Het is de droomwens van elke autofabrikant en autorijder: een auto die misschien wel 5.000 kilometer kan rijden op een liter brandstof. In Delft zijn ze ermee bezig. Daar heeft een studententeam van de TU Delft de zogeheten Eco-Runner 8 gebouwd. Een auto die inderdaad dergelijke afstanden op de equivalent van één liter benzine kan afleggen. De auto deed begin juli in Londen mee met de Shell Eco-Marathon Europe, een wedstrijd met superzuinige voertuigen van studententeams uit Europese landen. Het team is in de categorie ‘Prototype’ derde geworden. Om die podiumplek te behalen legde het voertuig 684 kilometer af op 1 m³ waterstof, oftewel van Amsterdam naar het zuidelijkste puntje van Italië op slechts 1 liter brandstof. Voorts is de Vehicle Design Prototype Award binnengesleept.
De TU Delft doet al een aantal jaren met de Eco-Marathon mee. Volgens Marten Kruidhof, chief Power-Train van het Delftse team, was de missie van de Eco-Runner om duurzame mobiliteit te promoten. ‘We geloven dat waterstof een cruciale rol kan vervullen, samen met andere duurzame technologieën in de energietransitie waar we naar streven.’ In de auto is een protonuitwisselingsmembraan-brandstofcel gebruikt, die waterstof laat reageren met zuurstof om elektriciteit op te wekken. ‘De brandstofcel bestaat uit een batterij aan cellen waarin de reactie plaatsvindt en een regelsysteem, dat onder andere de gasconcentraties op peil houdt, terwijl het vocht en warmte afvoert. Het regelsysteem moet niet alleen de chemische efficiëntie maximaliseren, maar ook zijn eigen gebruik minimaliseren. Het gegenereerde vermogen is afhankelijk van de elektrische aandrijving die hieraan gekoppeld wordt. Aangezien dit afhangt van het rijgedrag, moest de brandstofcel efficiënt zijn in een vrij groot vermogensbereik. We speculeerden dat de brandstofcel inclusief regelsysteem efficiënter zou opereren als hij niet het piekvermogen hoefde te leveren maar het gemiddelde, en zo altijd optimaal opereert.’
Het team kiest ervoor ‘systemen te ontwikkelen die van ons vragen onze grenzen te verleggen. Deze constante zoektocht naar nieuwe kennis, betere materialen en nieuwe productiemethoden is noodzakelijk om de meest efficiënte auto te maken. De samenwerking met bedrijven is hierbij essentieel.’ Eén van die bedrijven is EPR Partner in Nijmegen. Het bedrijf assembleert printed circuit boards. Over de samenwerking met EPR is Kruidhof te spreken. ‘Ze namen de tijd om ons uit te leggen waar we naar moesten kijken, en wat we moesten doen om een werkend product te maken.’
‘We hebben het Eco-Runnerteam geholpen met het ontwikkelen en het produceren van twee printplaten’, zegt Laura van Hoof-van Tits van EPR. ‘De studenten hadden een printplaatje ontworpen dat in de praktijk niet te produceren was. Dat is niet zo heel vreemd natuurlijk, want ze hebben maar beperkte tijd en ervaring. Ze hebben ons benaderd en samen hebben we twee printplaten ontwikkeld die wel geproduceerd konden worden. En die hebben we vervolgens voor ze gemaakt.’
EPR heeft vaker voor studententeams gewerkt. Met dit team was het goed samenwerken, zo zegt Van Hoof. ‘Bij de Eco-Runner was er direct al een speciale teammanager aangesteld, die als een spin in het web het gat tussen het team en de meewerkende bedrijven wist te dichten. De communicatie was goed, de samenwerking verliep op rolletjes.