Twee scale-ups maken zich klaar voor de sprint
Mobiliteit en duurzaamheid. Op deze grote maatschappelijke thema’s acteren respectievelijk Delft Dynamics, met drones, en Duratherm, met een verbeterde ‘bodemwisselaar’. Beide ondernemingen gaan er dan ook vanuit de komende jaren fors te zullen groeien. Een portret van twee scale-ups onder de hoede van ras-ondernemer Bert Draaijer.
Delft Dynamics heeft het ontwikkelwerk aan klantspecifieke ‘onbemande vliegende systemen’ – drones – tot nog toe met een man of vijf gedaan. Engineers die vermarkting en administratie erbij deden. Maar drones vormen een groeimarkt en directeur Arnout de Jong verwacht dat die toenemende vraag naar nieuwe systemen, in series (veel) groter dan het huidige maximum van tien stuks, ervoor zal zorgen dat zijn onderneming de komende drie, vier jaar met 400 tot 500 procent zal groeien. ‘Wij zijn tot nog toe een sterk technisch georiënteerd bedrijf geweest, gefocust op het ontwikkelen van klantspecifieke systemen. Maar de markt biedt ruimte voor veel meer projecten, in veel grotere series.’
De lichtgewicht RH3 Swift, een van de drones waarmee Delft Dynamics de groeimarkt op wil.
Om de voorziene groei te kunnen realiseren, overweegt drone-ontwikkelaar Delft Dynamics het inhuren van extra ontwikkelaars en mensen met verstand van business development, sales en het runnen van grootschaliger productieprocessen. ‘Een andere optie is de focus op r&d te houden en het hele scale-up-proces onder te brengen in joint ventures waaruit je licentie-inkomsten haalt.’, aldus De Jong. Hierover overlegt hij onder meer met zijn toeleveranciers.
Toelevering
Delft Dynamics ontwikkelt zelf de besturingssoftware inclusief de interfaces naar de gebruiker, zodat die de drone gemakkelijk zelf kan bedienen en goed zicht heeft op zaken als vliegplek, brandstofverbruik, camerabeelden en sensorinformatie. Voorts doet de onderneming de integratie en het testwerk. Veel hardware echter wordt toegeleverd. Zo levert Vacutech frees- en draaidelen, zorgt RPP voor het plaatwerk en komen de pcb’s van Eurocircuits. ‘Wij ontwikkelen alles tot op detailniveau, maar hebben gelukkig wel leveranciers die goed meedenken, om het beter en goedkoper produceerbaar te maken. En met sommigen van hen praten we ook over het opschalingsproces en hun rol daarin.’
Belangrijk is dat Delft Dynamics meteen heeft gezorgd voor een modulaire opbouw, met zoveel mogelijk standaardcomponenten. ‘Onze eerste drone leverden we aan het KLPD (Korps Landelijke Politiediensten, red.), voor onder meer observatie bij criminaliteitsbestrijding. Maar we ontwikkelen en maken nu ook drones voor defensie, brandweer en petrochemie. Als je een schoorsteen met ons systeem kan checken op scheurtjes of loszittende delen, kan dat tonnen of zelfs miljoenen aan downtime schelen en de opbouw van een steiger.’ Aan die groei moeten ook compleet nieuwe producten gaan bijdragen, zoals de onlangs gelanceerde DroneCatcher en de lichtgewicht RH3 Swift, met extra lange vliegduur.
Zakelijk instinct
Op zijn groeipad benut Delft Dynamics de zakelijke instincten en contacten van Bert Draaijer. Hij is oud-directeur van onder meer KLS Netherlands, dat volautomatische systemen voor medicijndistributie vermarkt, en directeur van V en M Regeltechniek. De Jong: ’Ik denk dat hij kan zorgen voor een stuk financiering en contacten met mensen die verstand hebben van de markt en opschaling.’ Mogelijkheden genoeg. ‘Vooral voor de nichemarkten defensie en politie’, aldus Draaijer, die – niet toevallig – ook vice-voorzitter is van het Landelijk Defensie Platform voor VNO-NCW.
Van een andere scale-up waar Draaijer nauw bij betrokken raakte, is hij inmiddels eigenaar. Hij wil met Duratherm uit Elburg snel doorgroeien van de huidige vijftien mensen naar vijftig à zestig en een omzet van zo’n vijftien miljoen euro. En daarvoor staan alle lichten wat hem betreft op groen; de bouwcrisis is voorbij en Duratherm heeft een nieuwe, veelbelovende technologie in handen ‘waar de markt nu echt rijp voor is’. Dat is het verwarmen en koelen van huizen en utiliteitsbouw met een combinatie van warmte-koude-opslag (wko) en geothermie. Gebouwen worden in de zomer gekoeld en in de winter verwarmd, gebruikmakend van de constante tien graden Celsius van de bodem op geringe diepte en de aardwarmte (geothermie) van diepere lagen.
Alles in huis
Deze ‘verticale bodemwisselaar’ heeft Duratherm nu verbeterd. Directeur Beerd Volkers: ‘Ons nieuwe systeem kent twee lussen waar water doorheen wordt gepompt. Eén loopt naar een diepte van tachtig meter. Via een warmtewisselaar wordt in de zomer
de warmte van het huis meegegeven aan het water dat naar beneden wordt gepompt, daar gekoeld en weer omhoog gepompt om de woning te koelen. De tweede lus gaat veel dieper, naar bijna 500 meter, waar het zo’n 25 graden is. Die aardwarmte wordt gebruikt om het gebouw in de winter te verwarmen. Voordeel van ons systeem is dat beide lussen gesloten zijn. Bij een gewone wko wordt water de grond in gepompt naar een zandlaag en weer omhoog gehaald; daarvan zijn de onderhoudskosten hoger en je moet – met het oog op de grondwaterkwaliteit – aan veel meer regels voldoen. Daarom gaan wij ook niet dieper dan 499 meter, want daaronder geldt de Mijnbouwwet.’
Duratherm-directeur Beerd Volkers: ‘Ik verwacht dat ons land, met zijn zeer geschikte bodem, snel een inhaalslag zal plegen.
Duratherm zoekt, ondersteund door het expertisecentrum SEECE (van de Hogeschool Arnhem Nijmegen), naar het optimum voor doorstroomsnelheid, diameter en materiaal van die tweede, diepgaande lus. Zodra het juiste polymeer gevonden is, kan Duratherm met deze innovatie de markt op, want de onderneming heeft verder alles in huis, zoals kennis en ervaring met het boorwerk en een goede supply chain. ‘Een betrouwbare leverancier, Dyka uit Steenwijk, voorziet ons al jaren van slangen met afstandsindicatie, zodat wij bij het inbrengen precies kunnen zien hoeveel meter is ingebracht.’
Inhaalslag
Dat de vraag snel zal groeien, daarover is Bert Draaijer stellig. ‘Ons systeem biedt een veel stabieler en dus comfortabeler binnenklimaat, terwijl dit aardwarmte-concept in combinatie met thermische zonnepanelen bij nieuwbouw niet duurder is dan een conventionele hr-ketel, driedubbelglas en warmteterugwinningssystemen. Bij bestaande bouw heb je het in acht tot tien jaar terugverdiend, met alle milieuvoordelen van dien. Want waarom zou je gas van elders halen, als de warmte al onder je huis aanwezig is?’ Volkers: ‘Voor nieuwbouw is geothermie in Zwitserland al verplicht en Denemarken is ermee bezig. Nederland loopt met drie à vier procent van de woningen nog ver achter, maar ik verwacht dat ons land, met zijn zeer geschikte bodem, snel een inhaalslag zal plegen.’