Eén ding dat de industrie leerde van de coronacrisis, is dat ze extreem afhankelijk is van andere delen van de wereld, ook voor primaire behoeften. De noodzaak voor een eigen industriebeleid werd nog eens onderstreept door de Russische inval in Oekraïne. Intussen heeft China zich ontwikkeld tot marktleider in zonnepanelen, batterijen en elektrische auto’s, en beschikt het land ook nog eens over veel zeldzame aardmetalen en andere schaarse grondstoffen. Panelleden en experts bespraken tijdens de talkshow bij de DISCA de gevolgen van genoemde ontwikkelingen voor Nederlandse maakbedrijven. Welke strategie hanteren zij in de huidige gespannen wereldmarkt?
– ‘Analyseer waar je staat, realiseer je wat je kwijt kunt raken en heb een plan B.’
– ‘Het speelveld is niet gelijk, daarom moeten we onze belangen beschermen.’
– ‘Wij kijken strategisch, tactisch en operationeel naar onze line of defence.’
– ‘Europese en Amerikaanse investeerders zijn heel sceptisch over China.’
– ‘Strategische autonomie beperkt zich niet tot de Nederlandse grenzen.’
Aan het begin van de talkshow roept Marinke Wijngaard, directielid bij organisatieadviesbureau Berenschot in Utrecht en tevens een van de twee presentatoren van de talkshow, nog even het beeld op van het containerschip dwars in Suezkanaal: ‘Wat hebben we geleerd van deze perfect storm, hoe wendbaar zijn we als maakindustrie bij een volgende crisis, die vast komt?’ Haar co-presentator, Marja Eijkman, werkte eerder bij Fokker, TNO en NLR en is nu actief als interim-directeur in de maakindustrie en als commissaris. ‘Disrupties in de supply chain is een bekend thema. Recent onderzoek van Reichelt Elektronik/OnePoll laat zien dat vier op de vijf bedrijven een flinke verstoring heeft ervaren in het afgelopen jaar. Eén op de drie moest zelfs hun productie twintig dagen of langer stilleggen omdat onderdelen niet voorhanden waren.’
Het positieve nieuws is dat het elk jaar beter gaat: bedrijven ontwikkelen strategieën: meer voorraad aanhouden, het inschakelen van regionale leveranciers voor diverse regio’s en kijken welke componenten op langere termijn schaars zullen worden om daar rekening mee te houden bij de ontwikkeling van producten.
Vergelijkbare schokken
Marieke Blom, hoofdeconoom bij ING en via video aanwezig, signaleert bij geopolitieke risico’s, zoals de oorlog in Oekraïne, steeds vergelijkbare schokken. ‘Verstoringen in de supplychain, onrust op de financiële markten met een vlucht naar veiligheid en dan zie je ook de economie als geheel langzamer gaan draaien’, houdt ze het 220-koppige DISCA-publiek voor. ‘En dat zal de komende jaren zo blijven omdat de VS en China strijden om de macht op het wereldtoneel.’ Opvallend in haar ogen is dat bedrijven weerbaarder zijn geworden, net als de economie als geheel. ‘In de technologische sector en bijbehorende toeleveringsketen is die weerbaarheid extra belangrijk, omdat die sector de inzet is van een politieke machtsstrijd. Zie de importrestricties aan ASML’, betoogt ze. ‘Geopolitiek leidt er dus ook toe dat veel landen in technologie investeren om daar de beste in te worden. Oftewel: extra vraag voor de sector.’
Spagaat
Hoe vangen de vier panelleden binnen hun bedrijf de geopolitieke schokken op en welke supplychainstrategie hanteren ze daarbij? Als eerste reageert Marc Uleman, ceo van Prodrive Technologies in Son, dat vestigingen heeft in Japan, China en de VS en zo’n 2.200 medewerkers telt. Het bedrijf produceert hoofdzakelijk power electronics voor de semiconductorproductie, life sciences en allerlei industriële toepassingen. ‘Klanten in de semicon zeggen: je moet weg uit China, die in de life sciences: je moet er zitten, want dat is een belangrijke markt voor ons’, schetst hij. ‘We hebben al een flink volume moeten weghalen in de semicon vanwege sancties van de Amerikaanse overheid. In Nederland produceren is te duur, dus moeten we een derde oplossing vinden. Allemaal tijd die we niet besteden aan productontwikkeling.’
Dennis Schipper, ceo en medeoprichter Demcon, heeft internationaal leren schaken met allerlei partijen voor supplychainmanagement. Zijn bedrijf ontwikkelt, produceert en levert innovatieve hoogwaardige technologie vanuit negen locaties wereldwijd, met zo’n 1.100 medewerkers. Demcon haalde in 2020 het nieuws door in drie maanden tijd een beademingsapparaat te ontwikkelen. ‘De afgelopen jaren hebben we onze les wel geleerd, de naïviteit is weg. We hebben voor onze eigen producten daarom grotere voorraden aangelegd’, zegt hij. ‘Mijn advies is: tel je zegeningen, analyseer waar je staat, realiseer je wat je kwijt kunt raken en heb een plan B.’
Niet alleen politiek gemotiveerd
Het Duitse beursgenoteerde Infineon is een globale marktleider in semiconductors in power systems en IoT voor met name de automotive en richt zich op het verkleinen van de footprint van klanten en op digitalisering. Het bedrijf heeft zo’n 58.000 medewerkers. Inkopen doet Infineon voor 24 procent bij Amerikaanse bedrijven, 33 procent in Europa en 43 procent in Azië en het bedrijf werkt daarbij samen met tienduizenden leveranciers. ‘Wij kijken strategisch, tactisch en operationeel naar onze line of defence: waar kopen we in, kunnen we multisourcen, welk IP is belangrijk om te beschermen?’ aldus Angelique van der Burg, cpo bij Infineon. ‘Dat is niet alleen politiek gemotiveerd, maar ook gericht op eventuele calamiteiten.’
VSParticle in Delft, nog een start-up tijdens de coronacrisis, ondervond geen noemenswaardige problemen vanuit de supplychain. In de week van de talkshow werd bekend dat het bedrijf een samenwerkingsovereenkomst heeft getekend met Meta. ‘Onze strategie is zo min mogelijk uit de VS te sourcen. Mochten we al op een lijst komen, dan heeft de VS er geen grip op’, zegt Aaike van Vugt, ceo en medeoprichter van VSParticle. Dit engineeringbedrijf spitst zich toe op nanotechnologie om eigenschappen van materialen te veranderen en bouwt machines voor onderzoek en de industrie waarmee deze heel snel veel betere materialen kunnen maken. ‘Dit dankzij een dunne nanoporeuze laag, het magische ingrediënt voor de productie van groene waterstof en een nieuwe generatie batterijen. Daar is een gigantische vraag naar in de markt.’
Respect voor China
Op dit moment is VSParticle nog de enige die deze technologie ontwikkelt. ‘Als het succesvol is, komt er geheid een tweede, we verkopen ook veel machines in China namelijk. Dat land toont een enorme drive, een 9-9-6 mentaliteit die we hier in Nederland niet hebben. Dankzij de onderlinge harde concurrentie zijn hun batterijen, windmolens, zonnepanelen en elektrische auto’s zo goed en goedkoop’, stelt Van Vugt, die graag met gelijke kansen het gevecht zou aangaan met een toekomstige Chinese concurrent. ‘Europese en Amerikaanse investeerders zijn echter heel sceptisch over China. Hoe kan ik westerse aandeelhouders perspectief bieden dat ze me de ruimte geven om die Chinese concurrentie aan te gaan in China?’
‘Bedrijven blijken weerbaarder dan de economie als geheel’
Ook Van der Burg, die elf jaar in China woonde en werkte, heeft respect voor hoe Chinezen zakendoen. ‘We kijken er vaak argwanend naar, zo van: ze kopiëren alleen maar. Maar ze zijn ontzettend snel in hun cyclus om te verbeteren. In Europa kost dat twee jaar, in China drie maanden’, zegt ze. ‘Daarnaast werken ze heel strategisch, zeker in bepaalde industrieën en universiteiten hebben ze samenwerkingen plus de genoemde onderlinge concurrentie. Het succes is echt niet alleen te danken aan overheidssubsidie, er is ook een heel ecosysteem. Dat maakt hen een interessante partij.’
Ongelijk speelveld
Presentator Marja Eijkman brengt het gesprek op de andere wind die in Nederland is gaan waaien, de VS die met zichzelf en de strijd met China bezig zijn en Europa dat autonomer moet worden. Welke impact heeft dat op het ondernemersklimaat? In de ogen van Schipper doet de overheid te weinig. ‘Europa moet ook een machtsblok worden, gelijkwaardig aan China en de VS. Dus Europese Commissie, maak een beetje haast. Neem de Europese chipsindustrie die er zou komen, dat schiet niet op.’ Van Vugt sluit zich hierbij aan. ‘Voor de Nederlandse batterij-industrie geldt hetzelfde, kijk naar Northvolt. Nederland is goed in het maken van hoogwaardige machines. Daar ligt een unieke kans.’
Uleman wijst op de China-strategie die tien jaar geleden gemeengoed was bij bedrijven. ‘Nu gaat de kapitaalstroom de andere kant op. Daarin moet Europa niet naïef zijn, het speelveld is niet gelijk. Bepaalde kritische industrieën mogen niet meer overgekocht worden. Want als je technologie de deur uitgaat, wordt die gekopieerd in een tempo dat we niet kunnen volgen’, waarschuwt hij. ‘Met als consequentie dat je in Europa industrie kwijtraakt. Waar betaal je dan de welvaartsstand nog van?’
Draaiboeken klaar
Ook Van der Burg adviseert goed na te denken over mogelijkheden en risico’s. ‘We hebben Chinese klanten, maar ook westerse klanten die in China zitten. Internationaal zie je de nodige semiconbedrijven naar Vietnam of Maleisië verkassen, landen die ook snelheid en competitieve condities bieden’, zegt ze. ‘Voor sommige markten heeft China hele goede oplossingen. Als je die niet gebruikt, zet je je organisatie op 1-0 achterstand.’ Van Vugt onderschrijft dit. ‘Wij zijn luier, minder ambitieus en profiteren van goedkope zonnepanelen, windmolens, elektrolysers enzovoort. Is het dan negatief wanneer China ons helpt de energietransitie te realiseren?’
‘Is het negatief wanneer China ons helpt de energietransitie te realiseren?’
Zijn de bedrijven van de panelleden weerbaar bij een nieuwe crisis, wil presentator Marinke Wijngaard weten. Uleman: ‘De draaiboeken liggen klaar, we zijn beter in virtueel werken. Wel lopen de voorraden weer wat terug, dat is een zeker risico.’ Ook Demcon is beter voorbereid, stelt Schipper: ‘We kijken beter welke componenten we nodig hebben.’ Infineon ziet dat veel leveranciers de inkoop- en supplychainorganisatie hebben versterkt. Van der Burg: ‘Ook staat inkoop beter op de agenda van veel ceo’s, zij zien meer de toegevoegde waarde.’ Van Vugt heeft wel wat anders aan zijn hoofd dan weerbaarheid. ‘Eerst zorgen dat we overleven en een stabiel bedrijf worden.’
Deep dives
Elmer Rietveld, senior adviseur/researcher bij TNO en lid van het kernteam van de Europese Commissie dat de lijst met kritieke grondstoffen samenstelt, bespreekt vervolgens de impact van schaarste aan (kritische) aardmetalen op innovatie. ‘Voor elektrolysers heb je het dan over met yttrium versterkt zirkoon, noodzakelijk voor de productie van waterstof. Kun je dat opschalen? Als TNO kijken we in plaats van naar kritieke grondstoffen dus liever naar specifieke producten en technologieën en naar bedrijven. Hoe oud zijn ze, hoeveel mensen werken er? Wat is hun productaanbod, waar in de keten is een enorme concentratie, is de hele wereld afhankelijk van één of twee bedrijven? Dit soort eigenschappen bepaalt de leveringszekerheid van een keten, nu en in een toekomst met groei. Hoe vaker je dergelijke deep dives doet, hoe vaker je stuit op onverwachte bottlenecks in de keten. Grondstoffen herinneren je eraan dat dergelijke bottlenecks bestaan.’
Van Vugt kan moeiteloos een voorbeeld geven. ‘Wij werken met PEM-waterelektrolyse, met platen die zijn gecoat met een poreuze laag iridium van ongeveer 1 mg/vierkante centimeter. Jaarlijks wordt wereldwijd echter slechts 0,5 kuub iridium gewonnen, als bijproduct van platinum. Als de industrie van fossiel afgaat, moeten we naar honderden gigawatt en is de huidige hoeveelheid iridium volstrekt ontoereikend’, vertelt hij. ‘Partijen waar wij mee samenwerken, willen van 1 mg naar 0,1 mg/vierkante centimeter. Dan kan die markt met gemak tien keer groter worden. Als je tien keer minder gebruikt, bespaar je bovendien al snel miljarden aan iridium – in 2030 al. Dat is voor ons de beste businesscase, om die nieuwe technologie versneld op te schalen.’
Onderliggend probleem
Bij schaarste opteert Infineon onder meer voor operationeel snel reageren en waar mogelijk een alternatief binnenhalen. ‘Toen de prijs van een edelgas door het dak ging, werd het interessant om het productieproces aan te passen zodat we minder gas nodig hadden. Voorheen was die businesscase er niet. We hebben toen die opportunity aangegrepen, het gasgebruik is gedaald en onze fabriek kon blijven draaien.’
Het onderliggende probleem van de afhankelijkheid van materialen hangt volgens Van Vugt ook samen met de snelheid waarmee je nieuwe materialen ontwikkelt en in massaproductie krijgt – iets wat nu zo’n vijftien jaar in beslag neemt. ‘Daarom proberen we met behulp van AI heel snel heel veel experimentele datasets te bouwen, om te kunnen voorspellen waar kansen liggen voor toepassingen. Dan kunnen we als Europa ook veel sneller overstappen op een alternatief en onze weerbaarheid verhogen.’
Skills-ecosysteem
Een andere kwestie die top of mind is binnen bedrijven, is het huidige en toekomstige personeelstekort, nog eens versterkt door de actuele politieke situatie en plannen om minder buitenlands personeel en studenten binnen te halen. Annet de Lange, bijzonder hoogleraar duurzame inzetbaarheid aan de Open Universiteit en senior managing consultant bij Berenschot, ziet dan ook veel handen de lucht in gaan na haar vraag wie te maken heeft met onvervulde vacatures en vraagstukken rond omscholing en bijscholing van personeel. ‘Er is steeds meer innovatie als het gaat om de aansluiting tussen mensen en arbeidsmarkt’, zegt ze. ‘Uit onderzoek blijkt dat in de technologische dienstverlening sprake is van 15.000 tot 20.000 skills in een organisatie. Dat biedt kansen. Bijvoorbeeld door te kijken naar iemands skills-paspoort: soft skills, taken, onderdelen van het werk, talenten in de regio. Zo’n skills-ecosysteem is een hele slimme manier om mensen optimaal aan het werk te houden, bij te scholen en uit te wisselen.’
Schipper stelt dat Demcon de overheid nodig heeft om te zorgen dat jongeren in Nederland mogen komen studeren. ‘Als je dat gaat blokkeren, hebben wij er last van. Momenteel hebben we zo’n 20 procent buitenlandse medewerkers, voornamelijk uit Zuid-Europa. Ze integreren makkelijk, vinden Nederland fijn’, zegt hij. ‘Ander deel van onze arbeidsmarktstrategie is dat we vestigingen hebben in alle universiteitssteden. Overigens zie ik het tekort verschuiven richting mbo.’ Infineon bouwt bewust internationaal skills op, onder meer in Portugal, Maleisië en India. ‘Daarnaast is het mijn persoonlijke ambitie de verhouding man/vrouw in teams op 50/50 te krijgen’, stelt Van der Burg. ‘In mijn eigen team is dat gelukt, maar in de industrie nog niet voor de hand liggend. Er moeten toch meer mogelijkheden zijn om dat deel van de bevolking naar de maakindustrie te trekken.’
Stereotype meningen?
Prodrive Technologies bevindt zich in de Eindhoven-regio en 80 procent van het personeel is hbo+ of hoger. ‘Vanwege een bedrijf in de buurt met veel zuigkracht is het moeilijker om personeel vast te houden. De gemiddelde leeftijd is 30 jaar wat nieuwe mensen aantrekt. Door mensen een interessante job te geven in een stimulerende omgeving, kun je aantrekkelijk blijven’, aldus Uleman. VSParticle zit in Delft en voelt weinig van de aantrekkingskracht van ASML. ‘Als we even succesvol worden en er dus een tweede ASML komt, wordt het wel krap. Maar dat is nog toekomstmuziek’, zegt Van Vugt. ‘China kent overigens de hoogst opgeleide mensen, daar zouden wij gebruik van moeten kunnen maken om in personeelsschaarste te voorzien.’
Bekijk de hele Talkshow: