2021 was voor Van Oord een jaar van tegenstellingen. Enerzijds was het een moeilijk jaar vanwege COVID-19, de lastige markt- en toeleveringsomstandigheden en operationele uitdagingen. Resulterend in een financieel verlies, mede als gevolg van omvangrijke verliesvoorzieningen op drie projecten in de business units Nederland en Offshore Wind: de Afsluitdijk in Nederland, Saint-Brieuc in Frankrijk en Greater Changhua in Taiwan. Anderzijds sluiten we dit jaar af met een recordorderboek en een optimistische kijk op onze markten.
Pieter van Oord, CEO: ‘2021 was een moeilijk jaar voor ons vanwege COVID-19, de marktomstandigheden en operationele uitdagingen. Dit resulteerde in een nettoverlies na het nemen van belangrijke voorzieningen op drie specifieke complexe projecten. Anderzijds sluiten wij dit jaar af met een record aan gunningen en positieve vooruitzichten voor al onze markten. Ook in deze turbulente periode investeren wij in onze toekomst door wereldwijd talent aan te trekken. En we investeren in de juiste soort duurzaam materieel om onze groeiambitie te realiseren. Maar minstens zo belangrijk is dat wij een lerende organisatie zijn – we leren van de uitdagingen waarmee we te maken krijgen.
Ondanks tegenslagen waren wij in staat om onze complexe projecten uit te voeren en op te leveren. Dat was mogelijk dankzij de Marine ingenuity, de flexibiliteit en de inzet van onze mensen.
In 2021 was er wereldwijd sprake van een economisch herstel. De eerste effecten daarvan werden in de zomer zichtbaar. Met name onze offshore- en baggeractiviteiten lieten in de tweede helft van 2021 het effect van een marktherstel zien. Na de reorganisaties in 2020 zijn we weer groeitraject ingegaan. Onze strategie voor dit decennium luidt: Building the Future Together. Vanuit ons doel om een betere wereld te creëren voor toekomstige generaties, richten wij ons op onze bijdrage aan de energietransitie en klimaatadaptatie.
In 2021 is het gevoel van urgentie en de vraag naar duurzame oplossingen sterk toegenomen. Dankzij de COP26 heeft de wereldwijde energietransitie meer dan ooit prioriteit gekregen. De doelstellingen van Parijs om in 2050 CO2-neutraal te zijn, worden door steeds meer regeringen en bedrijven omarmd. Minder afhankelijk zijn van fossiele brandstoffen enerzijds en meer duurzame energie anderzijds zijn belangrijke drijvende factoren binnen het nieuwe energiesysteem. Dit biedt voor ons kansen om een bijdrage te leveren en onze positie te versterken.
We zijn optimistisch over de marktvooruitzichten op de langere termijn. Wij verwachten voor 2022 een fors hogere omzet en marges. De winstgevendheid zal komend jaar ook afhangen van de afwikkeling van grotere schadeclaims. Gezien de marktvooruitzichten gaan we ervan uit dat de positieve ontwikkeling van de orderportefeuille doorzet. Vooruitlopend op deze groei zijn we in 2021 begonnen met een wervingscampagne, die in 2022 zal worden voortgezet.
De vooruitzichten zijn uiteraard afhankelijk van de crisis in Oekraïne. Geopolitieke onzekerheden, inflatie en problemen in de toeleveringsketen kunnen grote invloed hebben op onze resultaten. Maar ons bedrijf is veerkrachtig en financieel gezond.
Wij spreken ons vertrouwen en onze waardering uit voor al onze aandeelhouders, opdrachtgevers en werknemers voor hun niet aflatende steun en toewijding. Samen zetten wij ons in om bij te dragen aan de grote uitdagingen van onze tijd.’
In 2021 heeft Van Oord een omzet gerealiseerd van EUR 1.517 miljoen (2020: EUR 1.677 miljoen) bij een nettoverlies van EUR 62 miljoen (2020: nettowinst van EUR 33 miljoen). De kasstroom bleef sterk. Dit resulteerde ultimo 2021 in een lage netto schuld van EUR 62 miljoen (2020: netto kaspositie van EUR 24 miljoen). De orderportefeuille is gegroeid naar EUR 4.353 miljoen (2020: 3.553 miljoen), met name dankzij de business unit Offshore Wind.
Ten opzichte van 2020 is de omzet is in 2021 gedaald. Het activiteitenniveau bij Offshore Wind was lager dan in 2020 en ook de omzet nam af tot 347 miljoen EUR (2020: EUR 632 miljoen). De business unit Offshore wist een relatief stabiele omzet van EUR 191 miljoen te realiseren (2020: 212 miljoen). Bij de business unit Dredging steeg de omzet naar EUR 727 miljoen (2020: EUR 598 miljoen), dankzij het herstel van de baggermarkt. De omzet van de business unit Netherlands steeg naar EUR 252 miljoen (2020: 236 miljoen), dankzij de voortgang van diverse grote projecten.
Van Oord heeft in 2021 een nettoverlies geleden als gevolg van een opeenstapeling van projectverliezen op een paar grote projecten in Nederland en bij Offshore Wind, waarvoor voorzieningen zijn getroffen en gesprekken worden gevoerd met opdrachtgevers over een schadevergoeding. Ook dit tweede coronajaar heeft gevolgen gehad voor de operationele activiteiten bij de projecten. Zo ontstonden er vertragingen en moesten extra maatregelen worden getroffen voor stafmedewerkers en bemanning. Als gevolg bedroeg onze EBITDA 67 miljoen. Na volledige inbedrijfstelling van de offshore windparken Borssele III en IV in februari 2021 hebben wij ons belang van 10% in Blauwwind in december 2021 verkocht.
De orderportefeuille groeide van EUR 3.553 miljoen in 2020 naar EUR 4.353 miljoen eind 2021. Daarmee overtrof het gunningsvolume de omzet in 2021. Het gunningsvolume steeg in 2021 naar EUR 2.317 (2020: 1.620 miljoen), vooral dankzij Offshore Wind. Grote projecten die we in 2021 hebben binnengehaald, zijn bijvoorbeeld Sofia EPCI (Verenigd Koninkrijk) en Baltic Hub T&I voor Offshore Wind en de Harwich Channel Deepening, Kashagan Island to Deep Water en Aberdeen Harbour Expansion voor Dredging.
Onze financiële positie per ultimo 2021 blijft solide met een eigen vermogen van EUR 915 miljoen (2020: 1.015 miljoen) en een solvabiliteitsratio van 34,6% (2020: 41,3%). Het niveau van de nettoschuld blijft met EUR 62 miljoen beperkt (2020: nettokaspositie EUR 24 miljoen) en valt ruim binnen de voorwaarden van onze kredietfaciliteiten. De operationele kasstroom van EUR 50 miljoen (2020: 476 miljoen) lag onder het niveau van de (netto) investeringskasstroom van EUR 98 miljoen (2020: EUR 120 miljoen). Deze laatste bestaat hoofdzakelijk uit EUR 203 miljoen aan (netto)kapitaaluitgaven (2020: EUR 89 miljoen) en de opbrengst van de verkoop van het belang in Blauwwind ten bedrage van EUR 94 miljoen. De financiële kasstroom bedraagt EUR 174 miljoen (2020: -191 miljoen).
In 2020 hebben we besloten om over een periode van vijf jaar 1 miljard euro te investeren in innovatief, duurzaam materieel, waarmee we onze rol in duurzame offshore energie willen versterken. In 2021 hebben we EUR 208 miljoen geïnvesteerd in materiële vaste activa. De netto investeringen lagen lager, nl. EUR 98 miljoen (2020: 120 miljoen), met name als gevolg van de verkoop van ons belang in offshore windpark Blauwwind is verdisconteerd.
Investeringen
Ons vertrouwen in de toekomst is terug te zien in onze investeringen. Onze twee nieuwe hybride waterinjectievaartuigen (WID’s) Maas en Mersey zijn in de zomer van 2021 in gebruik genomen, ter vervanging van eerste generatie WID’s.
De drie nieuwe LNG-sleephopperzuigers zijn in aantocht. De Vox Ariane wordt in juni 2022 operationeel, een half jaar later gevolgd door de Vox Apolonia en weer een half jaar later door de Vox Alexia. Deze drie nieuwe dual-fuel sleephopperzuigers hebben schonere emissies en een fors lagere CO2-voetafdruk dan conventionele sleephopperzuigers en versterkt onze positie in het middensegment van de baggermarkt.
Om onze leidende positie in offshore wind te versterken en onze CO2-voetafdruk tijdens de installatie van offshore wind te verkleinen, hebben we geïnvesteerd in de nieuwe kabellegger Calypso. Dit schip kan zowel AC- als HVDC -kabels leggen en vormt daarmee een nieuwe generatie energiezuinige kabelleggers. De Calypso moet eind 2023 volledig operationeel zijn.
In september 2021 heeft Van Oord ook een nieuw jackup-schip besteld, de Boreas, voor het vervoeren en installeren van nieuwe generatie windturbines tot 25 MW. Het schip wordt het grootste in zijn soort en kan varen op methanol. De oplevering staat gepland voor 2024. De Boreas betreft de grootste investering in een schip in de geschiedenis van Van Oord. Ons totale investeringsprogramma voor alle bedrijfsactiviteiten bij elkaar heeft ultimo 2021 een waarde van EUR 800 miljoen.
Veiligheid
Na meer dan 15 jaar voortdurende aandacht voor veiligheid behoren onze statistieken tot de beste binnen de sector. De Total Recordable Injury Rate (TRIR) van Van Oord bedroeg in 2021 0,59, dit is hoger dan de 0,48 van vorig jaar. Dit laat zien hoe belangrijk het is om ons te blijven verbeteren en de bewustwording te vergroten, door te leren van ongevallen, incidenten en bijna-ongevallen binnen ons bedrijf en binnen de sector. Met het say YES to safety programma dragen we het belang uit om samen een veilige omgeving te creëren. In 2021 hebben wij voor alle medewerkers wereldwijd een evenement georganiseerd over veiligheid, met speciale aandacht voor geestelijke gezondheid.
COVID-19
Het veilig en verantwoord borgen van de bedrijfscontinuïteit en het faciliteren van sociale cohesie waren de twee meest belangrijke doelstellingen van het coronabeleid van Van Oord in 2021. De standaard voorzorgsmaatregelen zijn dit tweede coronajaar redelijk gemeengoed geworden. De uitdaging lag vooral in het feit dat de omstandigheden en beperkingen per land sterk verschilden. De wijze waarop onze medewerkers zijn omgegaan met steeds weer nieuwe maatregelen en het telkens weer moeten testen en in quarantaine gaan, getuigt van een enorme veerkracht.
Samen hebben wij de uitdagingen van het tweede coronajaar het hoofd geboden en ons uiterste best gedaan om de bedrijfscontinuïteit te waarborgen. De kosten van de pandemie waren in 2021 aanzienlijk.
Dredging en Marine construction
Bij de business unit Dredging was er in 2021 sprake van een gezond marktherstel. De omzet steeg van EUR 598 miljoen in 2020 naar EUR 727 miljoen in 2021. De bezettingsgraad van de vloot bleef niettemin nog laag. De markt trok in de tweede helft van het jaar aan. De resultaten zijn fors beter dan vorig jaar en stellen tevreden. In totaal hebben we in 28 landen 84 projecten opgeleverd. Van Oord won in totaal 40 tenders voor projecten in o.a. het Verenigd Koninkrijk, India, Mexico, Kazachstan, Brazilië, Duitsland, Indonesië, de Verenigde Arabische Emiraten, Maleisië, Egypte en Marokko.
Van Oord voegt waarde toe aan traditionele projecten door het tegelijkertijd aanbieden van duurzame, natuurvriendelijke oplossingen. Zo zijn we in Polen verder gegaan met de verbreding en verdieping van de 62 kilometer lange vaargeul tussen Świnoujście en Szczecin. Het uit het kanaal gebaggerde materiaal wordt gebruikt voor de aanleg van twee ronde eilanden in de lagune van Szczecin die als natuurlijke habitats gaan dienen.
In Roemenië is begonnen met de werkzaamheden voor het Eforie-project. Deze fase van het project omvat de aanleg van golfbrekers, strekdammen en stranden om de populaire badplaats Eforie aan de Zwarte Zee te beschermen tegen erosie door golfslag. De bestaande kustverdedigingswerken worden herontwikkeld en vervangen door milieuvriendelijker alternatieven. Van Oord gaat ook het lokale ecosysteem verrijken dankzij het aanbrengen van biostructuren op de zeebodem en herstel van enkele hectaren zeegras – een belangrijke biotoop voor mariene ecologie.
Ook is het werk aan de Fehmarn Belt, de vaste oeververbinding tussen Denemarken en Duitsland, voortgezet. De Fehmarn Belt wordt de langste afgezonken weg- en spoorwegtunnel ter wereld. Het consortium waarvan Van Oord deel uitmaakt, is verantwoordelijk voor het baggeren van een 18 km lange tunnelsleuf in de zeebodem. Het gebaggerde materiaal wordt gebruikt voor de aanleg van een nieuw recreatie- en natuurgebied. We bouwen ook een nieuwe werkhaven voor de tunnelaannemers. De werkzaamheden van Van Oord aan het Fehmarn Belt-project gaan de komende jaren naar verwachting onverminderd door.
In Nederland werd 2021 gekenmerkt door de stikstofproblematiek, waardoor de markt voor infrastructuurprojecten fors is teruggelopen. Diverse grote infrastructuurprojecten zijn stilgelegd en het aantal aanbestedingen in de markt was beperkt. Het grootste probleem voor onze opdrachtgevers is het verkrijgen van een vergunning voor de fase van ingebruikname van een groot infrastructuurproject. De omzet van de business unit Netherlands lag in 2021 iets hoger dan in 2020 (resp. EUR 252 miljoen en EUR 236 miljoen), maar de resultaten bleven achter bij de verwachtingen.
Er waren financiële tegenvallers bij het project Afsluitdijk en bij het project A16 Rotterdam. Bij het project Afsluitdijk moest het oorspronkelijke ontwerp drastisch worden gewijzigd en bij het project A16 Rotterdam was er sprake van tegenslagen bij de realisatie van de tunnel en de oversteek van de Rotte, waardoor er vertraging ontstond – met onvoorziene kosten als gevolg. De verliezen op deze twee Design, Build, Finance & Maintain-contracten hebben gevolgen voor onze visie op en ons beleid rond het aannemen van grote hoogrisico-projecten in Nederland. Er zou een betere balans moeten zijn tussen opbrengsten en de risico’s die een project meebrengt.
In opdracht van Havenbedrijf Rotterdam bouwen wij met onze consortiumpartners een grote nieuwe kade als onderdeel van de uitbreiding van de Amaliahaven. De eerste 500 meter moet eind 2022 gereed zijn, het laatste deel in 2024. Het project omvat ook het uitbaggeren van de kades tot een diepte van meer dan 20 meter onder zeeniveau.
Als onderdeel van het nationale Hoogwaterbeschermingsprogramma wordt de Waaldijk tussen Tiel en Waardenburg over een lengte van meer dan 19 kilometer versterkt, zodat aan de huidige veiligheidsnormen wordt voldaan. Het waterschap heeft het project gegund aan het consortium Mekante Diek, waarvan ook Van Oord deel uitmaakt. Het consortium is in de tweede helft van 2021 begonnen met de ontwerpfase van het project. De uitvoering staat gepland voor 2023. De dijk moet in oktober 2026 overstromingsbestendig zijn.
Ook de Lekdijk wordt over een lengte van 55 kilometer van Amerongen tot Schoonhoven versterkt. De uitvoering van dit project is gebaseerd op ‘innovatiepartnerschap’: de opdrachtgever werkt in de eerste fases nauw samen met de uitvoerende partners en voert samen met de aannemer de directie. Dit bespaart tijd en geld en stimuleert innovatie.
Offshore wind
De omzet van onze business unit Offshore Wind lag in 2021 fors lager dan in 2020 (resp. EUR 347 miljoen in 2021 en EUR 632 miljoen in 2020). De orderportefeuille is sterk gegroeid, met name door de gunning van het Sofia-project in de eerste helft van het jaar (EUR 1.523 miljoen eind 2021 ten opzichte van EUR 908 miljoen eind 2020). Offshore Wind levert een belangrijke bijdrage aan onze mariene portefeuille en aan het realiseren van de mondiale klimaatdoelstellingen. Van Oord is in 2002 actief geworden in offshore wind en inmiddels een wereldspeler in deze groeiende wereldmarkt.
Niettemin hebben zich bij twee projecten binnen deze business unit in 2021 grote tegenslagen voorgedaan en zijn er als gevolg daarvan forse voorzieningen genomen. Bij het Saint-Brieuc-project in Frankrijk werden we geconfronteerd met afwijkende bodemomstandigheden en operationele vertragingen. Als het project in 2022 opnieuw wordt opgestart, is het naar verwachting een jaar later klaar dan gepland. Het Greater Changhua-project in Taiwan werd ernstig gehinderd door COVID-19. We hebben alle nodige maatregelen getroffen om het welzijn van onze bemanning te borgen, om het aflossen van de bemanning op de schepen vlot te laten verlopen en om eventuele problemen in de toeleveringsketen te voorkomen.
Offshore wind is een complexe sector, die wordt gekenmerkt door (milieu)technische uitdagingen, prijsdruk, nieuwe concurrenten, complexe toeleveringsketens en steeds minder subsidies. Flexibiliteit, investeringen, innovatie en een grondige risicobeoordeling zijn dan nodig om onze voorsprong te behouden.
De prognoses voor offshore wind blijven niettemin veelbelovend: onze tenderactiviteiten liggen op een historisch hoog niveau en onze prognoses voor 2025 en 2030 hebben we naar boven moeten bijstellen. Naast projecten in het traditionele offshore gebied in Noordwest-Europa hebben wij in 2021 ook ingeschreven op projecten in de Verenigde Staten, Taiwan en Japan. Offshore wind is een wereldmarkt aan het worden.
In 2021 is van Oord door RWE gecontracteerd voor de engineering, inkoop, bouw en installatie (EPCI) van de monopiles voor de fundaties en de verbindingskabels voor het offshore windpark Sofia, een van de grootste offshore windprojecten ter wereld. Daarnaast hebben wij in 2021 een contract getekend met het Spaanse energiebedrijf Iberdrola voor het offshore windpark Baltic Eagle.
Van Oord is ook gecontracteerd voor de installatie van het eerste offshore windpark van Italië, een belangrijke stap in de energietransitie in dit land. Het offshore windpark Taranto ligt in de buurt van de haven van Taranto en bestaat uit 10 windturbines. Bij dit project gaan wij ons innovatieve FaunaGuard-systeem inzetten. Dit akoestische systeem, dat wij zelf hebben ontwikkeld, houdt dolfijnen tijdelijk en op een veilige manier op afstand door gebruikmaking van speciale onderwaterakoestiek.
De voorbereidingen voor ons jaarverslag zijn begonnen vóór de inval van Rusland in Oekraïne. Op dit moment hebben we nog geen volledig zicht op de gevolgen voor onze organisatie. Wel hebben wij de intentie om onze huidige activiteiten in Rusland op een gecontroleerde manier stop te zetten. Van Oord is op dit moment niet van plan om in de toekomst activiteiten in Rusland op te starten.
Vooruitzichten
Wij zijn optimistisch over de toekomst en over ons vermogen om te profiteren van de marktgroei en het herstel op onze kernmarkten. Van de tegenslagen binnen onze projecten leren wij en we hebben er dan ook alle vertrouwen in dat onze projectactiviteiten verder zullen verbeteren, met een hogere omzet in 2022 tot gevolg. Verwacht wordt dat de winstgevendheid zich herstelt, mede afhankelijk van de afronding van een aantal complexe projecten en de uitkomst van de gesprekken over schadeclaims. Wij verwachten dat onze orderportefeuille in 2022 verder zal groeien.
Er is binnen de bagger- en waterbouwsector sprake van aanhoudend sterke fundamentele factoren, met steeds meer investeringen om de groei van de maritieme handel te faciliteren. Het potentieel van de offshore markt blijft groot, mede dankzij de ontwikkelingen in offshore wind.
De Nederlandse regering heeft aangegeven dat zij de bouw van offshore wind de komende jaren wil versnellen en de geplande capaciteit in 2030 wil hebben verdubbeld. Nu steeds meer landen voor hun energievoorziening willen afstappen van fossiele brandstoffen, zijn wij vastberaden om onze kennis en kunde op het gebied van duurzaamheid breder in te zetten.
Nieuw gegunde contracten
Van Oord heeft onlangs een groot contract getekend in Egypte voor het uitbaggeren van de haven van Ain Suhkna aan de Rode Zee. Voor dit nieuwe contract zijn zelfvarende cutterzuigers en een vloot sandcarriers nodig. De uitvoering neemt naar verwachting circa twee jaar in beslag.
Van Oord heeft onlangs ook een turbinetransport- en installatieproject aan de oostkust van de Verenigde Staten gegund gekregen. Uitvoering door de Aeolus vindt plaats in 2023. Het is het eerste contract voor Van Oord in de VS. Het land heeft de ambitie om in 2030 over 30 GW aan offshore windenergie te beschikken.