Tim Horeman, universitair hoofddocent aan de TU Delft, is allesbehalve een klassieke academicus. Hij stond mede aan de basis van acht medtech bedrijven, en wijdde zich aan het beter vertalen van onderzoek naar de praktijk. ‘Dat academisch onderzoek stopt bij een prototype, is onaanvaardbaar.’
- ‘We moeten ons onderzoek dienstbaar maken voor de maatschappij’.
- ‘Je hebt start-ups nodig die het naar de markt brengen en de meerwaarde inzichtelijk maken’.
- ‘De aansluiting met validatie is de grootste uitdaging in de medtech’.
- ‘Ik wil zorgen dat waardevolle technologie beter van de academie naar de praktijk stroomt’.
Academicus-ondernemer Tim Horeman wil circulariteit in medische technologie
De technologie waarmee Tim Horeman werkt, is enorm geavanceerd. Hij is gespecialiseerd in chirurgische technologie. ‘Ik hou me bezig met zaken als robot-laparoscopie en complexe implantaten’, begint hij. ‘Als we iets bruikbaars ontwikkelen, vind ik niet dat deze technologie ergens in een kelder moet eindigen. Wanneer de innovatie echt iets toevoegt aan de procedure, moet er een transitie plaatsvinden naar de markt. Want chirurgen en patiënten hebben deze technologie nodig. Dat academisch onderzoek eindigt in een prototype, en daarmee stopt, dat is onaanvaardbaar. We moeten ons onderzoek dienstbaar maken voor de maatschappij.’
Dat doet Horeman door betrokken te zijn bij een lange lijst aan start-ups. Zo stond hij mede aan de basis van maar liefst acht bedrijven, en dat naast zijn functie als academicus. ‘De laatste starter die we lanceerden, houdt zich bezig met duurzaamheid in de chirurgie en heet SATA Medtech’, vertelt Horeman. ‘Robotchirurgie is vandaag erg vervuilend want de afdekmaterialen en instrumenten zijn praktisch allemaal ontworpen als wegwerpproducten, en kosten bovendien erg veel geld. Je betaalt al snel duizenden euro’s per setje instrumenten, dat je na één – of een paar – operaties moet vervangen. SATA Medtech maakt de functionele onderdelen, waaronder de stuurtechniek, herbruikbaar en modulair. Het vervangen van simpele onderdelen in plaats van het preventief weggooien van gehele instrumenten verlaagt de kosten van robotchirurgie, wat het toegankelijker maakt voor ook minder welvarende landen. Het zorgt er daarnaast voor dat we de sector duurzamer maken, want we verminderen de afvalberg.’
Hergebruik
Duurzaamheid in de medische wereld is een van de speerpunten waarrond Horeman werkt. Zo stond hij ook mee aan de basis van Greencycl, een bedrijf dat medisch afval recycleert. ‘Greencycl heeft meer dan de helft van de Nederlandse ziekenhuizen onder contract’, vertelt Horeman. ‘Vandaag de dag wordt chirurgisch afval vooral weggegooid en verbrand. Greencycl ontwerpt daarentegen technologie om dat afval te recycleren. We scheiden bijvoorbeeld robotische en complexe chirurgische instrumenten en decontamineren ze, zodat ze daarna veilig kunnen worden ontmanteld en onderdelen worden hergebruikt. Ook verzamelen we de afdekdoeken uit operatiekamers, smelten ze om en maken er hoogwaardig kunststof granulaat uit. Dat gebruiken we om handvatten of openers voor chirurgische instrumenten te maken of bijvoorbeeld pashouders, nagelschrapers of bakjes.’
Valley of death
Zijn carrière als ondernemer begon echter met een trainingstool. ‘Tijdens mijn promotie ontwikkelde ik een trainingssysteem voor de laparoscopie’, vertelt Horeman. ‘Die trainer voor kijkoperaties is uiteindelijk in mijn eerste start-up, Medishield, vermarkt. Dat systeem bestaat nog steeds, en het is zowat de standaard voor de training in dat gebied. Ik was toentertijd de cto van dat bedrijf, maar dat bleek uiteindelijk niet goed te combineren met mijn werk aan de TU Delft.’
Horeman koos er dus voor om academicus te worden. Maar hij zou geen klassieke professor blijken. ‘Hoewel er een enorme noodzaak is voor medtech-innovatie, is de transitie van onderzoek naar daadwerkelijke gecertificeerde medische producten, schaars, smal en ondoorgrondelijk’, meent hij. ‘Daardoor komt waardevolle technologie vaak niet voorbij de initiële onderzoeksfase. Een groep wetenschappers schrijft een aanvraag, je doet je onderzoek, je ontwikkelt een proof of concept, maar dan is het project afgelopen en blijft de technologie ergens liggen.’ De grotere medtech-industrie neemt het niet op, want de focus ligt op de producten die op korte termijn geld kunnen verdienen. ‘We noemen dit de valley of death. Dus heb je start-ups nodig die het naar de markt brengen en de meerwaarde inzichtelijk maken. Net die transitie boeit me enorm.’
Promoveren en valideren
Volgens Horeman valt er nog veel te verbeteren in die transitie tussen academie en markt. Hij stelt dat er vooral nood is aan een goede validatie van nieuwe producten. ‘De aansluiting met validatie is de grootste uitdaging in de medtech’, zegt Horeman. ‘De proof of concept en het onderzoek lukt wel. Maar de kloof tussen die initiële ontwikkeling en de uiteindelijke implementatie, dat is de killing factor voor onderzoek en start-ups. Kapitaal krijgen is al lastig, maar als je niet van tevoren kan bewijzen dat iets werkt, dan wordt het nog lastiger. Die klinische studies kosten makkelijk 2 tot 4 ton. Een software-start-up daarentegen kan je gewoon beginnen op zolder met een laptop. Wij moeten echter onmiddellijk de lichamen in om de meerwaarde klinisch te bewijzen.’
‘Kapitaal krijgen is al lastig, maar als je niet van tevoren kan bewijzen dat iets werkt, dan wordt het nog lastiger’
Zijn oplossing voor dat probleem is de academische wereld en het werkveld samen te brengen. ‘Ik zette een onderzoekslijn op waarbij ik contacten opbouw met medisch specialisten’, vertelt Horeman. ‘Zij willen heel vaak promoveren. Ik laat ze daarom hun studie doen op de instrumenten en technologieën die worden ontwikkeld aan de universiteit. Zo doen ze al een stukje validatie en implementatie. Dat zorgt voor mooie impactstudies, die tegelijk geen enorme bedragen kosten. Dit blijkt een mooi huwelijk tussen de academie en de praktijk. De technologie wordt gevalideerd, en de specialisten krijgen er nog eens een doctoraat bovenop’, zegt hij lachend.
Amerikaanse groei
Alhoewel start-ups een grote rol vervullen in het leven van Horeman, is hij geen voorstander van het Amerikaanse model. Scherpe groei, vaak gesteund door enorme investeringen die snel een return-on-investment moeten genereren, is niet zijn stijl. ‘Het behalen van succes hangt samen met de motivatie achter het opzetten van een start-up’, stelt Horeman. ‘Wil je binnen drie jaar naar een exit gaan, met een return-on-investment voor je investeerders? Of wil je een duurzame start-up die trager groeit en meer op de lange termijn werkt? Als je veel geld wil rondpompen, dan moet je naar Amerika gaan. Dan kun je op basis van een droom veel geld ophalen, snel schalen, een enorm businessteam opzetten en klinische validatie uitbesteden aan de grote jongens.’ Dat heeft niet Horemans voorkeur. ‘Daar ben ik als typische Nederlander net te nuchter voor, ondanks dat ik een aardig Amerikaans netwerk heb. Een relatief eenvoudige technologie die je hier voor een ton kan valideren, met de inzet van postdocs of promovendi, daar halen ze in de VS drie miljoen euro voor op. We halen natuurlijk ook durfkapitaal op, maar dat blinde groeien, waar vaak de technologie uit het oog verloren wordt, dat doen we niet echt.’
Toch loopt het bij momenten ook stroef in Europa. De EU is bijvoorbeeld bezig met de introductie van de Medical Device Regulation (MDR), dat de administratieve last op medtech-start-ups en bedrijven die medische apparatuur ontwikkelen, stevig opschroeft. ‘In China of de VS is de toegang tot de markt soms eenvoudiger’, weet Horeman. ‘De MDR maakt het daarentegen moeilijker in Europa. Je kunt er nog steeds door raken als je je huiswerk netjes doet, en je een netwerk hebt. Ik denk dat de MDR het kaf van het koren scheidt. De serieuze start-ups raken er nog wel doorheen, maar resellers met grotendeels in bijvoorbeeld geproduceerde instrumenten, die grotendeels op marketing draaien, die komen in de problemen.’
Porsche rijden
Horeman is duidelijk geen klassieke academicus. Hij werkt nauw samen met de industrie, maar tegelijk is hij geen klassiek ondernemer. ‘Voor mij zijn start-ups een noodzakelijk kwaad’, vertelt hij. ‘Ze helpen me om mijn doel als maatschappelijk verantwoorde wetenschapper te bereiken. Ik wil medische technologie die binnen mijn onderzoekslijn Sustainable Surgery & Translational Technology wordt ontwikkeld in handen brengen van specialisten, zodat onze patiëntenzorg beter wordt. Dat is mijn doel als wetenschapper. Daarom blijf ik voor de academie werken. Als je daarentegen één idee tot het einde wil brengen, of het rijden in de nieuwste Porsche belangrijk vindt, dan moet je een ceo worden. Maar zo ben ik niet.’
In de toekomst wil hij zijn focus op de medische industrie, en het duurzamer maken ervan, verder uitdiepen. ‘Sinds 2015 werk ik op twee lijnen’, besluit Horeman. ‘Enerzijds wil ik chirurgie en de medische wereld duurzamer maken door technologie zo te ontwikkelen dat in de toekomst niets meer wordt weggegooid. Anderzijds, in het hier en nu, ontwikkel ik samen met onderzoekers zoals Joost van de Sijp en Bart van Starten nieuwe processen en technologie om hoogwaardig afval te gebruiken als grondstof voor nieuwe producten. Geen rotzooi meer weggooien dus, maar zo veel mogelijk hergebruiken met als doel de sector circulair te maken. Tegelijk wil ik zorgen dat waardevolle technologie beter van de academie naar de praktijk stroomt. Die vertaalslag maken doe ik graag, want zo kan je echt een impact hebben op de levens van patiënten.’