De mondiale economische groei versnelt dit en volgend jaar enigszins, vooral onder invloed van aantrekkende groei in opkomende economieën. Door de aantrekkende mondiale groei versnelt ook de groei van de relevante wereldhandel naar 3% dit jaar en 3,6% volgend jaar.
De groei van de Nederlandse economie zet stevig door en bedraagt 2,1% dit jaar en 1,8% volgend jaar. De groei wordt gedragen door de consumptie en de uitvoer. De groei van economie gaat gepaard met een toenemende werkgelegenheid in de marktsector en in de zorg. Dit jaar komt de werkloosheid uit op 4,9% van de beroepsbevolking, volgend jaar op 4,7%. De inflatie loopt onder invloed van de hogere energieprijzen op naar 1,6% dit jaar en 1,4% volgend jaar. Door de daling van de werkloosheid en de toename van de inflatie stijgen de contractlonen. In 2017 en 2018 verbetert de mediane statische koopkracht in beperkte mate, met respectievelijk 0,1% en 0,3%, na een stijging van 2,7% in 2016. Het begrotingsoverschot dat vorig jaar is ontstaan, loopt in de ramingsperiode verder op, tot 0,8% bbp in 2018. Dit komt doordat de aanhoudende economische groei leidt tot meer inkomsten en door een stijging van de overheidsuitgaven die daarbij achterblijft.
De economie groeit in de periode 2018-2021 met gemiddeld 1,7% per jaar. Een gelijk opgaande groei van werkgelegenheid en arbeidsaanbod zorgt voor een stabiele werkloosheid van 4,7%. De rente en inflatie lopen licht op, maar blijven laag. De overheidsbegroting komt uit op een overschot van 1,3% in 2021, een schuld die afneemt naar 47% en een houdbaarheidsoverschot van 0,5%.