De omslag naar duurzame energie en mobiliteit in Nederland hapert, ondanks de voortschrijdende technologische ontwikkeling en de duidelijke economische voordelen van zo’n energietransitie. De Technische Universiteit van Eindhoven gaat daarom, samen met onder meer vier andere universiteiten in ons land, nieuwe methoden en technieken ontwikkelen om de transitie een flinke duw in de rug te geven. Ze doen dat in het kader van NEON, een multidisciplinair onderzoeksprogramma, waarin ingenieurs nauw samenwerken met sociale wetenschappers, NGO’s en bedrijven. NWO steunt het programma, dat vijf jaar loopt, met een subsidie van 8,5 miljoen euro.
De mensheid is in rap tempo bezig het ecosysteem waarvan we afhankelijk zijn, te vernietigen. Bijna 200 landen, waaronder Nederland, hebben daarom in 2017 het klimaatakkoord van Parijs ondertekend, waarin ze toezeggen de opwarming van het klimaat te beperken tot maximaal 2 graden. Ons land loopt echter flink achter als het gaat om het verwezenlijken van deze doelstelling. Het aandeel duurzame energiebronnen in onze totale energievoorziening is wereldwijd een van de laagste, we stoten nog altijd te veel CO2 uit met onze auto’s en vrachtwagens, en dat terwijl de wegen dichtslibben, met alle kosten van dien.
De mens centraal
Volgens de initiatiefnemers van NEON (New Energy and mobility Outlook for the Netherlands) staan drie problemen een snelle transitie in ons land in de weg:
Investeringen gaan vaak niet naar de technologieën met de grootste impact, maar naar oplossingen die het snelst geld opleveren.
Veelbelovende oplossingen stranden vaak op het verzet van burgers of institutionele problemen, zodra ze grootschalig worden uitgerold.
De wetenschap ontbeert momenteel cijfermatige modellen om de snelste en meest kosteneffectieve oplossingen voor te rekenen.
Om deze problemen het hoofd te bieden, is volgens NEON meer nodig dan alleen technologie en economisch profijt. Zij pleiten voor een multidisciplinaire aanpak, waarin ook de rol van instituties, kennisnetwerken en menselijke actoren, zoals consumenten en bedrijven, veel aandacht krijgt. De onderzoekers willen hiervoor nieuwe methoden en technieken ontwikkelen, en zo bijdragen aan de noodzakelijke omslag in onze energievoorziening en mobiliteit.
Toppers
Met het onderzoek is in totaal een bedrag gemoeid van 12,5 miljoen euro, waarvan NWO bijna 8,5 miljoen voor zijn rekening neemt. Met het bedrag kunnen in totaal 32 promovendi aan de slag, van wie twintig hier in Eindhoven. Naast de TU/e doen onder meer de universiteiten van Rotterdam, Tilburg, Twente, Delft, de Hogeschool van Amsterdam, PBL en TNO mee aan het onderzoek. Zij werken nauw samen met 18 bedrijven uit binnen- en buitenland, en verschillende overheden en NGO’s.
Programmadirecteur en Initiatiefnemer Auke Hoekstra is blij met de subsidie: “Dankzij NWO kunnen we een combinatie maken van alfa-, beta en gammawetenschappers, die, voor zover ik weet, volstrekt uniek is in de wereld. Zij worden ondersteund door een sterk consortium van vele kennisinstellingen in binnen- en buitenland, innovatieve bedrijven, NGO’s en overheden. Nu is het zaak snel 32 toppers te vinden die hierop willen promoveren.”
Behalve Auke Hoekstra zijn onder meer Maarten Steinbuch, Floor Alkemade, Theo Hofman en Korneel Wijnands namens de TU/e betrokken bij het project.
Crossover
De subsidie voor NEON maakt onderdeel uit van het Crossover-programma van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO), waarmee in totaal een bedrag van 39 miljoen euro is gemoeid. Vijf grote interdisciplinaire projecten krijgen een subsidie binnen het programma. Ook in drie van de vier overige projecten speelt de TU/e een prominente rol:
INTENSE (Innovative Neurotechnology for Society)
In dit project, onder leiding van het Nederlands Herseninstituut KNAW, worden hersenimplantaten ontwikkeld om het leven te verbeteren van mensen die blind, doof of verlamd zijn, of epilepsie hebben. Het onderzoek combineert de sterk toegenomen kennis over onze hersenen met nieuwe mogelijkheden binnen de neurotechnologie met als doel te komen tot nieuwe oplossingen en bedrijvigheid. Namens de TU/e is Mark Bentum betrokken bij dit project.
RELEASE (Reversible Large-scale Energy Storage)
Ook dit project focust op de transitie naar duurzame energie, maar dan op het verbeteren van de prestaties en het verlagen van de kosten van grootschalige energieopslag. Het project richt zich op waterstofproductie, koolwaterstofproductie uit CO2 en flowbatterijen. Namens de TU/e werken onder anderen Emiel Hensen en Kitty Nijmeijer mee aan dit onderzoek.
SYNERGIA (System change for New Ecology-based and Resource efficient Growth with high tech in Agriculture)
Het doel van dit programma is de ontwikkeling van een nieuwe productiesysteem voor de Nederlandse landbouw, waarbij de ecologie het uitgangspunt is. Bij dit programma zijn onder meer de volgende TU/e-onderzoekers betrokken: Andrea Fiore, Kevin Williams, Marion Matters, Ed Nijssen, Matthias Funk en Rene van de Molengraft.
Bron TUE