardisering zou wel voordelen hebben voor de sourcende klant, weet Tak. ‘De huidige supply-problemen dwingen veel machinebouwers tot nadenken over second sourcing. Maar het is de vraag of ze die stappen naar een tweede merk ook echt gaan zetten. Naast elkaar twee verschillende softwareplatformen onder de knie krijgen en toepassen vergt een grote investering.’
Wellicht dat de voorzichtige trend naar servitization de standaardisering versnelt, vervolgt hij. ‘De eindgebruiker koopt dan slechts productiecapaciteit en zal het worst wezen wat voor technologie er onder de behuizing zit. De machinebouwer blijft eigenaar, hoeft voor de technologie geen rekening meer te houden met een voorschrijvende klant en kan voor al zijn machines dezelfde besturingsprogrammatuur gebruiken. Servitization bezorgt de machinebouwer echter wel de nodige financieringsproblemen, dus zo hard zal dat niet gaan’, verwacht hij.

Completer bedienen

De voordelen van digitalisering in de aandrijftechniek zijn voor hem evidenter. Niet voor niets heeft het B&R, ook in Nederland, de grootste omzetgroei opgeleverd in de 34 jaar die Piet Tak heeft meebeleefd. Ofschoon er in eerste instantie juist een dreiging van leek uit te gaan, verhaalt hij. ‘De leveranciers van aandrijftechnologie konden door de digitalisering hun servo-regelaars en frequentieomvormers programmeerbaar maken en daarmee ook I/O-besturen, iets wat daarvoor alleen vanuit de plc kon. Dus zijn wij naast slimme plc’s ook eigen servo-aandrijvingen gaan ontwikkelen en produceren. En met onze ontwikkelsoftware Automation Studio was het mogelijk zowel de aandrijftechnologie als de besturing van de hele machine te programmeren. De bijbehorende aandrijftechnologie zijn we natuurlijk ook gaan leveren. Zo konden we de klant veel completer bedienen en verdubbelde de omzet.’

Vruchtbare bodem

Piet Tak kreeg in 1988 van B&R 200.000 gulden en de opdracht een geschikt pand en eerste medewerkers te zoeken. Inmiddels telt het bedrijf in Nederland twintig mensen plus negen in België. Die groei kon niet alleen worden gerealiseerd door de combinatie van klantgerichtheid en innovatieve technologie, maar ook omdat die in Nederland in vruchtbare bodem viel. ‘In 1995’, zo heeft Tak voorafgaand aan het interview opgezocht, ‘werd 6,4 procent van de omzet van de Nederlandse industrie behaald door de machinebouw. In 2021 was dat gestegen naar 17,2 procent. De machinebouw is een belangrijke motor van onze industrie geworden.’

Creativiteit en lef

blank

Link magazine editie juni 2022 | jaargang 24 thema: Hoe slaan we de brug tussen de software- en de hardware-engineers? Lees Link digitaal of vraag een exemplaar op: mireille.vanginkel@linkmagazine.nl’

En dat heeft veel te maken met ‘onze Nederlandse rebelsheid’. ‘Duitsers zijn goed in het steeds verder perfectioneren van bestaande processen, wij hebben de creativiteit en het lef om technologische uitdagingen vanuit een compleet ander gezichtspunt te benaderen, om buiten de lijntjes te kleuren. Vaak leidt dat tot niets, maar dat wordt dan gecompenseerd door dat enorme succes als het wel lukt. Met ASML als het grote voorbeeld. Hun succes straalt af op de gehele Nederlandse machinebouw. Onze rol is dan zo goed mogelijk mee te denken met die creatieve machinebouwer, mee vooruit te kijken naar de komende tien jaar.’
Maar vanaf nu dus zonder Piet Tak. Op het moment van het interview, begin mei, heeft Bas Michielsen, zeven jaar geleden als sales engineer bij B&R in Breda begonnen, inmiddels het roer overgenomen. Tak geniet dan net van zijn stuwmeer aan vakantiedagen, waarna hij op 14 juli officieel B&R verlaat. ‘We gaan nu eerst met vakantie naar Italië. Daarna? Er wordt al aan mij getrokken voor bestuursfuncties in het verenigingsleven. Niks betaalds, alles vrijwillig. En ik heb een zolder en een garage vol gereedschappen en materialen waar ik graag mee aan de slag ga. Ik blijf een techneut.’

B&R is een industrieel automatiseringsbedrijf met het hoofdkantoor in Oostenrijk en vestigingen over de hele wereld. In 2017 werd B&R een businessunit van de ABB Group. ‘B&R combineert state-of-the-art technologie met geavanceerde engineering om klanten in vrijwel elke industrie te voorzien van complete oplossingen voor machine- en fabrieksautomatisering, motion control, HMI en geïntegreerde veiligheidstechnologie’, aldus de onderneming. ‘Met industriële IoT-communicatiestandaarden zoals OPC UA, POWERLINK en openSAFETY alsook met de Automation Studio-softwareontwikkelomgeving herdefinieert B&R voortdurend de toekomst van automatiseringsengineering.’

Piet Tak

Piet Tak begon zijn loopbaan in 1978 als electrical engineer bij Jongenelen Elektrotechniek in Roosendaal. Na functies bij Elauma, BARFO en Nolte trad hij in 1982 in dienst van Ingenieursbureau Hartogs, als productmanager. Vervolgens werkt hij een jaar als salesengineer voor Gould Modicon om in 1988 de verantwoordelijkheid te krijgen voor het opstarten en runnen van de Nederlandse vestiging van B&R in Breda. Zijn schoolloopbaan verliep wat grillig: van havo naar mavo, van hts naar mts om, eenmaal aan het werk, via negen jaar avondstudie toch hbo-diploma’s in de elektro- en computertechniek te behalen.

Share.

Reageer

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Geverifieerd door ExactMetrics