Vloeibaar aardgas, ofwel Liquefied Natural Gas (LNG), speelt een cruciale rol bij de energietransitie. LNG biedt een schoner alternatief, met name voor notoire vervuilers in de transportsector zoals vrachtwagens, binnenvaart- en zeevaartschepen. Voordat LNG wijdverspreid kan worden ingezet, moet het wel exact en consistent kunnen worden gemeten. En dat is niet zo eenvoudig. Aardgas wordt pas vloeibaar bij een temperatuur van -162°C. Het is een grote technische uitdaging om meetapparatuur bij die extreme temperatuur correct te laten werken. Toch is de nauwkeurige werking ervan cruciaal. Gezien de volumes en massa waarin LNG wordt getransporteerd, kan zelfs een kleine meetfout honderdduizenden euro’s kosten.
Als oplossing voor dit meetprobleem heeft VSL, ook bekend als het Nationaal Metrologisch Instituut van Nederland, een installatie ontwikkeld waarmee LNG-flowmeters kunnen worden gekalibreerd. De installatie is ontwikkeld samen met Yokogawa, Endress+Hauser, Krohne, Emerson, Enagas, EffecTech, het Nationaal LNG Platform, Oil & Gas Systems, TTAC, het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en andere partners. Hierdoor kunnen deze meters tot op de druppel nauwkeurig meten hoeveel LNG werkelijk wordt afgenomen. Dit schept meer vertrouwen in het gekochte product en stimuleert de wereldwijde handel.
Fabienne van Booma, managing director VSL: ‘Voor het gebruik van LNG als brandstof, is vertrouwen in het product en in de af te rekenen hoeveelheid cruciaal. Zowel consumenten als de industrie hebben standaarden nodig, waardoor ze erop kunnen vertrouwen dat ‘een kg of kubieke meter LNG’ overal ter wereld exact hetzelfde betekent. Ik ben er trots op dat VSL als eerste metrologisch instituut ter wereld deze standaard heeft ontwikkeld.’
De LNG-consument gaat vanzelfsprekend niet tanken bij de VSL-faciliteit gevestigd op de Maasvlakte, maar kan er toch dankzij dit station van op aan dat hij precies die hoeveelheid krijgt waarvoor hij betaalt. In de wereld van de meeteenheden zijn internationale afspraken gemaakt over de definitie van die eenheden. Alle meetinstrumenten moeten dus steeds worden gekalibreerd. VSL doet de zogeheten eerste vergelijking, kalibratielaboratoria elders in de land de tweede. Daartussen en – in dit geval – het LNG-tankstation kunnen nog wel drie of vier stappen zitten. ‘Deze herleidbaarheidsketen moet altijd kunnen worden gevolgd, zonder onderbreking, tot aan de primaire standaard van een land. In de nieuwe faciliteit is het dus voor het eerst ter wereld mogelijk om van LNG-meetinstrumenten – bijvoorbeeld een flowmeter waarmee een LNG-dispenser van een tankstation wordt gekalibreerd – zeer nauwkeurig vast te stellen of die de juiste hoeveelheden aangeeft. Zo weet de consument dat wat hij aan LNG ontvangt klopt met de eenheidsafspraken en wat hij dus moet afrekenen’, aldus Erik Smits, manager liquid flow metrology van VSL.
Blijf staan de vraag: als tot nog toe zuiver meten niet mogelijk was, is er dan altijd te weinig of teveel geleverd en betaald? En over welke hoeveelheden hebben we het precies? Smits: ‘Foutmarges zijn afhankelijk van de meetsystemen, de fabrikant en het type flowmeter dat gebruikt wordt. Het is dus moeilijk om er een getal aan te hangen, maar we weten dat er in de markt behoorlijke variaties zijn tussen meetsystemen in volume en/of massa van een paar tienden van procenten tot procenten.’ De nieuwe faciliteit maakt aan deze onzuiverheden nu een einde.