Oude rotten trekken met compleet nieuwe microscoop de wereld in, ‘We zien een grote, groeiende taart en daar willen we een stukje van’

0

Meer dan tweehonderd jaar ervaring bij bedrijven als Philips, FEI, Phenom-World en Thermo Fisher brengen de oprichters van Phe-nx in Nuenen met zich mee. Ze hadden allang op hun lauweren kunnen rusten, wat advieswerk kunnen doen of hier en daar investeren in een aantrekkelijke hightech start-up. Maar dat is ook maar saai op den duur. Dus wilden ze het nog één keer ervaren: samen een bedrijf vanaf de grond opbouwen en succesvol maken. Met een product dat hun na aan het hart ligt en dat ze inmiddels volledig van scratch hebben ontwikkeld: de betaalbare elektronenmicroscoop Nanos waarvoor mondiaal een markt is. Daar zijn ze van overtuigd.

‘We vinden niks leuker dan zo’n nieuw, slim product neerzetten’

 De eerste exemplaren van de Nanos zijn verkocht. De assemblage ervan in het gebouw op het bedrijventerrein in Nuenen is gaande, in dezelfde ruimte als waar de ontwikkeling zit. Maar het pand is op de groei gehuurd: ontwikkeling en assemblage krijgen binnenkort aparte vertrekken. Inmiddels werken er een stuk of dertien mensen bij Phe-nx, en dat aantal zal vast toenemen. Phe-nx is een uitgesproken kop-staartbedrijf met een heel stel regionale toeleveranciers met wie het nauw samenwerkt. Maar ruimte genoeg nog op het industrieterrein waar verder onder meer wat autohandelaren, een bedrijf in zonwering, een woonwinkel en een bouwmarkt zitten. Niet echt een hightech omgeving, maar wel heel betaalbaar voor een start-up, benadrukt ceo Emile Asselbergs. En vergis je niet: ‘Vroeger zat CCM (Centre for Concepts in Mechatronics, in 1969 opgericht door de vermaarde professor Alexandre Horowitz, red.) hier om de hoek.’

Elektronenmicroscoop Nanos biedt hoge kwaliteit SEM-imaging met geïntegreerde energiedispersieve spectroscopie (EDS) voor een snelle elementenanalyse. Aan duurzaamheid is gedacht, aldus Asselbergs, wijzend op de lange levensduur en energiezuinigheid. Het apparaat is snel aan en uit te zetten: slaapstand is daarom niet nodig. Het kleine apparaat vergt weinig verpakking, en bestaat voor 90 procent uit aluminium, staal en koper. Er is weinig onderhoud nodig, dus service-engineers hoeven nauwelijks te reizen en klanten kunnen veel zelf oplossen.

Passie en vak

Vorig jaar zat Asselbergs nog aan de talkshowtafel tijdens de uitreiking van de DISCA-awards van Link Magazine en vertelde hij vol vuur over CryoSol-World in Weert, ontwikkelaar van technologie voor cryo-elektronenmicroscopie, bedoeld voor r&d in de life sciences. CryoSol-World groeit en bloeit. Asselbergs is mede-investeerder en werkte er drieënhalf jaar als operationeel directeur. ‘Ik ben er nog steeds bij betrokken, maar kan inmiddels niet meer zoveel bijdragen naar mijn gevoel. Het loopt daar heel goed. En zo’n elektronenmicroscoop zoals de Nanos is nog sterker mijn passie en mijn vak.’

Asselbergs was onder meer ceo bij Phenom-World. Toen dat werd verkocht aan Thermo Fisher, stopte hij en hoefde niet per se meer wat te doen voor de kost. ‘Maar ja, je mist dan toch iets in het leven.’ Hij deed wat ‘losse dingen’ en raakte betrokken bij CryoSol-World. Hetzelfde geldt zo’n beetje voor Richard Geschiere, nu cco van Phe-nx, voorheen onder meer werkzaam voor CryoSol-World, Phenom-World en Xerox.

Broek repareren

Vraag het tweetal hoe Phe-nx is ontstaan en er komt eerst een heel verhaal over de Phenom-microscoop, een tabletop-SEM (scannende elektronenmicroscoop). Die Phenom is een jaar of twintig jaar geleden ontworpen door FEI, wereldmarktleider in elektronenoptica, en destijds een unicum in de markt. Maar een groot commercieel succes werd het niet, mede omdat de verkoopagenten van FEI bleven focussen op de veel grotere, duurdere modellen. Het Amerikaanse hoofdkantoor van FEI trok in 2009 de stekker eruit.

Systeemleverancier NTS en kennispartner Sioux in Eindhoven staken de vinger op dat ze wel wilden doorgaan met die Phenom: ze hadden als ontwikkelpartners van FEI een hoop geld geïnvesteerd in de ontwikkeling en engineering, en er lag veel voorraad. ‘Ze wilden de scheur in de broek repareren’, aldus Asselbergs.

FEI ging akkoord. In de herfst van 2009 startte Phenom-World in Eindhoven. Heel kleinschalig, om eerst de voorraden kwijt te raken en daarna de productie weer langzaam op gang te krijgen. Asselbergs was destijds directeur van NTS Systence en NTS Optel, en haakte aan om de start-up te gaan leiden. Het nieuwe bedrijf werd al snel een succes. ‘Met een paar man zo’n start-up onder je hoede nemen en zorgen dat het gaat lopen, dat is geweldig’, aldus Geschiere die er cco was. Hij zette een heel nieuw distributienetwerk op en dat legde Phenom-World geen windeieren. Een kwart van de winst werd stelselmatig geïnvesteerd in innovatie. Er was een zeer directe, open relatie met de aandeelhouders-maakpartners Sioux en NTS. Maar in 2018 kocht wereldspeler Thermo Fisher (inmiddels eigenaar van FEI) ook Phenom-World. Dat was toen uitgegroeid tot een bedrijf van 65 mensen; jaarlijks gingen er 500 SEM’s de deur uit.

Emile Asselbergs: ‘Wij bouwen aan een oem-bedrijf dat hier over een halve eeuw nog zit. Dat weet ik zeker.’

Dus binnen Phenom-World hebben jullie elkaar echt leren kennen en waarderen?

Asselbergs: ‘Ja, het was een fantastische tijd. Het bedrijf had een uitgesproken Nederlandse of zelfs Brabantse cultuur van samenwerken en openheid. En een managementteam met een echte pioniersgeest. Ondeugend af en toe, maar ook altijd realistisch.’

Geschiere: ‘We hielden onze oren en ogen wijd open in de markt, luisterden naar onze klanten en distributeurs. Na de overname door zo’n gigantisch Amerikaans bedrijf als Thermo Fisher werd die cultuur echter heel anders. Emile vertrok heel snel, en na een half jaar heb ik ook afscheid genomen.’

Het leven aan de zijlijn van de industrie bleek ook niet alles. Dus toen zeiden jullie tegen elkaar: ‘We willen het gewoon nog een keer doen?’

Asselbergs: ‘Precies. Karel van der Mast – oud-technisch adviseur bij Phenom-World en nu cto van Phe-nx – riep dat als eerste. Met iets van vijftig jaar ervaring in elektronenmicroscopie stelde hij voor om opnieuw te beginnen, maar dan wel met ons samen.’

Geschiere: ‘We zien ook dat de markt van de tabletop-SEM’s heel sterk groeit. Werd het tafelmodel rond de eeuwwisseling nog enigszins als een aardigheidje gezien, nu is er heel serieuze interesse. Momenteel worden jaarlijks wereldwijd zo’n tweeduizend stuks verkocht.’

Asselbergs: ‘We zien een grote, groeiende taart en daar willen we een stukje van.’

Maar dan breng je weer eenzelfde soort product op de markt. Waarom?

Asselbergs: ‘We hebben natuurlijk ongelooflijk veel geleerd in al die jaren. Als je dan de kans krijgt om zo’n klein model elektronenmicroscoop geheel opnieuw te ontwikkelen, doe je het toch weer anders en beter dan voorheen. We wilden een topontwerp qua elektronica en software. Met de nieuwste detectietechnologie, een slimme user interface met remote besturing vanaf je tablet, moderne programmataal, een mooi, robuust ontwerp zonder spaghetti van kabels binnenin…’

Geschiere: ‘We denken goed te weten wat klanten willen en richten ons op een breed publiek. De markt wordt allang niet meer alleen gevormd door onderzoekslabs en grote r&d-afdelingen. Ons product is ook zeer interessant voor toeleveranciers die aan de steeds hogere kwaliteitseisen van oem’s als ASML moeten voldoen. Dat vraagt om een betaalbare elektronenmicroscoop die heel laagdrempelig is in gebruik.’

Asselbergs: ‘Wij bieden een apparaat dat bijna niks kost in onderhoud en gebruik. Dat durf ik wel hardop te zeggen. In andere SEM’s zitten fantastische elektronenbronnen, maar het verwisselen daarvan kost de klant veel geld en hij kan dat niet zelf. Onze bron is geweldig, kost een paar tientjes en omwisselen doet de klant eigenhandig. Dat soort keuzes hebben we gemaakt.’

Hoe zijn jullie begonnen, ergens aan de keukentafel?

Asselbergs: ‘Wij oude rotten in het vak gingen bij elkaar zitten, met onder meer ook Henk Tappel, een uitstekende, zeer creatieve mechanisch ontwerper (nu directeur van Bronkhorst High-Tech in Ruurlo, red.). We vinden niks leuker dan zo’n nieuw, slim product neerzetten. Met zijn allen hebben we erg veel kennis en ideeën, al mogen we veel misschien ook niet gebruiken. Sowieso zeiden we: “We beginnen opnieuw en kijken niet echt naar wat er al is.” Zo’n Phenom kent natuurlijk bepaalde patenten, waar je ver bij uit de buurt moet blijven. We wilden gewoon iets compleet nieuws. Karel is elektronenopticus: hij is gaan rekenen, nog eens rekenen en nog eens rekenen. We hebben uren gepraat over de mechanica en elektronica. Geweldig. Hans Vriend, de vierde eigenaar en nu cfo, kwam er ook bij.’

Richard Geschiere: ‘De Nanos is sterk modulair ontworpen, zodat we complete modules kunnen uitbesteden en snel kunnen opschalen.’

Jullie hebben vele pizzameetings achter de rug. Maar dan nog is alles er alleen op papier of digitaal.

Asselbergs: ‘Op een gegeven moment bestond het apparaat al helemaal in onze formules en tekeningen. Nou ja, dan belden we bijvoorbeeld ICT-dienstverlener Enginia of we hun CAD-systeem Solid Edge mochten lenen voor een jaar, en nog een jaar, om het ontwerp daarin gedetailleerd uit te werken.’

Geschiere: ‘We hebben ook meteen tegen elkaar gezegd dat we voor de productie niet naar bijvoorbeeld China of Tsjechië wilden. We worden enthousiast van de manier waarop wij intensief met elkaar en met leveranciers en distributeurs kunnen samenwerken. Langzamerhand haakten de eerste medewerkers aan, want jonge honden hadden we ook nodig. Dat zijn mensen met gezinnen, die moeten wel wat verdienen natuurlijk. “Wat heb jij nodig om fatsoenlijk te kunnen leven?”, hebben we gevraagd. Als het straks wat wordt, profiteren ze natuurlijk mee van het succes van het bedrijf.’

Jullie kiezen voor toeleveranciers in de regio. Die kun je nog niets garanderen qua aantallen of productie.

Geschiere: ‘Exacte namen van suppliers geven we niet, maar veel zitten er in Helmond en omgeving. Bedrijven in Eindhoven hebben het erg druk met ASML. De Nanos is sterk modulair ontworpen, zodat we complete modules kunnen uitbesteden en snel kunnen opschalen.’

Asselbergs: ‘Een paar kritieke modules waarin veel specifieke kennis zit, maken we zelf. Het zijn heel ondernemende leveranciers en we vertrouwen elkaar. Sommige suppliers monteren nu ook al mee. Zij zetten echt stappen met ons qua efficiëntie en maakbaarheid. Natuurlijk zijn er geen garanties qua aantallen en succes, maar we hebben wel een goed verhaal. En we hebben in het verleden bewezen dat we kunnen ondernemen. Waarom zouden we zoiets niet kunnen herhalen?’

Waar komt de naam Nanos vandaan?

Geschiere: ‘We zochten een pakkende naam, liefst met twee lettergrepen. We noemen het nog elektronenmicroscopie, maar feitelijk is het natuurlijk nanoscopie. We wilden niks wat op Phenom of een model van een ander bedrijf leek. Heel belangrijk om te zeggen is dat we absoluut niet in het vaarwater van Thermo Fisher willen zitten. We doen echt wat anders voor heel andere markten. We zien een marktontwikkeling waarbij de Phenom en soortgelijke microscopen opschuiven naar een hoger segment met zeer specifieke applicaties. Daar willen we wegblijven. In ons ontwerp zitten veel slimmigheden en functionaliteiten. We maken een compleet model, juist voor bedrijven waarvoor het gebruik van een SEM nog relatief nieuw is.’

De PH in Phe-nx verwijst naar Philips. Het is puur een eerbetoon. Philips is hier in de regio decennia geleden begonnen met elektronenoptiek

De feniks verrijst uit de as?

Asselbergs: ‘De PH in Phe-nx verwijst naar Philips. Het is puur een eerbetoon. Philips is hier in de regio decennia geleden begonnen met elektronenoptiek. Philips heeft ons getraind, in basisvaardigheden, in het netjes vrijgeven van een ontwerp. En wist je iets niet bij Philips, dan ging je rondvragen en werd je geholpen. Dat te rade gaan bij vakgenoten bestaat nog steeds in Eindhoven.’

De talkshow gaat vooraf aan de uitreikingen van de drie Dutch Industrial Suppliers and Customer Awards (DISCA). Na de borrel vindt tijdens het diner de live finale plaats van de Dutch Industrial Suppliers and Customer Awards 2023. Programma, dit jaar aan de Talkshow tafel: Rombout Swanborn, serieondernemer en oprichter van HyET Group, Marc Evers, directeur TBRM, een incubator en engineering service provider, en Ellen de Brabander, executive vice president r&d and innovation bij farmaceutisch bedrijf voor diergezondheid Elanco. Aanmelden disca@linkmagazine.nl

Sta je nu op het punt waar je wilde staan?

Asselbergs: ‘Nou, we staan nu op het punt waar we een jaar geleden wilden staan. Het is niet alleen feest natuurlijk. Dit is hightech en hightech is regelmatig heel taai. Dan heb je een probleem op te lossen. We kregen te maken met tekorten in de supplychain. Of soms doet het apparaat net even niet wat je verwacht, of doet het tweede exemplaar ineens niet wat het eerste wél deed.’

‘Een startend bedrijf moet altijd door de valley of death, waarbij het erop of eronder is. Die periode zonder inkomsten kun je natuurlijk reduceren door de ontwikkeltijd zo kort mogelijk te houden. Hoe je dat doet? Door niet te bezuinigen op mensen die kennis en kwaliteit inbrengen, binnenshuis en daarbuiten. Dat hebben we gedaan. Maar dan ligt er een prototype dat nog veel verbetering vergt. Ontwikkelaars stoppen nooit, hè? Maar goed genoeg is goed genoeg. Als technicus ben je soms ontevreden. Maar een klant ziet iets heel anders. Die denkt: “Oh, dat is mooi, dat apparaat is exact wat ik nodig heb, dat ga ik kopen.” En intussen innoveren we door. Wat we verdienen, herinvesteren we.’

Welke hobbels moesten jullie nemen afgelopen tijd?

Geschiere: ‘Die gigantisch lange levertijden dus. Plus het vinden van goede mensen.’

Asselbergs: ‘Mensen willen wel, maar zitten in ons land met strenge concurrentiebedingen. Die heb ik zelf ook gehad. Ik mocht twee jaar niks doen. Ik vind het eigenlijk ongehoord dat werkgevers hun oud-medewerkers zo belemmeren. Intellectual property was niet lastig voor ons, omdat we als eigenwijze techneuten helemaal opnieuw begonnen zijn qua ontwerp. Maar die concurrentiebedingen zitten ons soms wel dwars.’

Wat gaat er het komende jaar, de komende twee jaar gebeuren?

Asselbergs: ‘We gaan groeien, in ruimte, aantal mensen, omzet. Er zal zeker een volgend product op de markt komen. We hebben nu een basisapparaat en denken aan een nieuw apparaat met opnieuw veel toegevoegde waarde voor de klant. Die zoektocht beginnen we nu. En we gaan met de Nanos meteen de hele wereld bedienen. Het is zo eenvoudig: je steekt de stekker in het stopcontact en hij werkt. Wij bouwen aan een oem-bedrijf dat hier over een halve eeuw nog zit. Dat weet ik zeker.’

Share.

Reageer

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Geverifieerd door ExactMetrics