Met Borit, Reynaers Aluminium, Dekeyzer-Ossaer en Lantmännen Unibake heeft Vlaanderen er vier nieuwe Fabrieken van de Toekomst bij. In vier jaar tijd hebben in totaal ondertussen 20 maakbedrijven dat prestigieuze label gekregen.
Tijdens de vierde editie van de Factories of the Future Awards in Antwerpen ontvingen Borit uit Geel, Reynaers Aluminium uit Duffel, Dekeyzer-Ossaer uit Koekelare en Lantmännen Unibake uit Londerzeel de titel van Factory of the Future. “Die productiebedrijven hebben stuk voor stuk bewezen dat ze internationale top zijn”, zegt Peter Demuynck, algemeen directeur van de technologiefederatie Agoria Vlaanderen, dat de prijzen uitreikt in samenwerking met Sirris, Fevia Vlaanderen, Fedustria Vlaanderen, Centexbel en Flanders’ FOOD.
Om uit te groeien tot een Fabriek van de Toekomst moeten de bedrijven zeven transformaties doorlopen. “Met het actieprogramma Made Different bereiden we nu al sinds 2012 de maakindustrie voor op de industrie 4.0”, zegt Herman Derache, algemeen directeur van Sirris, het technologiecentrum voor de technologische industrie en hoofd van het expertisecentrum Innovatie bij Agoria. “Om succesvol te blijven – ondanks of dankzij razendsnelle technologische, economische en maatschappelijke evoluties – moeten onze bedrijven zich telkens opnieuw heruitvinden en transformeren naar fabrieken van de toekomst.”
Volgens Derache moet een fabriek van de toekomst investeren in digitalisering, in slimme processen en producten en in een productie van wereldniveau. “Onze fabrieken van de toekomst moeten doordacht kunnen omgaan met energie en materialen, maar ook een mensgerichte aanpak hanteren.”
Gedigitaliseerde productieprocessen
‘Factories of the Future’ zijn toekomstgerichte productiebedrijven die op een coherente en intelligente wijze de uitdagingen van de vierde industriële revolutie aangaan. Ze leveren klantspecifieke producten met een hoge toegevoegde waarde en hebben de wendbaarheid om vlot in te spelen op een snel veranderde marktvraag. Met een open geest voor nieuwe zakenmodellen zetten ‘Factories of the Future’ vol in op gedigitaliseerde productieprocessen. Ze maken maximaal gebruik van moderne productietechnologieën. In een mensgerichte aanpak gaat speciale aandacht uit naar de betrokkenheid, creativiteit en autonomie van medewerkers.
Niet alleen Factories of the Future spreiden hun vleugels uit en oriënteren zich op de internationale buitenwereld. Agoria en Sirris doen dat ook en verdedigen en promoten het actieprogramma Made Different in het buitenland. En dat is niet onopgemerkt gebleven in onze buurlanden. In Duitsland groeit steeds sterker de aandacht voor ‘de mens’ in Industry 4.0, Nederland neemt sinds dit jaar het concept van ‘Factories of the Future’ over en ook andere Europese landen bereiden zich voor om een actieprogramma zoals Made Different in hun aanpak te integreren.
Meer banen en investeringen
Meer dan 300 Vlaamse maakbedrijven zijn ondertussen begonnen met de transformatie met begeleiding van de partners van het Made Different-programma. Om nog meer bedrijven aan te moedigen krijgen de beste leerlingen van de klas het label Fabriek van de Toekomst. “Onze vier nieuwe Fabrieken van de Toekomst investeerden de voorbije 5 jaar meer dan 140 miljoen euro in infrastructuurvernieuwing, digitalisatie en automatisering. Bovendien steeg hun tewerkstelling met 25 procent, het bewijs dat robotisering en automatisering niet ten koste van de werkgelegenheid hoeven te gaan, wel integendeel”, stelt Derache.
Peter Demuynck, algemeen directeur van de technologiefederatie Agoria Vlaanderen, doet een oproep aan de Vlaamse regering om Vlaanderen aan de top in Europa te brengen inzake industrie 4.0. “Daarom vragen we de extra middelen die de regering vrijmaakt voor innovatie, vooral te investeren in het versterken van transitie naar industrie 4.0. Dit zal niet enkel onderzoek vragen via onderzoekscentra zoals Flanders Make, maar ook het uitbouwen van bijkomende grote proeftuinen en het ondersteunen van transformatietrajecten in de bedrijven.” Demuynck denkt concreet aan een “rollend fonds” waar geld in en uit kan vloeien met terugbetaalbare voorschotten.
Wie zijn de Fabrieken van de Toekomst?
Borit, Reynaers Aluminium, Dekeyzer-Ossaer en Lantmännen Unibake komen bij de groeiende groep Factories of the Future. In 2017 wonnen Daikin uit Oostende, Nuscience uit Drongen, Rousselot uit Gent, Veranneman Technical Textiles uit Ardooie en Valeo uit Ath een award. In 2016 vielen die awards ten deel aan E.D.&A., JTEKT Torsen Europe, Ontex, Punch Powertrain, TE Connectivity, Biobakkerij De Trog en Van Hoecke NV. Continental, Provan, Dentsply implants en Newtec kregen de eerste prijzen in 2015.
Borit is een wereldtopper in waterstoftechnologie. Het bedrijf uit Geel ontwikkelt technologie om metalen platen van amper 75 micron dik met hoge precisie te bewerken. Die worden onder meer gebruikt in brandstofcellen. Het bedrijf heeft een omzet van 2 miljoen euro en heeft toeleveranciers van de grote autoproducenten als klant. Er werken momenteel 33 mensen, waar dit er in 2012 slechts een 10-tal waren.
Reynaers Aluminium is een Europese specialist in het ontwikkelen en in de markt zetten van innovatieve en duurzame aluminium toepassingen. Die worden gebruikt voor de constructie van ramen, deuren, gevelsystemen, schuifdeuren, zonweringen en veranda’s. Met dit productengamma van zowel standaardoplossingen als ontwikkelingen op maat, realiseren meer dan 5000 partners wereldwijd projecten voor zowel particuliere, commerciële als industriële gebouwen. In 2017 breidde het Duffels bedrijf uit met een experience center en een trainings- en technologiecentrum, met een vijftien meter hoge lucht-, wind- en watertestmuur voor testen met gevelopstellingen. Reynaers Aluminium werd opgericht in 1965, telt vandaag zo’n 2.000 medewerkers in meer dan 40 landen, waarvan bijna 650 mensen in België, en exporteert naar meer dan 70 landen op 5 continenten. De omzet bedraagt 426 miljoen euro.
Het ultramoderne vleesverwerkend bedrijf Dekeyzer-Ossaer uit het West-Vlaamse Koekelare produceert iedere dag 200.000 vleesporties die bestemd zijn voor de horeca, grootkeukens, cateraars en industrie. Het bedrijf, ontstaan in 1980, telt 120 medewerkers en heeft een omzet van 23 miljoen euro. Dekeyzer-Ossaer is het eerste bedrijf in ons land dat op industriële basis CO2-koelgas gebruikt in zijn productieproces. De Factory of the Future Award voor vleesverwerkend bedrijf Dekeyzer-Ossaer is het bewijs dat de evolutie naar Industrie 4.0 ook binnen het bereik van de vele kmo’s in de Vlaamse voedingsindustrie ligt. Ondanks een dalende vleesconsumptie groeide de kmo uit Koekelare de voorbije jaren in sneltempo. De samenwerkingen met verschillende exporterende producenten van bereide maaltijden zijn cruciaal voor die groei.
Lantmännen Unibake is de op één na grootste industriële bakker van Europa. Er worden baguettes, pistolets en ciabatta’s gemaakt voor supermarkten, tankstations, bedrijfskantines en zelfstandige bakkers. Na een dramatische brand die in 2015 de fabriek in de as legde, herrees het bedrijf in recordtempo. Met een ambitieuze strategie bovendien om de Europese “Bread Valley” in Vlaanderen te creëren. Lantmännen Unibake investeerde daarbij bewust in ons land in een future proof productiefaciliteit. Het bedrijf wordt vanuit Zweden geleid door de Vlaming Werner Devinck.
Investeren loont
Dat investeren in de toekomst loont, bewijzen de cijfers van de winnaars van de award. De 20 huidige Fabrieken van de Toekomst hebben een gemiddelde lead time reductie van 50 procent gerealiseerd, met uitschieters tot 80 procent. Ze reduceerden ook de Time to market van nieuwe producten met gemiddeld 40 procent en krikten de leverbetrouwbaarheid gemiddeld met 30 procent omhoog.
Gezamenlijk investeerden de 20 bedrijven 565 miljoen euro in digitalisering, automatisering en capaciteitsuitbreiding en werden tegelijkertijd over dezelfde periode 13 procent extra jobs gecreëerd. Automatisatie en robotisatie hoeft dus niet ten koste te gaan van werkgelegenheid.
Het Factories of the Future programma is een programma dat zowel grote ondernemingen als kmo’s aanspreekt; 13 van de 20 huidige Fabrieken van de Toekomst zijn immers kmo. Zij investeerden tussen 2012 en 2016 voor bijna 160 miljoen euro, terwijl hun werkgelegenheid met liefst 43 procent toenam.
De winnaars zijn er niet alleen in geslaagd te excelleren op een heel aantal gebieden zoals hierboven opgesomd, een heel aantal onder hen zijn er ook in geslaagd activiteiten uit het buitenland terug te halen.
Zo haalde Provan een deel van de activiteiten terug uit Slovakije, is Daikin World Leader warmtepompen en haalde de productie van onder andere printplaten terug uit Oost-Europa. TE Connectivity Oostkamp kon offshoring naar Portugal voorkomen en slaagt er ondertussen zelfs in een megaproject binnen te halen voor een belangrijke OEM. Continental snoepte een deel van de productie af van andere locaties en vorig jaar besliste het moederhuis te investeren in de vestiging in Mechelen in plaats van in één van hun lagelonenlanden fabriek. Maar ook bij Valeo, Punch Powertrain, JTEKT Torsen… vallen gelijkaardige succesverhalen te noteren.
De factor mens
Stefaan Van Thielen (Plant Manager): “Ondanks het feit dat we alles automatiseren wat maar mogelijk is, voelen onze mensen dat zij echt nog altijd het belangrijkste kapitaal binnen de onderneming zijn. En dat is gemeend, want onze filosofie is: ‘iedereen kan automatiseren, maar het is de manier waarop je met je mensen omgaat, die het bedrijf echt toekomstgericht maakt’. We herkennen dezelfde patronen in de succesverhalen. De wil, het nemen van het initiatief, de vastberadenheid en de relatie met het volledige team medewerkers, het kapitaal, zijn steeds een rode draad en cruciaal voor het welslagen van het project.
De nieuwe jobs in deze bedrijven houden veel meer in dan het onderhoud, de installatie van nieuwe machines en onderdelen, het laden van vrachtwagens, uitvoeren van bepaalde controles die een machine niet kan… De dagen van de medewerkers in ‘Factories of the Future’ zitten vol afwisselende, uitdagende, gevarieerde en rijke taken; zowel uitvoerend als regelend. En daar horen ‘onderhoud’ en ‘het laden van vrachtwagens’ bij, maar ook omstellingen, machineregelingen en -instellingen, controle, opleiding volgen en geven, werkplanning, nieuwe productielanceringen, continu verbeteren…
De vaardigheden en competenties zijn anders en rijker en die competenties gaan over veel meer dan voorheen. Het gaat, zeker in maakindustrie, om medewerkers die actief mee het productieproces beheren en verbeteren, die oplossingen zoeken voor productie-uitdagingen, die het werk regelen zonder inmenging van bovenaf, waar die niet nodig is. Zo is dezelfde collega nu bijvoorbeeld verantwoordelijk voor een volledige productielijn in plaats van voor één werkpost voordien.
Medewerkers in een fabriek van de toekomst zijn medewerkers die actief meewerken aan de realisatie van de toekomstvisie van het bedrijf. De winnaars realiseren dat door iedereen te betrekken bij de strategie en door hen met de relevante KPI’s vertrouwd te maken. Op die manier werken medewerkers mee aan bv. de reductie van scrap, de verkorting van doorlooptijden, de vlottere flow van product (en informatie).
De transformaties in Factories of the Future in combinatie met de zin voor verantwoordelijkheid, kwaliteit, gedrevenheid en goesting zijn uniek in ons land. De maakindustrie is klaar voor de toekomst.