Op steeds meer productielocaties rijden ze rond: automatic guided vehicles (agv’s). Ze maken logistieke processen compleet anders. Medewerkers op de werkvloer moeten eraan wennen, ook moeten de agv’s 100 procent veilig zijn. Pilz, wereldwijd technologieleider in veilige automatiseringstechniek, helpt productiebedrijven daarom bij de aanschaf en ingebruikname van alle mogelijke soorten automatische voertuigen voor intralogistiek. ‘Het zijn toch robots die je in huis haalt.’
Pilz biedt servicepakket voor toenemend aantal bedrijven met bestuurderloze transportvoertuigen
Bedrijven die investeren in een agv-systeem overzien niet altijd de vele consequenties voor de werkvloer en wat er zoal nodig is. Ze geven hun leverancier bijvoorbeeld een plattegrond van de productielocatie, waarna er een tijd overheen gaat voordat het systeem geleverd wordt en het daardoor allemaal niet meer matcht. Of ze verwachten dat minder heftrucks met chauffeurs op de werkvloer vanzelf tot minder (grote of kleine) ongelukken leiden. Waarna er een agv rijdt die misschien veel te abrupt stopt, zodat de hele lading eraf vliegt. Het kan ook zijn dat robots automatisch naar oplaadpunten rijden en argeloze medewerkers enorm laten schrikken. Kortom, er kan van alles misgaan, zegt Maurice Rijnders, safety consultant bij Pilz in Vianen. ‘Een agv kan op centimeters nauwkeurig rijden. Dus kunnen mensen denken dat zo’n voertuig ook niet veel ruimte nodig heeft. Maar het is wél een heftruck die uitgebreid moet kunnen manoeuvreren. Sommige agv’s vervoeren dozen kunststof spuitgietdelen, andere twintig ton aan vracht. Als een agv die wil afzetten of doorgeven, of moet samenwerken met een mens, vraagt dat veel qua veiligheid.’ Stel dat ergens op de werkvloer een pallet vol onderdelen wordt vervoerd, hoe voorkom je dan dat iemand ingesloten wordt?
Nieuwe norm
Vanzelfsprekend zijn er allerlei regels en normen. Wie autonome bestuurderloze transportvoertuigen of complete systemen (met meerdere voertuigen) ontwerpt en bouwt, moet de ISO 3691-4-richtlijnen naleven. Die ISO-norm definieert de veiligheidseisen en bepaalt hoe de validatie van geautomatiseerde functies van de voertuigen moet verlopen. Ook beschrijft de norm de vereiste prestaties voor onder meer de diverse bedrijfsmodi en rembesturing. De nieuwe ISO-norm was hard nodig door de snelle technologische ontwikkelingen, bovendien is de al bestaande EN 1525:1997 alweer 24 jaar oud. De nieuwe norm is uitgebreider en specifieker, vooral ook als het op de integratie met de werkvloer aankomt. Daarnaast bevat de nieuwe norm eisen voor de onderneming die agv’s in haar processen inzet. Dan gaat het bijvoorbeeld om een goede zone-indeling op de werkvloer. In Europa vult de norm EN 1175:2020 de ISO-norm voor agv’s aan. Die Europese norm gaat vooral dieper in op elektrische aspecten.
Interessante markt
Er komen intussen steeds meer agv-leveranciers. Sommige zijn inmiddels zeer ervaren en leveren goede machines. Maar er zitten ook beginners tussen die een interessante markt ruiken, aldus Rijnders. De materie is complex en daarom heeft Pilz een servicepakket ontwikkeld voor industriële bedrijven. Experts kijken mee, vanaf het moment van het ontwerp en de koop van agv’s tot en met het regelmatig opnieuw controleren als de robots rondrijden op de werkvloer. Rijnders: ‘De aanschaf, bouw en introductie is vaak een samenwerking tussen meerdere partijen. De agv-leverancier ontwerpt en assembleert een systeem, de klant heeft bepaalde eisen, er is andere IT in het spel: systemen moeten met elkaar kunnen praten en de juiste informatie opleveren.’
Het servicepakket van Pilz voor het veilig gebruik van automatische transportsystemen omvat een aantal onderdelen. Zo is er om te beginnen het design risk assessment. ‘We doen een risicobeoordeling aan de hand van de ontwerptekeningen van de agv-leverancier. Er is dan nog niets gebouwd voor een klant. We kijken naar de constructiekenmerken en controleren het ontwerp op de naleving van wettelijke normen en voorschriften. Wat zijn aandachtspunten? Zijn mogelijke risico’s afgedekt? Remt de agv op tijd, en remt hij niet te snel? Bij zowel nieuwkomers op de markt als ervaren leveranciers kunnen we op tekortkomingen stuiten, omdat er altijd klantspecifieke zaken aan zo’n agv zitten. Ik ben ook wel eens een leverancier tegengekomen die een stuk goedkoper dan de concurrentie leverde, maar waarbij het veiligheidssysteem van de machines niet voldoende betrouwbaar bleek.’ De klant ontvangt van Pilz een reviewrapport en ziet meteen wat noodzakelijk of aan te bevelen is om de veiligheid van een agv te verhogen of de toekomstige productiviteit op de werkvloer te verbeteren.
Cultuur op de werkvloer
Vervolgens is er de factory acceptance test (FAT), een gedetailleerde analyse van de belangrijkste veiligheidsfuncties van een kant-en-klare agv. Rijnders: ‘Dan hebben we het over uitgebreid testen op de productievloer of in het magazijn. De agv komt daadwerkelijk in actie bij de klant. Het is vaak een mobiele machine van behoorlijke omvang die het werk heel anders maakt dan voorheen. We zien soms rare dingen. Zo heb ik wel eens meegemaakt dat medewerkers afnametesten saboteerden: wellicht waren ze tegen die automatische voertuigen. Anderen rommelen met scanners, of snijden de agv de pas af met een heftruck. Dat kan best gevaarlijk zijn. Zo’n afnametest maakt duidelijk wat wel en niet aan de robot ligt in bepaalde lokale omstandigheden.’ Bij sommige bedrijven rijden al meer dan twintig jaar agv’s rond, daar zijn mensen het gewend. Maar als het helemaal nieuw is, hoe reageren medewerkers dan, hoe werken ze ermee? ‘Je kunt niet alle risico’s afdekken of op de robot afschuiven. Het is vaak ook een kwestie van cultuurverandering. Willen mensen ermee werken?’ Pilz geeft bij de FAT weer allerlei noodzakelijke en aanbevolen maatregelen aan.
Gulden middenweg
Snelheid is ook een belangrijke factor, de lading van een agv heeft invloed op de remweg en andersom. ‘Een leverancier bouwt een model en test hem’, zegt Rijnders. ‘Maar dan gaat de robot naar de klant, die wil dat de machine toch alsnog net wat sneller rijdt of bijvoorbeeld zijn vork alvast omhoog doet tijdens het rijden. Alle aangebrachte wijzigingen moeten heel goed bijgehouden worden in het veiligheidssysteem. Het uiteindelijke gebruik bij de klant kan alsnog de veiligheidsgraad verlagen. Vaak is het een discussie over prestatie versus veiligheid: niet zelden is er echter een gulden middenweg.’ Pilz kijkt objectief: voldoet alles aan de normen, is de veiligheid gegarandeerd bij een bepaalde toepassing in een bepaalde productieomgeving? ‘Als een klant ons om een review heeft gevraagd en er ontstaat een conflict over details tussen klant en toeleverancier, zal die laatste niet blij met ons zijn. Maar het kan ook zijn dat we de leverancier gelijk geven.’
Rubberen banden
Pilz doet desgewenst ook site acceptance tests: risicobeoordelingen en controles van agv’s en complete systemen die al in gebruik zijn. Waar worden ze toegepast, is de omgeving ervoor ingericht, is er iets veranderd, kloppen de veiligheidsvoorzieningen nog? Bovendien zijn er trainingen voor medewerkers op de werkvloer: waar moeten ze rekening mee houden nu er robots voor de intralogistiek in gebruik zijn? Rijnders: ‘Schroef geen meterkast aan de muur of zet geen schoonmaakkarretjes op een route waar agv’s rijden. Het gaat vaak om heel praktische maar essentiële zaken.’