Op 5 september stond een uitzonderlijke line-up van sprekers op het podium bij de TU/e Opening van het Academisch Jaar, onder wie Eurocommissaris Thierry Breton, minister van Economische Zaken en Klimaat Micky Adriaansens en ASML-topman Peter Wennink. De sprekers prezen allemaal de steeds toenemende relevantie van de Brainport-regio, onder andere voor de realisatie van de European Chips Act. Een van de belangrijkste boodschappen was dat talent de sleutel is en dat er meer investeringen in nodig zijn om het volledige potentieel van het Brainport-innovatie-ecosysteem te ontsluiten, zodat het een maximale bijdrage kan leveren aan Nederland, de EU en maatschappelijke uitdagingen.
Technologische soevereiniteit
Het thema van het evenement was ‘Bijdragen aan de technologische soevereiniteit van Europa’. Robert-Jan Smits, voorzitter tu/e: “De aanwezigheid van commissaris Breton, minister Adriaansens en CEO Wennink bij onze opening van het academisch jaar toont niet alleen de sleutelrol die de Brainportregio speelt op nationaal en Europees niveau, maar onderstreept ook de belangrijke rol van de TU/e om toptalenten te leveren om de ambities van Europa te realiseren.”
In zijn toespraak benadrukte Eurocommissaris Breton hoe sterk de EU is: “We hebben zoveel kracht en aantrekkelijkheid en ongelooflijke troeven”, aldus de commissaris. Hij zei echter dat Europa zelfverzekerder moet zijn, minder naïef in het verdedigen van zijn economische belangen en waarden, en minder afhankelijk van andere landen. Wat niet betekent dat Europa zelfvoorzienend moet worden, benadrukte hij. “Openheid zit in ons DNA. We zullen nooit alles alleen doen in Europa. Maar we moeten het juiste machtsevenwicht bereiken met andere delen van de wereld”, betoogde hij.
Ook benadrukte hij de noodzaak van solidariteit in Europa. “Er kan geen soevereiniteit zijn, zonder Europese solidariteit. In het licht van de uitdagingen waar we voor staan, doen we het beter als we samen staan.”
Minister Micky Adriaansens was het er roerend over eens dat we minder afhankelijk moeten worden van landen buiten Europa als het gaat om essentiële technologieën, en benadrukte net als Breton de noodzaak “om de juiste balans te vinden tussen openheid waar mogelijk en bescherming waar nodig.” Want, zei ze, Nederland profiteert van internationale banden, bijvoorbeeld door slimme buitenlandse studenten aan te trekken.
ASML-topman Peter Wennink was het volledig eens met de minister en de commissaris. “Er kan geen technologische soevereiniteit zijn zonder samenwerking”, zei hij. “We moeten samenwerken. De productie van chips vraagt erom. Het is verbijsterend complex. Er zijn gewoon zoveel verschillende bedrijven, machines en experts betrokken bij het massaal produceren van chips.”
Brainport, ‘een gouden combinatie’
Wennink zette het Brainport-ecosysteem in de schijnwerpers als lichtend voorbeeld van de samenwerking die Europa nodig heeft, gebaseerd op vertrouwen, transparantie en bereidheid om te delen. “Dit soort samenwerking past Europa als gegoten. Brainport Eindhoven is een ongelooflijk levendige plek,” zei hij. Ook sprak hij zijn waardering uit voor de TU/e. “Ik ben er trots op te kunnen zeggen dat de Technische Universiteit Eindhoven een voorbeeldfunctie voor anderen kan en moet spelen in haar ambities en acties. Ook de universiteit is zeer behulpzaam bij het samenbrengen van de regio.”
Commissaris Breton noemde Eindhoven “een van de beste plekken om de uitdagingen waar Europa voor staat aan te pakken” en noemde TU/e-studenten “Europe’s engineers of the future”. Minister Adriaansens noemde de Brainport-samenwerking “een gouden combinatie”, en “een leidende kracht op internationaal niveau” met “de succesvolle samenwerking tussen deze universiteit, bedrijven en de regio Eindhoven” als belangrijke succesfactor.
Talent
Maar als Brainport relevant wil blijven, zei Peter Wennink van ASML, moeten we vooruitkijken. Gezien de niet aflatende toename van de vraag naar microchips “moeten we de instroom van technisch talent in het komende decennium verviervoudigen.” Hij riep de Nederlandse en Europese regeringen op “nu in een stroomversnelling te komen”.
Commissaris Breton heeft soortgelijke gedachten geuit over de dringende noodzaak om meer ingenieurs op te leiden. “Om Europa zijn doelen te laten bereiken, hebben we veel innovatie en veel wetenschap nodig. Daarom hebben we veel ingenieurs nodig.” Ook TU/e-rector Frank Baaijens steunde de gedachten van Wennink en Breton. “De komende tien jaar moeten er naar schatting 70.000 vacatures worden ingevuld in Brainport, op alle niveaus. Maar publieke R&D-investeringen in Brainport blijven gevaarlijk achter, wat de groei van Brainport kan schaden.”
Toegewijd om groots bij te dragen
“66 jaar geleden is onze universiteit opgericht vanwege de grote vraag naar ingenieurs in deze regio”, zegt TU/e-rector Baaijens. “Vandaag is dat niet anders. De schaalvergroting van Brainport vraagt dringend om groei van onze universiteit. En net als 66 jaar geleden zijn investeringen vooraf nodig om groei mogelijk te maken.”
“We zetten ons in om een grote bijdrage te leveren aan de agenda van zowel Nederland als Europa”, aldus TU/e-voorzitter Robert-Jan Smits. “Daarom pleiten we er bij onze overheid voor om ons de middelen te geven om te leveren, door in omvang te groeien en daardoor meer talenten beschikbaar te stellen. Dit zal niet alleen helpen om het grote economische potentieel van de regio optimaal te benutten, het is ook een investering in technologische soevereiniteit.” Bron TU Eindhoven