De wereld verandert razendsnel. Om de uitdagingen het hoofd te bieden, ligt er binnen defensie een sterke nadruk op innovatie. Sinds kort bekijkt de speciale eenheid RAS (Robots and Autonome Systems) welke mogelijkheden er zijn om autonome systemen en robots in te zetten bij de Landmacht. Daarbij wordt bewust de samenwerking gezocht met het bedrijfsleven en universiteiten. Robots en autonome systemen kunnen tijdens operaties op verschillende manieren ondersteunen. In een inventarisatiefase is eerder vastgesteld dat ze bijvoorbeeld meerwaarde bieden bij het verkennen van de omgeving (situational awareness). Daarnaast kunnen zij het communicatiebereik vergroten via antennes en zenders of het transport verzorgen van goederen zoals voedsel, munitie of onderdelen voor de genie. De systemen werken bovendien risicoverlagend voor militairen én vormen een mogelijke deeloplossing voor het tekort aan personeel.
Om vast te stellen welke systemen het meest geschikt zijn voor toepassing bij de Landmacht, onderzoekt de groep RAS van majoor Martijn Hädicke in de aankomende twee jaar de mogelijkheden. ‘We gaan pragmatisch te werk door te starten met het testen van bestaande systemen in de praktijk bij de 13 Lichte Brigade in Oirschot’, geeft hij aan. ‘Off the shelf-systemen dus. We stellen vast of een oplossing wel of niet geschikt is óf dat er eventueel verdere ontwikkelingen nodig zijn om de oplossing specifiek geschikt te maken in de militaire context. Het onderzoek richt zich daarbij niet alleen op technische aspecten, maar bijvoorbeeld ook op de mogelijkheid om protocollen en afspraken te ontwikkelen waarmee de systemen zinvol zijn in te zetten.’
Het uiteindelijke rapport dat Hädicke over een paar jaar oplevert, is een adviserend document op basis waarvan besloten kan worden over de aanschaf van systemen of de doorontwikkeling. Bij de beoordeling heeft de eenheid te maken met veel specialistische aspecten waarvan binnen defensie niet direct alle kennis beschikbaar is. Om die reden is er samenwerking met het bedrijfsleven via FME, met de drie technische universiteiten en TNO. Dan gaat het onder meer over communicatiemogelijkheden, verwerking en analyse van data, beslissingsmodellen en cyber security. Wie een bijdrage denkt te kunnen leveren, kan contact opnemen. Hädicke: ‘Wanneer blijkt dat we dezelfde ambities hebben, start ik graag de samenwerking op met als doel een win-win situatie te creëren. Normaal niet het streven van een Krijgsmachtonderdeel, maar in dit geval ligt dat anders.’