In een klein plaatsje in de Gelderse gemeente Oude IJsselstreek bouwt Hencon Metal & Mining enorme machines. Die vinden hun weg naar metaal- en mijnbouwbedrijven over de hele wereld, met elk hun eigen, specifieke vraag. Evenwel tekenen zich in de hogelonenlanden twee trends af: meer efficiency en duurzaamheid. Hencon speelt erop in door te elektrificeren, te digitaliseren en meer te focussen op dienstverlening. Dat geldt ook voor de tweede tak van sport, Hencon Forestry.
– ‘Elk van de plusminus tweehonderd smelterijen wereldwijd heeft een uniek karakter.’
– ‘Wij willen een leverancier van oplossingen voor gespecialiseerd intern transport zijn.’
– ‘Onze voertuigen zijn weliswaar geen corebusiness voor de klant, maar wel cruciaal.’
– ‘Onze uitdaging is om banken en financiers een passende oplossing te bieden.’
– ‘Voorheen was leasen een vies woord, nu staan veel klanten ervoor open.’
Achterhoekse Hencon speelt met servitization in op wereldtrends
De grote zilvergrijze hallen vallen direct op in het landschap met vooral kleinschalige bedrijvigheid en veel groene akkers. En als ceo Fred Harbers en cfo Rik van Dijken de journalist meetronen naar een van die ruimtes, blijken ze niet voor niets zo groot: ze herbergen vier enorme, elektrisch aangedreven voertuigen, bijna klaar voor transport naar de VS. Daar gaan deze AGV’s (Automated Guided Vehicles) bij een smelterij van gerecycled aluminium zorgen voor de aanvoer van het scrap-materiaal.
De felgele voertuigen illustreren twee belangrijke trends in de wereld van de aluminiumsmelterijen waar Hencon nadrukkelijk op inspeelt: procesoptimalisatie en duurzaamheid. Ook DAMCO Aluminium Delfzijl (beter bekend als Aldel) zet in op die trends en stelt zich open voor de innovaties van Hencon. Innovaties die ervoor zorgen dat de voertuigen die het bedrijf deze enige Nederlandse klant levert, hun werk – het aftappen en afvoeren van vloeibaar aluminium en onderhoud – zo efficiënt en duurzaam mogelijk doen, schetsen de twee managers.
Enorme variatie
Het meest opvallende in het gesprek is misschien wel de enorme variatie in de klantvraag waarvoor in Ulft de transportmachines ontwikkeld en gebouwd worden. Niet dat er zo heel veel klanten zijn: het is een zeer kapitaalintensieve industrie en enkele tientallen grote spelers beheersen de wereldmarkt. En die willen allemaal dat de voertuigen perfect bestand zijn tegen de krachtige elektromagnetische velden in hun smelterijen. Maar daar waar de lonen laag zijn, spelen de genoemde trends veel minder en wordt bij Hencon graag de technologie aangeschaft waarvan een moderne aluminiumproducent als DAMCO al decennia geleden afscheid heeft genomen. Bovendien heeft elk van de plusminus tweehonderd smelterijen wereldwijd een uniek karakter, vertelt Van Dijken. ‘Daarom hebben wij, als wij ergens voor het eerst komen, heel veel aandacht voor de lay-out van de fabriek’, aldus de cfo, terwijl hij zijn laptop openklapt.
Functies combineren?
‘In een smelterij zijn de ovens altijd relatief klein, maar gaat het vaak wel om honderden stuks. Hier zie je een smelterij’, wijst hij op een foto, ‘waar ze dicht opeen staan, met weinig ruimte om tussendoor te rijden. Dat vraagt om een voertuig met een smalle wielbasis en vier meedraaiende wielen zodat die om zijn as kan draaien. In sommige smelterijen is het efficiënter als AGV’s voor de aan- en afvoer van het gesmolten aluminium zorgen, terwijl een bemánd voertuig het aftappen ervan voor zijn rekening neemt. In andere plants is het logistiek gezien weer praktischer de afvoer- en aftapfunctie te combineren in één voertuig. Een van onze sterktes is dat wij de klant daarin heel goed kunnen adviseren. Niet dat dat advies altijd wordt overgenomen; soms blijven ze vasthouden aan hoe ze het al tientallen jaren doen.’
Fleetmanagementsysteem
Ook DAMCO gebruikt nog oude technologie. Tegelijk heeft dit bedrijf in Nederland te maken met hoge lonen en een samenleving die veel waarde hecht aan duurzaamheid. ‘DAMCO wil een groene smelterij worden. Wij werken samen om die innovatieslag te maken. Vandaar dat we samen met DAMCO ontwikkelen aan een efficiënter verwerkings- en transportsysteem.’ Ovens werken niet allemaal hetzelfde, legt Harbers uit. ‘De één produceert sneller dan de ander. Steeds vaker worden ze voorzien van sensoren die de voortgang voortdurend monitoren en big data genereren die in ons fleetmanagementsysteem terechtkomen. Daar kunnen we weer ons trafficmanagementsysteem aan hangen dat zorgt dat de AGV’s én de bemande voertuigen langs de meest efficiënte weg en zonder elkaar te hinderen juist naar die oven rijden die klaar is om afgetapt te worden.’
Nadruk op dienstverlening
Die digitalisering van de smeltprocessen en het interne transport benut Hencon ook voor een businessmodel waarin de nadruk op dienstverlening ligt. ‘Wij willen niet zozeer een leverancier van voertuigen zijn, maar van oplossingen voor gespecialiseerd intern transport’, vervolgt Harbers. ‘De aandacht van de klant gaat vooral uit naar het goedkoop inkopen van de enorme hoeveelheid elektriciteit die hij nodig heeft, en naar de vereiste investeringen in grondstoffen en ovens. Onze voertuigen zijn wel cruciaal voor zijn 24/7-proces, dat absoluut nooit mag stilvallen. Als onze voertuigen niet rijden, kunnen ovens niet afgetapt worden en gaan ze kapot. De kosten van de voertuigen zijn voor de klant echter relatief gering, dus daar wil hij geen energie in steken maar door ons ontzorgd worden.’
Onderhoudscontracten
Hencon biedt al sinds jaren – ruim voordat ‘servitization’ en ‘circulariteit’ in het industriële jargon waren opgenomen – een scala aan onderhoudscontracten. Die variëren van per beurt afrekenen voor correctief onderhoud, tot preventief onderhoud tegen een vaste fee per maand bij een gegarandeerde uptime van tussen de 85 en 95 procent. ‘Onderhoud dat we ter plekke uitvoeren of in een van onze eigen werkplaatsen bij de klant om de hoek als het om groter onderhoud gaat. Maar we halen ook machines naar hier, voor refurbishment – het vervangen van alle versleten onderdelen – en voor remanufacturing – het toevoegen van compleet nieuwe functionaliteiten. Bijvoorbeeld om een bestaand voertuig uit te rusten met digitale systemen, zodat het ingepast kan worden in een fleetmanagementsysteem.’
Op afstand uitleesbaar
Belangrijk voor het efficiënt en effectief kunnen uitvoeren van het onderhoudswerk is dat de status van de voertuigen op afstand uitleesbaar is. Zo kunnen de technici in Ulft de oorzaak zien van een storing in een voertuig, waar ter wereld dat ook rondrijdt. ‘Zit het probleem in de software, dan kunnen we het vaak vanaf hier oplossen’, duidt Van Dijken. ‘Maar we kunnen ook op afstand zien hoeveel uren een machine gedraaid heeft. Als een klant met een onderhoudscontract het idee heeft dat zijn voertuig niet beschikbaar was, kunnen wij dus nagaan of die machine daadwerkelijk heeft stilgestaan. En er zit een G-krachtensensor op onze voertuigen: vindt er ergens in Saoedi-Arabië een botsing plaats, dan krijgen wij direct een melding. Verder kunnen we ook de voertuigbewegingen uitlezen en daarmee de klant adviseren over efficiëntere routes voor zijn machinisten door zijn plant.’
In eigendom houden?
De logische volgende stap in het proces van servitization en circulair maken lijkt het in eigendom en dus op de balans houden van de machines. Daarover zijn Harbers en Van Dijken echter terughoudend, omdat klanten en banken dat ook zijn. ‘Onze voertuigen zijn weliswaar geen corebusiness voor de klant, maar wel cruciaal. Dus die vraagt zich af of hij die voertuigen, waar hij zo afhankelijk van is, wel in eigendom van Hencon wil hebben, een relatief kleine onderneming met een omzet van 45 miljoen euro. “Wat als die omvalt?”, denkt hij. Voorts staan niet alle banken te trappelen om een machine van gemiddeld een half miljoen euro te financieren als die vervolgens naar een niet-EU-land geëxporteerd wordt. Sommige banken biedt dat te weinig zekerheid. Onze uitdaging is om banken en financiers een passende oplossing te bieden. We hebben nu een aantal machines op onze balans staan die we tegen de economische waarde van onder meer een Zweedse klant hebben overgenomen.’
Bosbouwpoot
Al het voorgaande geldt evenzeer voor de transportmiddelen die Hencon Metal & Mining ontwikkelt en fabriceert voor de mijnbouw. De andere poot van de onderneming, Hencon Forestry, die is ondergebracht in een aparte entiteit, wil echter sneller servitization-stappen maken. Dit bedrijf is de enige importeur en dealer van bomenrooiers en wat dies meer zij van John Deere voor Nederland en – sinds kort – drie Duitse deelstaten. Voorts ontwikkelt en bouwt Hencon Forestry houtversnipperaars en vermarkt die onder de eigen merknaam Axsel. Daarnaast richt dit bedrijf zich nadrukkelijk en steeds meer op het verlenen van diensten, schetst directeur Dirk-Jan Winkelhorst.
‘Veel bomen worden momenteel aangetast door een heel klein kevertje, de letterzetter. Daardoor wordt er in Europa nu veel meer gerooid en is er veel vraag naar onze machines. Maar we verkopen ze heel bewust aan klanten die we goed kennen, omdat we veel meer een dienstverlenend bedrijf willen worden en ons geld verdienen met het ontzorgen van klanten door het leveren van service. Dan zijn we namelijk veel minder afhankelijk van de sterk schommelende vraag naar nieuwe machines. Voorheen was leasen in onze sector een vies woord, nu staan veel klanten ervoor open. En omdat het klanten in EU-landen betreft, is de financiering veel minder een issue. Maar dan is het wel van belang dat we de klant goed kennen en zeker weten dat zijn machinisten goed met onze machines omgaan.’
Gericht advies
In dat licht is het heel praktisch dat ook de John Deere’s – en binnenkort ook de Axsel’s – op afstand kunnen worden uitgelezen en – voor zover het de software betreft – op afstand kunnen worden onderhouden. ‘Voorheen moesten onze monteurs voor elke storing het bos in, nu kunnen ze de meeste problemen online oplossen. Ook kunnen we op afstand zien hoe de machine gebruikt wordt. Bij klachten over de werking van een nieuwe machine kunnen we nagaan of daar technische storingen aan ten grondslag liggen of dat de machinist er verkeerd mee omgaat. In dat laatste geval kunnen we gericht adviseren over de bediening.’
Overigens, vervolgt Winkelhorst, is privacy van de medewerker soms nog een reden voor de klant om deze toepassing niet te gebruiken. ‘Althans in Europa’, vult Van Dijken aan. ‘In de mijnbouw of de smelterijen in bijvoorbeeld Rusland is dat totaal geen issue. Daar wordt dus heel zorgvuldig met het materiaal omgesprongen.’
Hencon in cijfers
Hencon is in 1956 begonnen als Hendré, in 1983 doorgegaan als Hencon. Het is tegenwoordig eigendom van één Nederlandse en twee Duitse families. De omzet wereldwijd is circa 45 miljoen euro. In Ulft staat de hoofdvestiging van Hencon Metal & Mining, waar ook de ontwikkeling en engineering plaatsvindt van de voertuigen voor de aluminiumsmelterijen en mijnbouw die geproduceerd worden in de vestigingen in Rusland, Zuid-Afrika en Mozambique. Hencon Forestry, dat machines voor bosbouw en biomassaproductie ontwikkelt, bouwt, verkoopt en servicet, is elders in Ulft gevestigd. Bij de onderneming werken wereldwijd meer dan 300 mensen, van wie 110 in de Achterhoek.
Schematische weergave van het productieproces van aluminium. De voertuigen van Hencon zorgen hierin voor de aanvoer van aluinaarde, het aftappen en afvoeren van vloeibaar aluminium en voor het onderhoud van de ovens. Bron: Researchgate
Vanwege de grote variatie in de klantvraag is er bij Hencon Metal & Mining nauwelijks sprake van seriebouw. ‘Hooguit tien stuks en die moeten dan ook nog eens over een periode van jaren worden uitgeleverd’, stelt Fred Harbers. ‘Wij zijn wel bezig een aantal standaarden te definiëren, voor zaken als cabines, pompen en assen, maar voor het overige is het allemaal heel klantspecifiek wat we hier ontwikkelen en bouwen.’ Daartoe beschikt het bedrijf voor de vestiging in Ulft over zo’n 1.100 leveranciers, waaronder plusminus 700 partijen die voertuigonderdelen leveren.