‘Succes met je artikel, ik hoop dat je iets van mijn verhaal kunt maken.’ Het valt me op hoe vaak ik dát te horen krijg na afloop van een interview. De opmerking is zeker oprecht bedoeld, daarover geen twijfel. Maar laten we eerlijk zijn: zij kan de druk wel flink opvoeren. Zeker voor iemand die in de Nederlandse industrie pas net komt kijken, zoals ik zelf ooit deed.
M’n hoofd tolt haast weer, als ik terugdenk aan mijn eerste interviews in de branche. Technische termen waarvan ik geen chocola kon maken, vlogen me om de oren. Waarna ik na afloop met de blik op oneindig in de auto zat, de handen strak om het stuur. ‘Ik hoop dat je iets van mijn verhaal kunt maken’ – nou, dat hoopte ik ook.
Hoe anders voelt het nu. Technische termen komen tijdens interviews uiteraard nog steeds langs. Maar een denkbeeldig vraagteken heeft intussen plaatsgemaakt voor samenvatten en doorvragen. En wat ik tijdens mijn eerste interviews nauwelijks zag, werd me daarna al snel glashelder: schrijven over de Nederlandse industrie is te gek.
Want hoor die engineer eens enthousiast praten over de laatste feature van een machine of software. Of luister naar die gedreven ondernemer, klaar om met de eigen start-up de markt op de kop te zetten. En dan die ceo van een groot bedrijf: aan diens overtuigingskracht kan het niet liggen, mocht het succes van de nieuwe strategie uitblijven.
Over de Nederlandse industrie raken we samen nooit uitgepraat. En juist dat is wat Link als geen ander ziet. Tof om daar met mijn verhalen aan bij te dragen, en ervoor op pad te gaan. Front row in zo’n dynamische markt: kan het nog boeiender voor een redacteur?
Wat een verschil met toen, dacht ik pas nog. Het interview voor Link zat er net op, complex was de materie zeker. Maar was het gesprek daarom minder interessant? Welnee, mijn glimlach zei vast genoeg. Weer zo’n goed verhaal, dus kom maar op. Ook hier valt zeker iets van te maken.