Met zes man continu 3.000 smeersystemen controleren om te voorkomen dat de fabriek stilvalt? Dat kan. En dat gebeurt ook. Maar het kan ook anders: met sensoren en data-analyse de dure installaties en systemen van de klant slimmer – en goedkoper – onderhouden. Industrieel dienstverlener ERIKS maakt de omslag. Stapje voor stapje. ‘Voor sommige klanten gaan we nog te snel.’
Van rennen voor de klant, naar hem controle geven
Hij had vijftien jaar ‘van alles gedaan’ bij Eriks. Na de zomer van 2016 werd Christiaan van Veen gevraagd om een nieuwe afdeling te gaan leiden bij de multinational uit Alkmaar. Als verantwoordelijke bij het nieuwe onderdeel Asset Management gaat Van Veen uitzoeken hoe Eriks nog meer toegevoegde waarde kan bieden aan de klant. ‘We willen onze klanten helpen efficiënter en goedkoper te werken – en daarmee slimmer. We moeten er alles aan doen om te voorkomen dat de fabriek stilvalt. Alleen door alle mogelijke digitale middelen in te zetten, kunnen ze concurreren met de lagelonenlanden.’
In de soep
Digitaal, dat is het toverwoord. Het helpen van de klant, zo zegt Van Veen, zit bij Eriks al decennia in de genen. Dat is op zich niet de verandering: ‘Het gaat erom dat we nieuwe trends en technieken, zoals big data en internet of things, inzetten om de klant te helpen succesvol te zijn. Hem volledige controle te geven over zijn installaties. En het ook alleen maar doen als de klant er echt iets aan heeft.’ Hij komt met een voorbeeld. Een klant heeft een grote installatie, die draaiende wordt gehouden met 3.000 smeersystemen. Die worden dag in, dag uit gecontroleerd door zes man. ‘Maar als ze een keer een locatie over het hoofd zien – en dat gebeurt helaas nog wel eens –, dan loopt de fabriek in de soep. We kunnen elk van de systemen voorzien van een sensor met een ledlampje, een receiver en een batterij. De sensor geeft een signaal als dat smeersysteem onder een bepaald niveau komt. Dat wordt verzonden naar een server. Als dat gebeurt, kan er actie worden ondernomen. Zo’n oplossing kost nog geen honderd euro per systeem. Dat is op termijn niet alleen veel goedkoper dan de zes man die rondlopen, het is ook een stuk efficiënter.’
En daar is nog een hele wereld te winnen, wil Van Veen maar zeggen. Alleen al in Nederland levert Eriks duizenden sensoren per jaar, die alles meten van trillingen tot pH-waardes. ‘Al die sensoren genereren data. Op basis van algoritmes kun je dan bepalen wanneer bijvoorbeeld kogellagers vervangen moeten worden – en kun je daarop anticiperen. Dan vervang je alleen nog maar de onderdelen die echt niet meer optimaal functioneren, en niet omdat ze volgens het schema vervangen zouden moeten worden. Zo doe je wat het beste is voor de klant.’
Kleine stapjes
Hoe transformeer je een bedrijf naar een (totaal) andere markt? In het geval van Eriks dus door een nieuwe afdeling op te zetten, Asset Management. En door vervolgens de revolutie door te voeren in kleine stapjes. Beginnen voor een klein aantal klanten in Nederland met een snelgroeiend team van professionals. En dan nog: ‘De klant moet er wel aan toe zijn. Voor sommigen gaan we inderdaad nog te snel. We komen alleen met nieuwe oplossingen als de klant geïnteresseerd is. Voor anderen blijven we rennen als ze bellen en het al bijna te laat is. Maar het spreekt voor zich dat dat voor ons op termijn geen oplossing is. We hebben meer dan genoeg knowhow om op andere manieren te voorkomen dat de installaties dreigen stil te vallen.’
De afdeling Asset Management bestaat uit drie onderdelen: Process Solutions, Data-analyse en Services. ‘Bij Process Solutions werken mensen van onder meer de TU Delft. Zij houden zich bezig met de sensoren, de hardware, de systemen. Bij Data-analyse zitten de datadeskundigen. Mensen die kunnen omgaan met big data en algoritmes. En bij Services zitten de mensen die op locatie de werkzaamheden uitvoeren.’ Het was aan Van Veen om de afdeling op te zetten en de drie onderdelen vorm te geven. ‘De drie kennisvelden sluiten perfect op elkaar aan en passen binnen het Eriks-model, waarbij technische toegevoegde waarde altijd vooropstaat. We kunnen nu gegevens meten, de data lezen, begrijpen en uitvoeren. En dat voor alle componenten in de fabriek. Precies wat de klant nodig heeft.’
Volledige controle geven
De komende jaren, zo verwacht Van Veen, zal zijn afdeling verder worden opgetuigd, nog veel groter worden. ‘Hoe het er over een aantal jaren zal uitzien? Dan geeft Eriks de klant door digitalisering volledige controle over zijn of haar fabriek. Geplaatste sensoren geven ons data, op basis waarvan we actie kunnen ondernemen. We kennen de bottlenecks, weten wanneer wat fout kan gaan. Het onderhoud is een stuk gemakkelijker en betrouwbaarder geworden.’ Het eerste half jaar Asset Management heeft Van Veen ook al lessen gebracht. ‘De belangrijkste is: kijk welke oplossing op termijn voor je klant het beste is. Niet wat nu het goedkoopste is, want dat loont op den duur niet. En: blijf verbeteren. Dat geldt niet alleen voor de klant, maar ook voor onszelf. Kijk waar je het beter kan doen met je mensen, je processen en je mogelijkheden.’ De ontwikkelingen gaan razendsnel, zegt Van Veen. En dat brengt hem bij de laatste les: ‘Je kunt het niet alleen. Als je het goed wilt doen, moet je het samen met de klant doen. Alleen dan houd je de snelheid erin. Als je alles op eigen houtje wilt ontwikkelen en doen, dan red je het niet. De nieuwe werkwijze verandert in die zin ook de relatie met de klant. We slaan de handen ineen en lossen de problemen samen op.’
THEMA RADICAAL TRANSFORMEREN, JUIST ALS HET (NOG) GOED GAAT, Link 6 2017