‘Samen maken we dromen waar’. Met die woorden eindigt drievoudig Olympisch kampioen Harrie Lavreysen de LinkedIn-post die hij speciaal voor zijn sponsor Q-Fin opnam. In deze persoonlijke boodschap dankt hij het bedrijf voor de steun tijdens zijn carrière en richting de Olympische Spelen in Parijs. ‘Mede dankzij jullie heb ik mij volledig kunnen richten op mijn trainingen en jullie vertrouwen en bijdrage hebben mij geholpen om het beste uit mijzelf te halen’, aldus de snelste baanrenner ter wereld.
De snelheid en prestaties die Harrie Lavreysen op de wielerbaan levert, wil Q-Fin ook bereiken met haar finishing-machines voor de metaalindustrie. ‘Als bedrijf zochten wij iets met snelheid en Harrie Lavreysen komt hier vlakbij uit de buurt’, vertelt directeur Anton Bax van Q-Fin. ‘Daarom zijn wij Harrie twee jaar geleden gaan sponsoren. Hij ging voor drie gouden medailles en heeft dat ook waargemaakt. Met dezelfde vastberadenheid streven wij er als bedrijf naar om ons doel te bereiken.’
Wereldtop
Om die ambities waar te maken timmert het bedrijf uit Bergeijk al tien jaar hard aan de weg. ‘Q-Fin is ontstaan met het idee dat de ideale ontbraammachine nog niet bestond. Vanuit Bax Metaal beschikten we over veel kennis aan welke vereisten deze ideale ontbraammachine moest voldoen. Inmiddels durf ik wel te zeggen dat onze high-end machines voor ontbramen, afronden en finishen tot de wereldtop behoren.’
Desondanks blijft het volgens Bax moeilijk om je als finishing bedrijf te onderscheiden in de markt. ‘Veel bedrijven die starten met ontbramen en hiervoor op zoek zijn naar een machine, weten vaak niet goed wat voor machines er allemaal op de markt zijn. Wij zitten in het hoge segment met onze machines, qua prijs zijn wij niet de goedkoopste’, vertelt hij. ‘Als je echter kijkt naar de snelheid van onze machine en uitrekent hoe weinig tijd hij nodig heeft om producten te bewerken, is onze toplijn per product het voordeligst.’ En snelheid is belangrijk, want dat levert bedrijven geld op. ‘Genoeg metaalbedrijven beschikken over lasersnijders, maar de bottleneck is vaak het ontbramen, afronden en finishen van producten. Zeker in Noord-Europa wil niemand meer producten met scherpe kantjes. Daar bieden wij uitstekende oplossingen voor.’
‘Onze toplijn is per product het voordeligst’
Bax illustreert dit met een mooi praktijkvoorbeeld. ‘Zojuist was hier een klant in onze showroom, die vier maanden onderzoek heeft gedaan naar alle merken ontbraammachines en uiteindelijk toch voor een van onze machines heeft gekozen. Hoewel de investering in deze machine hoger is dan zijn baas aanvankelijk wilde, is die man helemaal in zijn nopjes met het feit dat hij straks met onze machine mag gaan werken. Dat komt vooral doordat wij met Q-Fin op technisch vlak vooroplopen.’
Twee borsteltechnieken
De grote ambitie van het bedrijf uit Bergeijk is om in 2028 met Q-Fin dé standaard te zijn op het gebied van finishing-machines. Bax: ‘Samen met Koen de Waard ben ik in 2013 met Q-Fin gestart. Zijn droom was destijds al om een machine te bouwen met twee borsteltechnieken tegelijk. In de markt werd dat idee kritisch ontvangen. Want zo’n machine kost een paar centen en niemand zou ooit zoveel geld gaan betalen voor een borstelmachine.’ Inmiddels is Q-Fin ruim tien jaar verder en verkoopt het deze machine het meest. ‘Want wanneer je gaat rekenen, is deze machine veel goedkoper dan elke dag het uurloon van een aantal medewerkers betalen. Met een paar jaar heb je hem al terugverdiend.’ Daarnaast heeft Q-Fin ook de marktomstandigheden mee op dit moment. ‘Wij bouwen snelle machines, die ook volledig zijn in te bouwen in geautomatiseerde processen. Met name die automatisering willen wij in de komende jaren verder doorzetten en perfectioneren.’
Een groot voordeel daarbij is volgens Bax dat Q-Fin alle technieken in huis heeft om de machines vrijwel helemaal in eigen huis te produceren. ‘Het ontwerpen en plaatwerk deden wij al en in de afgelopen jaren zijn daar onder andere elektra, plc-sturing en software bijgekomen. Wij kunnen de hele machine zelf samenstellen. Dat betekent ook dat we verbeteringen aan de machines binnen enkele weken kunnen doorvoeren.’ Dat is tevens de grote drijfveer binnen de organisatie. ‘Wij willen gewoon de beste zijn en zijn ook niet snel tevreden. Daarom blijven we onze machines doelgericht doorontwikkelen.’
Extra uitdagingen
Tegelijkertijd zorgt de grote vraag naar nieuwe machines ook voor extra uitdagingen in de productie. ‘Het bouwen van een nieuwe machine kost al gauw zo’n 800 tot 1.000 uur per machine en onlangs hebben we er kort achter elkaar vier verkocht. Dat is natuurlijk geweldig mooi, maar die machines moeten wel gemaakt worden en tijdig volgens afspraak worden geleverd. Maar daar passen we ook wel weer een mouw aan. Als wij iets beloven, dan komen wij het ook na.’
Bottleneck
De directeur van Q-Fin geeft aan in de komende jaren ook te willen groeien in het buitenland. ‘Onze klant is de high-end plaatwerker die kiest voor kwaliteit en die zijn bedrijfsactiviteiten graag verder wil automatiseren. Met Q-Fin bieden wij hem die mogelijkheid en lossen wij de bottleneck van het ontbramen voor hem op’, zegt hij. ‘We werken al een aantal jaren fijn samen met een partner in Australië, met wie wij helemaal op dezelfde golflengte zitten. In Duitsland doen we het goed, maar daar is ook nog een markt te winnen voor ons.’ Hetzelfde geldt voor Scandinavië, Polen en Noord- en Zuid-Europa. Verder heeft Q-Fin onlangs een machine in de Verenigde Staten verkocht en staat het bedrijf volgend jaar op de Fabtech in Chicago. ‘Dat zijn mooie ontwikkelingen, maar het betekent ook dat we vol aan de bak moeten om al die ambities waar te maken. Daarom blijven wij investeren in technologie én marketing om onze naamsbekendheid verder te vergroten.’
Is het daarbij een voordeel dat Olympisch kampioen Harrie Lavreysen als uithangbord kan worden ingezet? ‘Wij zijn er trots op dat wij Harrie mogen sponsoren en bewonderen zijn prestaties enorm. Die kant willen wij met ons bedrijf ook op. Daar werken we met z’n allen keihard aan. We merken dat klanten Harrie soms herkennen. Maar voor ons is het belangrijkste dat we die kleine groep potentiële kopers weten te bereiken die mogelijk onze machines willen kopen. Daar draait het uiteindelijk allemaal om.’