Het juryvoorzitterschap van de Dutch Industrial Suppliers Awards (DISA) was dit jaar in handen van Hans van der Spek. ‘Het niveau van de finalisten was zeer hoog en de onderlinge verschillen waren klein. Ik heb echt genoten van deze klus.’ Ook de juryleden kijken terug op een mooie én leerzame ervaring.
De twee afzonderlijke vakjury’s hadden er dit jaar een behoorlijke kluif aan. Een keuze maken uit vijf finalisten bleek in beide categorieën bepaald niet gemakkelijk. ‘In één categorie was het eigenlijk een gelijkspel’, zegt Hans van der Spek. ‘Evenveel nominaties, een goed assessment en een goede financiële positie. Dan geven uiteindelijk details de doorslag. In dit geval hebben we een creatieve oplossing gevonden. Twee juryleden hielden ieder afzonderlijk voor de rest van de jury een pleidooi voor hun kandidaat. De beste argumenten waren bepalend.’
Argumenten
De anekdote geeft aan dat de awards aan gewicht winnen. ‘Het zijn nationale prijzen van waarde’, weet Hans van der Spek. ‘Dat kun je afleiden uit het feit dat 147 uitbesteders de moeite hebben genomen om toeleveranciers te nomineren. Dat aantal groeit nog elk jaar. Tijdens de juryberaadslagingen gaat het er fel aan toe, maar wel op een prettige manier. Juryleden pleiten natuurlijk voor hun eigen kandidaten. Omdat we werken met objectieve meetinstrumenten van DBSC en Berenschot en een financiële toets door ING, is willekeur uitgesloten. Maar bij een gelijkspel gaat het om de extra argumenten.’
Bert Boer zat dit jaar namens VMI uit Epe voor het eerst in de jury en besliste mee in de categorie best product suppliers. ‘Een mooie ervaring’, zegt hij. ‘We nomineren elk jaar enkele van onze toeleveranciers. Toen de vraag kwam of ik wilde jureren, heb ik meteen ja gezegd. Deze verkiezing past precies in onze filosofie en ons beleid. In de industriële wereld draait het om samenwerking met toeleveranciers. Als jurylid krijg je te maken met de best practices. Daar heb ik weer van geleerd. Ik kreeg een inkijkje in bedrijven waar wij als onderneming niets mee van doen hebben. VMI doet in banden, dus met winnaar De Koningh Medical Systems hebben wij geen relatie. Een terechte winnaar overigens. Verder heb ik veel inkopers en verkopers ontmoet. Vakbroeders dus, daar leer je altijd van.’
Optimaal
Jos de Vries van machinebouwer Rademaker uit Culemborg knikt. Hij jureerde in beide categorieën. ‘De awards zijn een goed middel om de banden tussen toeleveranciers en uitbesteders te verstevigen. Net als andere producenten zijn wij sterk afhankelijk van onze toeleveranciers. Een optimale relatie is van levensbelang. Een stimuleringsprijs draagt bij aan een betere keten, daar ben ik van overtuigd. Bovendien is het in deze tijd aangenaam te zien dat er in de Nederlandse industrie nog zoveel goede dingen gebeuren. Wij nomineren al jaren toeleveranciers en een plek in de jury is heel waardevol gebleken. We hebben pittige en open discussies gevoerd. Iedere inkoper heeft toch zijn voorkeuren. Het zat allemaal heel dicht bij elkaar, maar uiteindelijk hebben we de winnaars unaniem gekozen.’
Kennis delen
De woorden van Jos de Vries zijn Hans van der Spek uit het hart gegrepen. ‘Het draait inderdaad allemaal om samenwerken, kennis delen. Tijdens de bijeenkomsten van de jury heb ik vastgesteld dat we in Nederland inderdaad heel mooie dingen doen. We hebben een goed presterende, innovatieve industrie. Dat wist ik al door mijn tijd bij de Nevat en als ondernemer en dat is nu nog eens bevestigd. Ik houd aan het voorzitterschap een heel goed gevoel over.’