De Brexit is nog steeds een historische fout, maar FME is blij dat de kogel nu door de kerk is. Nu Brexit een feit is kunnen onderhandelingen over de toekomstige handelsrelatie eindelijk van start gaan. Dat is hard nodig, want om een no-deal Brexit te voorkomen moet er voor 1 januari 2021 een nieuw handelsverdrag met de Britten liggen, aldus de werkgeversvereniging.
Vanuit economisch perspectief is het voor Nederland primair van belang dat de toekomstige handelsrelatie met het Verenigd Koninkrijk zoveel mogelijk op de huidige situatie blijft lijken. “Dat betekent volledig geïntegreerd in de interne markt, met vrij verkeer van goederen, diensten, kapitaal en personen”, zegt FME-voorzitter Ineke Dezentjé Hamming. Ook van cruciaal belang is dat regelgeving, en in het bijzonder producteisen, aan beide kanten van het kanaal geharmoniseerd zijn voor een gelijk speelveld.
Machinebouwers krijgen flink last van de Brexit
De Nederlandse technologische industrie exporteert zo’n € 15 miljard naar het Verenigd Koninkrijk. Door toekomstige importheffingen en non-tarifaire barrières zal de Nederlandse economie geraakt worden. Met name fabrikanten van transportmiddelen en chemische producten, toeleveranciers van de auto-industrie en machinefabrikanten kunnen flink last krijgen van de Brexit. “De technologische sector is zo goed mogelijk voorbereid op de Brexit, maar er zullen onvermijdelijk ook obstakels zijn die opgelost moeten worden. FME zet samen met haar bedrijven en de overheid alle zeilen bij om de gevolgen van de Brexit zo klein mogelijk te houden”, zegt FME-voorzitter Ineke Dezentjé.
De Brexit heeft niet alleen gevolgen voor bedrijven, geldstromen en handelsrelaties op allerlei terreinen, maar betekent ook een verlaging van de EU-begroting. FME eist dat dit niet ten koste zal gaan van de plannen van de nieuwe Europese Commissie om de Europese economie versneld te digitaliseren. “Er moet de komende jaren flink geïnvesteerd worden in de digitale economie en het digitaliseren van productieprocessen. Europa kan zich niet veroorloven om dit vanwege teruglopende inkomsten in de ijskast te zetten”.