MARCEL: Circulariteit vereist creativiteit, zero toxiciteit en netto positiviteit

0

Nederland wil in 2050 een volledig circulaire economie hebben. Daarin bestaat (bijna) geen afval meer en worden grondstoffen steeds opnieuw gebruikt. Die grondstoffencarrousel moet de ruggengraat vormen van de nieuwe economie. Deze ambitie hangt samen met de snel toenemende schaarste aan grondstoffen in de wereld en de nadelige gevolgen van onze productieprocessen en ons consumptiepatroon op het milieu, het klimaat en de biodiversiteit.

De afgelopen jaren zijn er schoorvoetend stapjes in de richting van een circulaire economie gezet. Volgens de Integrale Circulaire Rapportage 2023 van het Planbureau voor de Leefomgeving is van een versnelling echter geen sprake. Slechts 6 procent van de Nederlandse bedrijven is circulair. Als er op korte termijn niets verandert in ons productie- en consumptiesysteem en de marktvraag naar circulaire producten niet snel groeit, komt de kabinetsambitie van halvering van het primaire abiotische grondstofverbruik in 2030 niet in zicht en is een volledig circulaire economie in 2050 niet haalbaar.

blank

Link magazine februari/maart 2024 Thema: De keten op orde op lokaal niveau.
Lees Link magazine digitaal of vraag een exemplaar op bij mireille.vanginkel@linkmagazine.nl

Haast is dus geboden. Hoe gaan we zo snel mogelijk over van een vervuilend en lineair naar een circulair, duurzaam en schoon productieproces? Hoe kunnen we omdenken? Ten eerste zouden we meer creativiteit aan de dag moeten leggen dan we nu doen. Duurzame, niet-vervuilende producten met een lange levensduur dienen de norm te worden. Dat kunnen we bewerkstelligen door de zorgplicht voor het milieu, vastgelegd in artikel 1.1a van de Wet Milieubeheer, tot absolute norm en gebod te verheffen. Er zouden dan eenvoudigweg alleen nog maar schone, niet-vervuilende producten mogen worden gemaakt en alle schade aan het milieu dient te worden voorkomen, beperkt of ongedaan gemaakt door de vervuiler. Dit zal de creativiteit en inventiviteit van ondernemingen gigantisch aanjagen en automatisch leiden tot een andere, schone wijze van produceren en consumeren. Bedrijven kunnen de externe effecten van hun vervuilende productie dan niet langer afwentelen op de maatschappij. Daarmee zou meteen een gelijk speelveld geschapen zijn.

Ten tweede dienen we te streven naar zero toxiciteit op zo kort mogelijke termijn. Het gebruik van giftige stoffen in producten en productieprocessen en het lozen van die stoffen in lucht, water en bodem, is immers funest voor de natuur, ons leefmilieu en onze – eindige – grondstoffenvoorraad. Deze gifstoffen zorgen er ook voor dat de – nu nog – schone grondstoffen verontreinigd raken. Schone productie is dus een must. De vervuiler is aan zet. Tot slot zouden we ervoor kunnen kiezen om bedrijven alleen een license to operate of vergunning te verstrekken als ze een positieve sociale, maatschappelijke en milieu-impact hebben. Dat zijn bedrijven die meer geven dan zij nemen. Die – in de woorden van industrieveteraan Paul Polman – netto positief zijn. Een positieve impact die hard nodig is om alle aangerichte schade en negatieve effecten op te heffen en de aarde weer in balans te brengen.

Marcel Westphal is advocaat bij Westphal Johansen Advocaten.

 

Share.

Reageer

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Geverifieerd door ExactMetrics