Project Beethoven, wat merken bedrijven er (al) van?

0

Project Beethoven moet € 2,5 miljard beschikbaar maken voor investeringen die de leefbaarheid en bedrijvigheid in twee regio’s een impuls geven. Tegelijkertijd moet het ecosysteem verder professionaliseren vanwege de enorme groei die de bedrijven in de toeleverketen doormaken. Link vroeg twee key-spelers naar hun bevindingen en verwachtingen.

“Het klopt dat de halfgeleiderindustrie het minder goed doet dan vorig jaar, maar die 2,5 miljard aan Beethoven-gelden zal zonder twijfel gewoon besteed worden,” zegt Joop Essing. “Dit is een investering op de lange termijn voor de regio.” Foto: VHE

‘Die 2,5 miljard gaat echt uitgegeven worden’

Een belangrijke voorwaarde voor het vrijmaken van de € 2,5 miljard Beethovengelden is private cofinanciering, waarvoor het Brainport Partnerfonds is opgericht. Een privaat fonds waarin bedrijven in de Eindhovense en Twentse regio mee investeren in bereikbaarheid, huisvesting, onderwijs en arbeidsmarktinitiatieven. Via dit fonds gaat de regio’s de komende twaalf jaar € 219 miljoen bij elkaar brengen. Een van de bestuursleden is Joop Essing, ceo van VHE Industrial Automation. Hij vertelt dat dit fonds ruimte geeft aan bedrijven naar draagkracht in te stappen. ‘De deelnemers hoeven ook niet zelf actief te zijn in de semicon, ook de bakker op de hoek kan meedoen.’

Partnerfonds

Het partnerfonds werd afgelopen december gelanceerd. ‘Met twaalf bedrijven vormen wij de kopgroep’, vertelt Essing. ‘Samen maken we ons sterk om andere bedrijven aan te laten sluiten, met hulp van Brainport Development.’ Er is een bestuur van vier directeuren benoemd waarvan Essing er één is. Veel grondwerk werd gedaan door Paul van Nunen, directeur van Brainport Development. Business consultant Piet van der Wielen van de ontwikkelingsmaatschappij is de contactpersoon die nieuwe partijen informeert en enthousiasmeert. ‘Paul van Nunen heeft in deze regio heel hard gelobbyd, met succes!’, stelt Essing. ‘En ook buiten de regio zal er spin-off zijn. Het geeft een enorme impuls aan de hele sector.’

Dat bedrijven aanhaken, ook als ze niet in de semicon actief zijn, is volgens Essing logisch. ‘De pijlers van het programma zijn stuk voor stuk thema’s waar bedrijven zelf belang bij hebben, in welke sector ze ook actief zijn. Als je medewerkers in de file staan, geen huis hebben of je hebt geen nieuwe instroom aan talenten, dan merk je dat in iedere sector. En door de structuur van het fonds heb je ook een stoel aan tafel om ervoor te zorgen dat de gelden effectief besteed gaan worden.’

Op de Haagse radar

Geluiden dat bedrijven maar weinig zou merken van de Beethovengelden herkent hij niet zo. ‘We hebben de afgelopen jaren succesvol op de radar weten te komen van politiek Den Haag. Het is in het Haagse steeds duidelijker geworden dat Brainport een enorme meerwaarde heeft voor de BV Nederland. Het helpt natuurlijk ook dat Paul van Nunen en de Eindhovense burgemeester Jeroen Dijsselbloem allebei de weg in Den Haag meer dan goed kennen. En dat er 2,5 miljard is toegezegd, wil niet zeggen dat die financiering ook direct geregeld is. We zitten nu vol in de executiemodus om goed werk te doen met het geld. Want de semicon draait weliswaar iets minder dan vorig jaar, die 2,5 miljard gaat echt uitgegeven worden. En ook die 219 miljoen gaan we echt binnenhalen. Dit is een investering in de lange termijn voor deze regio.’

Nauw vervlochten

Het ecosysteem rondom de semiconsector is bijzonder nauw vervlochten. ‘Wij werken voor alle semiconbedrijven’, vervolgt Essing. ‘Onze activiteiten liggen vooral in drie sectoren, de hightech, smart energy en semicon, goed voor meer dan vijftig procent van onze business. Dat betekent wel dat we – net als veel andere bedrijven in de regio – afhankelijk zijn van die industrie. We bouwen onderdelen van machines, elektrotechnische modules en kabels. Voor de meeste klanten doen we ook het ontwerp.’ ASML heeft volgens Essing een supply chain die nog heel Nederlands gericht is, omdat de hele ontwikkeling van de machine in de Brainport-regio is ontstaan. ‘Daar heeft de kracht van de samenwerking toe geleid. En een heel ecosysteem verplaats je niet zomaar, veel kennis zit niet alleen bij ASML maar ook bij toeleveranciers.’

Veel bedrijven delen wat Essing noemt ‘hetzelfde DNA’. De samenwerking tussen de bedrijven onderling is heel intensief. ‘Een bedrijf kan op maandag mijn klant zijn, op dinsdag mijn leverancier, en op woensdag leveren we samen toe aan dezelfde klant. Dat is wel de kracht van de regio. Maar met het groter worden van de schaal, zie je ook dat de belangen groter worden. En dan zie je dat zaken langzaamaan wat formeler worden en dat je meer beweegt naar contracten en formele afspraken. Er zijn nog steeds mooie familiebedrijven actief, maar je ziet wel dat private equity steeds meer zijn intrede doet om professionalisering en groei mee vorm te geven. Dat hoeft niet per se slecht te zijn! Ook bij VHE is de meerderheid van de aandelen in handen bij investeerders. Dat is nou eenmaal een must omdat er geld nodig is om te groeien.’

Klaarstomen voor ramp-up

Nu het een relatief rustige periode is, zet Essing vol in op het klaarstomen voor de ramp-up die volgens hem hoe dan ook gaat komen. ‘We hebben nu mooi de tijd voor een verhuizing naar een locatie met meer vierkante meters en meer elektrisch aansluitvermogen om verder te groeien. En we kijken naar verdergaande automatisering en schaalbaarheid. Never waste a good crisis, zeggen we. We nemen onze werkprocessen goed onder de loep en kijken naar digitalisering en AI. Als management heb je het meeste werk én de meeste voortgang als het in het bedrijf rustig is.’

Maar de hele markt is razendsnel aan het veranderen, ziet ook hij. ‘We zitten toevallig bij een OEM die het enorm goed doet, maar het wordt wel steeds meer een wereldverhaal. De toeleverende keten van de semicon zit steeds meer in Azië. Hoe wil je dat spel meespelen? Dat vraag om hele belangrijke strategische keuzes. Dat je vijf jaar geleden een bepaalde positie hebt verworven, wil niet zeggen dat je die over tien jaar nog hebt, dus we hebben huiswerk te doen.’

Talentontwikkeling

Een groot deel van de semiconketen bevindt zich in Twente, dus ook daar moeten de bedrijven mee kunnen groeien. De Beethovengelden zullen ook daar worden ingezet. Inmiddels is € 72 miljoen gereserveerd voor het opleiden van 1.600 extra talenten voor de semiconindustrie. Bianca Screever is verantwoordelijk voor public affairs bij Demcon in Enschede en is betrokken bij de talentontwikkeling voor de sector. Demcon ontwikkelt en produceert complexe (opto)mechatronische systemen en producten en is actief in het ecosysteem van de semiconindustrie. Zo ontwikkelt en levert het bedrijf one-off research en productietools voor ASML. Screever is actief voor Ondernemend Twente, de ondernemersafvaardiging binnen de Twente Board, de economic board van de regio, waar ook onderwijs en overheid in vertegenwoordigd zijn.

Het Beethovenprogramma staat aan het begin van de uitvoering. Bij het opstellen van de plannen zijn bedrijven en instellingen met elkaar om tafel gegaan, vertelt Screever. ‘Want hun behoeften staan centraal. We hebben een enquête gemaakt en de resultaten vertaald naar een opleidingsbehoeften.’ Dat was een flinke opgave omdat er in Twente veel kleine mkb-bedrijven actief zijn en juist ook voor hun behoefte moet het Beethoven-plan het juiste talent op te leiden en in de bedrijven te laten landen.

De kaders staan

‘We hebben hier de kaders goed voor elkaar, maar het moet nu echt gaan groeien. De plannen voor 2025-2026 zijn goedgekeurd, nu is het een kwestie van organiseren. Het geld gaat direct naar de partij die het gaat benutten, of het nu de universiteit is, een van de scholen in het mbo en hbo of een van de vakscholen die betrokken is bij het opleiden van technisch talent.’

Voor onderwijsinstellingen begint de voorbereiding voor het komende schooljaar nu al. ‘Zij moeten studenten aantrekken en daarom duidelijk maken wat werken in de semiconsector betekent. Het opleiden van studenten duurt vier tot zes jaar voordat zij klaar zijn voor het bedrijfsleven, dus er is echt geen tijd te verliezen.’ Het plan voor het onderdeel ‘Leven Lang Ontwikkelen’ start naar verwachting in september. Hiermee moet sneller nieuwe talenten worden klaargestoomd. ‘We hebben semicon learning centers uitgedacht om de zichtbaarheid van de sector te vergroten en mensen op een laagdrempelige manier kennis te laten maken met de sector. Want voor veel mensen is het helemaal niet zo helder wat nou een toeleverbedrijf van de semicon precies doet.’

Tijdens de voorbereidingen kwam er nog wel een belangrijke zorg naar boven: de voornemens van het kabinet het aantal buitenlandse studenten te beperken. ‘Die plannen waren een grote zorg, want in onze regio hebben we relatief veel internationale studenten. We liggen nu eenmaal heel dicht bij Duitsland en hebben traditioneel best veel Duitse studenten binnen onze opleidingscentra. Ook de noodzaak van zowel Europese als niet-Europese internationals binnen de wo-opleidingen moet niet worden onderschat!’

Link magazine special 2025: Theme: Towards a more competitive Netherlands and Europe. Read this edition digital.

Belangrijke industrie

Drie onderwijslocaties, de Universiteit Twente, Hogeschool Saxion en ROC Twente, gaan echt semicon uitstralen en daarin ook veel meer samen naar buiten treden, mét het bedrijfsleven. ‘De sector wordt aantrekkelijker en dat is belangrijk voor de jeugd. Zij willen steeds meer een beroep dat ertoe doet in de wereld en wij willen laten zien hoe belangrijk deze industrie in de wereld is!’ Screever geniet zichtbaar als ze vertelt hoe het project een gezamenlijk succes is. ‘We hebben dit echt met zijn allen gedaan, integraal. Er is een stuurgroep gevormd waarin alle betrokken partijen vertegenwoordigd zijn: zowel vanuit de ondernemers als vanuit Twente Board en het onderwijs. Daarnaast zijn er werkgroepen samengesteld. Hoewel er natuurlijk discussies ontstaan tussen de verschillende groepen, heeft dit ons dichter bij elkaar gebracht.’

Meer begrip

Naast de uitkomsten op het gebied van opleidingen heeft de voorbereidende fase nog meer gebracht. ‘Door zo intensief met elkaar samen te werken hebben we meer begrip gekregen voor elkaars positie en situatie. Voor veel bedrijven was het bijvoorbeeld helemaal niet zo duidelijk dat onderwijsinstellingen veel breder moeten opleiden dan bedrijven denken dat relevant is. Doordat we elkaar nu beter begrijpen, verloopt de samenwerking ook soepeler.’ Screever vertelt dat Demcon al langer samenwerkt binnen het chiptechcluster. Door de ontwikkelingen rondom de Beethovengelden is nog duidelijker geworden hoe breed dit cluster eigenlijk is. ‘Deze ontwikkeling heeft ons laten inzien dat we ons hier als regio Twente veel beter moeten profileren. Dat inzicht brengt meer dan alleen talentontwikkeling. Niet alleen de bekendheid van de semiconindustrie, maar het imago en het belang van de gehele maakindustrie krijgt aandacht.’

Nog in het begin

De bedrijven zelf merken nu nog weinig van de effecten van Beethoven. ‘Dat komt omdat we nog in de beginfase zitten. Maar de verwachting is dat als we dit met elkaar hebben neergezet, de sector echt veel meer herkenbaarheid en zichtbaarheid zal krijgen. Wat uiteindelijk gaat leiden tot meer instroom.’

Share.

Reageer

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Geverifieerd door ExactMetrics