Uit de vierde Koninklijke Metaalunie Economische Barometer van 2020, blijkt dat ruim drie kwartalen na het uitbreken van het coronavirus bij veel ondernemers in het MKB-metaal het vertrouwen redelijk is hersteld. Zo ligt de waardering van de binnenlandse orderpositie en die van het bedrijfsresultaat op hetzelfde niveau als in het vierde kwartaal van 2019 en houden het aantal bedrijven met minder en meer personeel elkaar weer in evenwicht. Ook groeit het aantal bedrijven met vacatures snel. Daar staat tegenover dat de winstgevendheid van de bedrijven nog niet op het niveau is van 2019.
Orderpositie binnenland – Aan het einde van het tweede kwartaal van 2020 had de helft van de bedrijven te maken met een afnemende orderpositie. In het vierde kwartaal is dit nog bij een kwart van de bedrijven. Bij een derde deel van de respondenten is de orderpositie verbeterd. Onder de oppervlaktebehandelaars bevinden zich de meeste bedrijven waarbij de binnenlandse orderportefeuille groeit. Opvallend onder de aan de bouw toeleverende bedrijven is het grote aantal respondenten dat aangeeft dat de portefeuille is afgenomen ten opzichte van het derde kwartaal. Nam de waardering van de binnenlandse orderpositie in het derde kwartaal nog af ten opzichte van het kwartaal ervoor, in het vierde kwartaal is deze duidelijk toegenomen. 30% van de respondenten geeft aan tevreden te zijn over de binnenlandse orderpositie, terwijl 19% aangeeft hierover ontevreden te zijn.
De verwachtingen voor het eerste kwartaal van 2021 zijn wat voorzichtiger dan de realisatie in het vierde kwartaal. Een kwart van de bedrijven verwacht een groei van de orderpositie, terwijl 22% een afname verwacht. Metaalwarenbedrijven zijn het minst positief over het eerste kwartaal, terwijl de aan de bouw toeleverende bedrijven het meest positief zijn. De gemiddelde orderportefeuille in weken is in het vierde kwartaal sterk gestegen ten opzichte van de voorliggende kwartalen en bedraagt nu gemiddeld bijna negen weken, dit was een kwartaal geleden nog zeven weken.
Orderpositie buitenland – Van de respondenten geeft 47% aan te exporteren, 11% exporteert tot 10% van de omzet en 53% exporteert niet. Van de bedrijven dat meer dan 10% van hun omzet exporteert, is het exportaandeel gemiddeld 37% van de totale omzet. Was de beoordeling van de buitenlandse orderportefeuille het derde kwartaal gemiddeld genomen positiever dan de binnenlandse orderpositie, in het vierde kwartaal is dat andersom. De buitenlandse orderpositie lijkt minder hard te herstellen dan de binnenlandse. Bijna een derde deel van de exporterende bedrijven geeft aan dat de orderportefeuille buitenland is toegenomen. Ruim een kwart van de respondenten geeft aan dat deze is afgenomen.
Voor zowel de waardering van de buitenlandse orderpositie als de verwachtingen voor het komende kwartaal, geldt dat de positieve en negatieve antwoorden met elkaar in evenwicht zijn. Net als bij de binnenlandse orderpositie geldt dat de metaalwarenbedrijven het minst positief zijn over de omzetontwikkeling in dit eerste kwartaal van 2021.
Verkoopprijzen – Uit de Economische Barometer over het derde kwartaal van 2020, bleek dat de terugvallende orderposities hun uitwerking hebben op de prijsontwikkeling. In het vierde kwartaal is deze ontwikkeling gestopt en zijn er net zoveel bedrijven die hun verkoopprijzen verhoogd hebben als er bedrijven zijn die de verkoopprijzen hebben verlaagd. Relatief veel (een kwart) verspanende bedrijven hebben de verkoopprijs in het vierde kwartaal verlaagd.
Personeel – Bij de respondenten van deze Economische Barometer werken gemiddeld 18,2 mensen, 16,8 medewerkers met een vast contract en 1,4 met een flexibel contract. Het aandeel respondenten met meer mensen in dienst dan een kwartaal eerder, is net zo groot als het aandeel dat minder personeel in dienst heeft. In het tweede en derde kwartaal was er per saldo nog sprake van een afname. Net als in het derde kwartaal hebben er bij 3% van de respondenten gedwongen ontslagen plaatsgevonden.
Het aantal bedrijven dat vacatures heeft uitstaan, ligt weer op het niveau van eind 2019. Vier op de tien bedrijven heeft vacatures uitstaan: het halfjaar ervoor was dit iets meer dan een kwart van de bedrijven. Gemiddeld hebben de bedrijven met vacatures 1,8 vacatures openstaan. Afgezet tegen alle medewerkers hebben de respondenten gemiddeld voor 4% van het personeelsbestand aan vacatures openstaan. Onder de machinebouwers heeft meer dan de helft van de ondernemers vacatures openstaan.
Bedrijfsresultaat – Het herstel van de orderpositie komt ook tot uitdrukking in de beoordeling van het bedrijfsresultaat en de winstgevendheid van het MKB-metaal. Een derde van de respondenten geeft aan in het vierde kwartaal een beter bedrijfsresultaat te hebben behaald. Dit was een halfjaar geleden bij slechts 15%. Bij 19% van de bedrijven is het bedrijfsresultaat juist afgenomen. Dit was een halfjaar eerder nog bij 46%. De waardering van het bedrijfsresultaat is in het vierde kwartaal sterk gestegen ten opzichte van het derde kwartaal. 45% van de bedrijven is tevreden, terwijl 12% aangeeft ontevreden te zijn over het bedrijfsresultaat.
De verwachtingen over het bedrijfsresultaat voor het eerste kwartaal van 2021, zijn slechter dan in het afgelopen kwartaal. Het vorig kwartaal gaf per saldo 1% van de respondenten aan een beter bedrijfsresultaat te verwachten, nu geeft per saldo 6% van hen aan een slechter resultaat te verwachten. De ontwikkeling van de winst komt overeen met die van de orderpositie en ontwikkelt zich positief ten opzichte van de vorige kwartalen in 2020. 56% van de bedrijven maakt winst, 30% draait break-even en 13% maakt verlies.
Investeringen in het machinepark – Na het eerste kwartaal van 2020 gaf per saldo 60% van de bedrijven aan dat zij het komende halfjaar minder zouden investeren in machines. Na het vierde kwartaal is dit verbeterd tot per saldo 13%.