Zoals zoveel bedrijfstakken tegenwoordig heeft ook de verspanende industrie te maken met een tekort aan arbeidskrachten. Om nieuwe talenten te overtuigen en om het huidige personeel te behouden, is het van belang om ze interessant werk te bieden. Dat betekent dat je ze niet te veel wilt belasten met het beladen van CNC-machines, en met de wissel van klemmen en gereedschappen. Automatisch beladen van draai- en freesmachines is daarom inmiddels standaard, en ook klemmen worden vaak door een robotarm verwisseld. Voor gereedschappen ligt dat een tikkeltje ingewikkelder. Tenminste, als een verspaner high mix, low volume-projecten doet, zoals het Schiedamse Boers & Co.
Ceo Ronald Koot klopte daarom een jaar of tien geleden aan bij Cellro in Veenendaal, leverancier van automatiseringsoplossingen voor de verspanende industrie. ‘We wilden een compact systeem van twee gekoppelde CNC-machines met een gemeenschappelijke gereedschapsbibliotheek ertussen’, vertelt hij. Destijds was de besturing van de productiemachines nog niet open genoeg om een nauwkeurige afstemming met de externe robot te kunnen verwezenlijken, maar in 2020 bliezen de partners het idee nieuw leven in. Begin dit jaar – na wat strubbelingen door componentenschaarste – was het eerste systeem klaar.
Op basis van de functionele beschrijving van Boers & Co heeft Cellro een wisselsysteem gebouwd die met een robot vanuit een magazijn in de automatiseringscel rechtstreeks gereedschappen in de machines kan plaatsen. ‘Zo kan deze Xcelerate X35-variant veel langer produceren en krijg je geen stilstand omdat een tool niet voorhanden is, of omdat de operator niet beschikbaar is omdat hij net even bij een andere machine staat’, legt Cellro-directeur Arnoud de Kuijper uit.
De twee gereedschapsrekken bieden plaats aan elk veertig tools. Voor dit type machine is dat een flinke verruiming van de mogelijkheden. Koot: ‘We hebben natuurlijk ook systemen waar honderden gereedschappen in passen, maar dat zijn totaal andere configuraties.’ Een beperkte footprint was voor het Schiedamse bedrijf namelijk een belangrijke voorwaarde. Daarom kozen Cellro en Boers & Co ervoor om twee CNC-machines – in dit geval twee Robodrills van Fanuc – te beladen met één robotarm waardoor er minder vloeroppervlak nodig is. De opzet heeft nog een groot voordeel. ‘We hoeven dus niet te investeren in twee sets met gereedschappen’, zegt Koot. En door de robotarm op een rail te monteren, zou de capaciteit van het systeem bovendien relatief eenvoudig kunnen worden uitgebreid.
De coördinatie van de Robodrills, robotarm en alle producten, klemmen en tools bleek de grootste uitdaging tijdens de ontwikkeling. ‘Het kan immers gebeuren dat de ene machine een stuk gereedschap nodig heeft dat net in de andere machine zit’, legt De Kuijper uit. Het vereist dus de nodige planning. Mechanisch is het allemaal behoorlijk rechttoe rechtaan, maar softwarematig is het aanzienlijk complexer. ‘De robotarm moet goed met de CNC-machines communiceren. We hebben intensief met Fanuc overlegd om dit voor elkaar te krijgen.’
Boers & Co was de vragende partij in het project. ‘Zo’n launching customer heb je nodig in een ontwikkeling zoals deze’, zegt De Kuijper, ‘want dan begrijp je de case beter en sluit het systeem precies aan bij de klanteisen.’ Cellro heeft echter geen klantspecifieke oplossing neergezet. ‘Het is weliswaar op aanvraag van Boers & Co gebeurd, maar we zijn er trots op dat we het nu als standaard product in ons assortiment hebben.’